Onze redactie gebruikt nogal eens de uitdrukking “zo zot als een deur” om onze verbijstering, resp. wanhoop, weer te geven bij de hedendaagse samenlevingsvormen.
Waar komt de uitdrukking vandaan? Kan een deur zot, resp. gek, zijn?
Als van iemand wordt gezegd dat hij zo zot, resp.gek als een deur is, betekent dit dat hij knettergek is.
Het woord deur in deze uitdrukking is een oud woord voor ‘nar, zot’; het is verwant met duizelen, en bijvoorbeeld ook met het Engelse dizzy en het Duitse der Tor (‘de dwaas’). Het is dus een heel ander woord dan de deur die open en dicht kan; dit deur is verwant met het Gotische dauro.
Het Middelnederlandse dore was al een homoniem (een woord dat meer betekenissen kan hebben): het betekende ‘deur’ én ‘dwaas’. Deur is in feite nog steeds een homoniem, al komt de betekenis ‘dwaas’ alleen nog voor in de zegswijze zo zot, resp.gek, als een deur. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal vermeldt bij deur in de betekenis ‘dwaas’ ook nog zo dronken zijn als een deur (‘stomdronken zijn’) en een figuur slaan als een deur (‘een raar figuur slaan’).
Dat deur in zo gek als en deur ‘dwaas’ betekent, is allang niet meer bekend. Doordat men uitging van de bekende deur, konden uitgebreide versies ontstaan als zo gek als een looien deur, zo gek als een klapdeur, zo gek als een wc-deur, zo gek als een voordeur en zo gek als een schuurdeur.
In zo link als een looien deur (‘sluw, niet te vertrouwen’) zit eigenlijk ook deur in de betekenis ‘dwaas’.
Bron: Onze Taal