Walther von der Vogelweide (geboorteplaats onzeker, wellicht Bozen, 1170 – Würzburg, 1230) was een Duitstalig minnezanger en dichter.
De plaats van geboorte is onduidelijk, omdat er te weinig informatieve documenten zijn die zijn geboorteplaats aanhalen. Van zijn achternaam von der Vogelweide (letterlijk: van het vogelweiland) moeten we het zeker niet afleiden. In die tijd waren er ontelbaar veel vogelweides bij steden en kastelen. Valkeniers lieten hun roofvogels ginds vliegen om te oefenen en voor te bereiden op de jacht. Zijn naam kan eerder toevallig zijn, maar aangezien er toen zeer veel vogelweides waren, is het nogal moeilijk te achterhalen welke vogelweide men precies bedoelde.
De jonge Walther leerde zijn dichterlijke kunsten in Oostenrijk van een opmerkelijke meester, Reinmar von Hagenau, die hij later in twee van zijn gedichten vermeldt. Na diens dood nam hertog Frederik I van Oostenrijk hem onder zijn hoede. Deze periode was ongetwijfeld de productiefste van zijn leven, welke echter spoedig eindigde door de dood van de hertog in 1198. De 28-jarige Walther is ontzet en zoekt naar een andere patroon om hem muzikale kunsten aan te leren. Hij trok van dorp tot dorp om te zingen en voor te dragen.
In de periode 1198–1209 kwam Walther onder de hoede van tientallen leermeesters te staan. In 1230 stierf hij op 59-jarige leeftijd. In 1877 werd in Bozen een monument onthuld ter ere van hem.
Hij was een zeer bekende zanger en dichter uit de middeleeuwen. Talrijke teksten van hem zijn bewaard gebleven, waaronder een lied waarin hij de stad Jeruzalem bezingt, die zonet voor de kruisvaarders opdoemt: het zogenaamde Palestinalied met 13 strofen. U kan de tekst in het Hochdeutsch hier vinden. De laatste strofe geeft de actualiteitswaarde weer anno 2018 met een kleine randopmerking “Heiden”… heidenen… moslims?:
Christen, Juden und Heiden
sind um dies Land im Erbenstreit:
Gott soll nach Recht entscheiden
im Namen seiner Dreifaltigkeit.
Alle Welt steht hier Wehr an Wehr:
Unser ist das wahre Begehr,
Recht ist, daß er es uns gewähr.
Een van de weinige afbeeldingen van Walther is te vinden in de Codex Manesse. Zijn naam komt ook voor in een lied van Wagner. ‘Am stillen Herd’ uit die Meistersinger.
(Bron: Wikipedia)
Nu alrest lebe ich mir werde,
sit min sündic ouge siht
daz reine lanl und ouch die erde,
den man so viI eren giht.mirst geschehen des ich ie bat,
ich bin komen an die statt,
da got mennischlichen trat.
Schoeniu lant rich unde here,
swaz ich der noch han gesehen,
so bist duz ir aller ere.
waz ist wunders hie geschehen!
daz ein magt ein kint gebar
here ubr aller engel schar,
was daz niht ein wunder gar?
Hie liez er sich reine toufen,
daz der mensche reine si;
do liezer sich herre verkoufen,
daz wir eigen wurden fri.
anders waeren wir verlorn;
wol dir, sper, kriuz unde dorn!
we dir, heiden, deist dir zorn!
Do er den tlevel do geschande,
daz nie kaiser bal gestreit,
do fuor er her wider ze lande:
do huop sich der juden leit,
daz er herre ir huote brach,
und daz man in sit lebendic sach,
den ir hant sluoc unde stach.
Kristen, juden unde heiden
jehent daz diz ir erbe si.
got sol uns ze reht bescheiden
durch die sine namen dri.
al diu welt diu stritet her:
wir sin an der rehten ger:
rehl ist daz er uns gewer.