Niet als het van het FDF afhangt!
Zo ziet het FDF de situatie van de gesproken talen in het land b.
Bijstaande kaart, komt van een FDF-webstek uit 2013, en stelt het “oorlogsgebied” aanschouwelijk voor.
Wallonië wordt als homogeen Franstalig ingekleurd (oranje).
Vlaanderen daarentegen est divisa in duas partes, om Julius Caesar te parafraseren.
Twee gele territoria, gescheiden door een zich uitbreidende centrale tweetalige corridor (blauw, waartoe ook al de kustgemeenten De Panne, Oostende en Knokke worden gerekend). Op die manier wordt Vlaanderen eigenlijk territoriaal herleid tot een gefragmentariseerd gebied.
Van cruciaal belang zijn de zgn. tampons (“buffers”: groen): expansiegebieden, vertrekkend vanuit de als tweetalig beschouwde zones, met de bedoeling om die uit te breiden, en via het verdringingseffect te herleiden tot gebieden met een francofone meerderheid.
Een mogelijke vergelijking kan gedaan worden met de Israëlische politiek van de nederzettingen in Palestijns gebied. Twee offensieve richtingen zijn in deze opmars duidelijk terug te vinden: eentje richting Noordzee, een ander richting Antwerpse haven.
Geostrategie, jawel. De verbrusseling van de Brusselse rand, vooral aan de Noordzijde, door de Vlaamse socialisten gepromoot, kadert perfect in dit koloniseringsmechanisme.
Dus de 6.230.000 “Nederlandstaligen” zijn onbestaande en vertegenwoordigen een “minderheid” in dit land !
Ach we weten toch van wie die zever komt, negeren en zodra een fdf’er op Vlaams grondgebied komt oppakken en afvoeren, wij hebben al vuiligheid in overvloed in Vlaanderen. Trop is teveel.
Grondgebied inpalmen is DE bezigheid van de francofonie, ze kijken daarvoor naar hun grote zuster, la France.
In Frankrijk begon le duc de Sully, Maximilien de Béthune, al van zestienhonderd te roepen dat de Rijn Frankrijks natuurlijke grens was. Tussen 1625 en 1635 riep Richelieu het nog luider. Vervolgens ging de graaf van Avaux het in 1640 in Münster eens duidelijk maken. Louvois en Colbert konden in de staatsraad van Lodewijk de veertiende, in de jaren 1670 tot 1700 niet achterblijven en bleven op dat aambeeld kloppen. De hofdichters Boileau en Racine verwerkten het in hun kunstzinnige uitingen.
De Franse Revolutie had er oor naar en Napoleon schreeuwde het in het jaar 1800, 1805 en 1806 uit voor heel de wereld : de Rijn is Frankrijks natuurlijke grens.
Ze hadden het van mij mogen roepen, maar daar bleef het niet bij. Daar kunnen wij een woordje over meepraten. Frankrijks grenzen deinde zo uit dat het ten lange laatste aan de Elbe, de Oder en de Weichsel stond.
Maar niets meer over die treurige aangelegenheid maar even de vraag aan het FDF in herinnering brengen : wat zijn de natuurgrenzen van een volk?
De enige, geldige natuurgrens maakt de taal. Die Nederduitse, Duitse taal maakt langs de Alpen en de Ardennen haar natuurgrens. Het FDF schiet die grens niet met wapens in flarden. Het kan er alleen aan knagen omdat ontaarde Vlamingen ontrouw zijn.