Oudnederlands is de taal die gesproken en geschreven werd tijdens de vroege middeleeuwen (circa 500 tot 1000) in een deel van de gewesten die nu Nederland en België vormen, verder ook aan de Franse Noordzeekust (Frans-Vlaanderen, nabij Duinkerke, tevens tot Stapel en mogelijk tot aan Berck) en de nu Duitse Nederrijn. De term wordt gebruikt ter onderscheiding van Middelnederlands en Nieuwnederlands om de verschillende fasen waarin het Nederlands zich ontwikkeld heeft enigszins te kunnen periodiseren.