Tijdens het varen worden we bezig gehouden met allerlei activiteiten. Zo is er ochtendgymnastiek, pianomuziek in de bar, wedstrijd matrosjka’s beschilderen met prijsuitreiking, filmvoorstellingen, verschillende lezingen over Russische geschiedenis, cultuur, iconen, keuken, souvenirs én Russische taallessen. Elke avond dansmuziek.
Die taallessen zijn nodig omdat we toch minstens het Cyrillisch geschrift moeten kunnen lezen als we tijdens de vrije tijd aan land “losgelaten” worden. Niet simpel, dat Russisch. We leggen de lat niet hoger dan de letters herkennen en enkele noodzakelijke woordjes te kunnen uitspreken. Uw dienaar had thuis een kleine woorden- en zinnenlijst samengesteld met fonetische uitspraak en vertaling, zodat die lessen eigenlijk overbodig waren.
Verder wordt er een koor samengesteld voor het zingen van Russische liedjes… in het Russisch. Na één poging geven we het op. Zingen is heel plezant in de Vlaamse Beweging, maar fonetisch broeden op het eenvoudigste taalgebruik is niet aan ons besteed. Maar we doen wel mee aan het gastoptreden met een eigen Nederlandstalige tekst over Rusland/Wolgacruise voor onze Nederlandstalige groep. Onze groep produceert zelfs twee liedjes waarmee we een pak beter scoorden voor inzet en fantasie dan de andere taalgroepen. We moesten dus elke dag repeteren. De Fransen hadden de vertolking van een eerder simplistisch Russisch sprookje over een raap, zonder gesproken tekst, de Duitsers een éénmansoptreden met de vertolking van een Amerikaans popliedje (… het verband met Rusland ontging ons totaal), de Canadezen en Ecuadorianen gaven forfait.
We verlieten Uglich met Yaroslavl als volgende bestemming. Echter, de Chicherin is er niet geraakt. Toen we ‘s morgens – net na zonsopgang – uit het raam keken, zagen we niet verder dan de reling. Voor de rest dikke mist. Even later kwam de zon erdoor en scheen met een verblindende straal op een gouden koepel van een kerk. Echter, deze kerk stond niet in Yaroslavl maar wel in Myshkin a/d Wolga, ten noorden van Uglich. Bij het ontbijt kregen we te horen dat de overheid ‘s nachts alle scheepvaart stilgelegd had wegens de dikke mist. Een blik op de Wolga en Myshkin:
We zouden met een bus naar Yaroslavl gebracht worden. En zo geschiedde. Eigenlijk wel tof, want zo kregen we nog een rondrit door Myshkin, een slaperig plaatsje, een nederzetting uit de 15de eeuw, met tijdens het Sovjettijdperk een geïndustrialiseerde kolchose, en we kregen tijdens de rit de gelegenheid het hinterland vanuit de bus te bekijken. Wat is dit land, de natuur oneindig. Tijdens de rit vernemen we meer over fauna en flora, over bomen (vooral loofbomen in deze regio – naaldbomen meer in het noorden), bloemen, paddenstoelen (Elena stelt dat iedere normale Rus in de herfst paddenstoelen gaat plukken) , vissen en wild. Er zitten daar beren, wolven, vossen, lynxen, slangen en andere lieflijke beestjes. Elena vertelt ons de hele tijd in de bus over haar land. Het meeste van de oneindige stroom informatie hebben we intussen vergeten… Dit feitje herinneren we ons nog. Terwijl wij ons hier zorgen maken over een of andere eenzame aangewaaide wolf / wolvin, krijgt een Rus die vijf wolven neerschiet (… of op een andere manier doodt) een jachtvergunning voor een eland – iets dat blijkbaar hoog op het verlanglijstje van elke rechtgeaarde jager staat. We hebben vergeten te vragen waar en of men de gedode wolven ergens als bewijs moest binnen brengen. Links en rechts wordt de natuur onderbroken door een zoveelste datscha. Stedenbouw zou hier een rotberoerte krijgen: Vlaamse koterijen op hun best. De bouwvalligste of lelijkste ziet u niet op onderstaand filmpje, maar in principe is dit wel de bouwstijl: schuin dak wegens de sneeuwval in de winter.
Elke vrijdag trekken de stedelingen naar hun datscha, kweken er groenten en fruit. Elena meldde ons dat de Russische regering zou trachten de vierdagen-werkweek in te voeren. Kunnen ze drie dagen per week in hun buitenhuisje verblijven. Geen idee of dit met behoud van loon is.
Op Yaroslavl, dat in zijn geheel op de UNESCO werelderfgoedlijst staat, samen met St. Petersburg, zijn we meteen verliefd. Slechts twee steden delen deze eer; de andere steden hebben slechts monumenten op de erfgoedlijst. Het heeft een vakantieflair zoals een stadje aan de Mid. Zee: kleurrijk, proper, niet druk, veel bloemen en parken. In Yaroslavl vloeien de rivier Kotorosi en de Wolga bij elkaar. In het stadsblazoen prijkt een beer. En daar kan je niet naast kijken: beer hier, beer daar, beren overal. Ook standbeelden van beren, plantsoenen met beren, knuffels, postkaarten, affiches, bekers, glazen, hemdjes, petten… allemaal schattige beren. (Oorsprong)
Een plaatselijke gids loodst ons door de stad. We bezoeken het Transfiguratieklooster, de kerk van St. Elias de Profeet, beroemd om zijn fresco’s en de St. Nikolaas de Wonderwerkkerk. Als afsluiter worden we uitgenodigd in het Goeverneurshuis, het huidige Kunstmuseum, waar we verwelkomd worden door twee mooie meisjes in 18de eeuwse klederdracht. Mét een muzikaal afscheid én dans… Dan is er nog vrije tijd en eventueel marktbezoek.
Eerst wordt getoond hoe het moet… Dan worden de gasten uitgenodigd…
Yaroslavl, we vergeten je niet.