Heel de wereld is in de greep van de coronacrisis. In hoever deze “crisis” al dan niet georkestreerd is, laten we even in het midden. Al de andere miserie lijkt daarbij in de vergeethoek te belanden. Zoals de miserie in Syrië (waarvoor het Westen – zowel de VSA als de EU, naar verluidt “ontwikkelde landen” met “democratische” besturen en enkele belanghebbenden in het M.O. – mede verantwoordelijk zijn. Op verschillende fora en media kan men de triomfantelijke hoera-kreten voor de uithongering van de Syrische bevolking lezen. Vooral uit de VSA en het Beloofde Land. Echter ook uit Duitsland; daar hebben ze – ondanks de talrijke moeilijkheden met de verrijkers die de bevolking teisteren, de politie en justitie op hun tippen laten lopen, de media met blindheid slagen en de bedrijven die alarmtoestellen installeren rijk maken, een der belangrijkste figuren der Witte Helmen (WH), Khalid al-Saleh, samen met zijn sibbe, asiel verleend. Terwijl streng afgeraden wordt op vakantie te gaan, over de grens te gaan winkelen e.d., stuurde het Duitse buitenministerie speciaal een regeringsvliegtuig naar Jordanië om hem en zijn dierbaren te gaan ophalen.
U zal zich misschien nog wel herinneren dat – toen het Syrische leger stilaan ook Zuid-Syrië bevrijdde van de terroristen – er vanuit Israël een “Bei Nacht und Nebel” reddingsoperatie (2018) startte via de bezette Syrische Golan Hoogte om geselecteerde “rebellen” in veiligheid te brengen. Ter opfrissing deze vorige artikels, gewijd aan de WH:
Wel, dhr al-Saleh heeft lang op zijn luchtbrug naar het westerse manna moeten wachten. Hij werd immers “verdacht” van “sympathieën” voor terroristen. Het kwam zowaar tot een discussie tussen het Duitse buiten- en binnenministerie. Het buitenministerie onder de SPD-leiding van immens populaire Heiko Maas won. Bleek dat dhr. al-Saleh eigenlijk een Moeder Theresa-volgeling is. Klik hier voor poco info over de gebeurtenissen (Engels). Hoogstwaarschijnlijk zal hij eerstdaags uitgenodigd worden op televisie en/of een uitvoerig gesprek hebben met een journalist van de poco pers. Misschien heeft hij ook een foto-album aangelegd met “slachtoffers” van bommen, raketten, gifgas e.d. zoals de anonieme “vluchteling” die de aanleiding was voor de Caesar Act.
Kevork Almassian en Vanessa Beeley luiden een ander klokje:
Onze redactie wil er nogmaals op wijzen dat YT-filmpjes soms plotseling de mist in gaan, d.w.z. gecensureerd worden. Als u dus een grijs/zwart scherm ziet, dan ligt dat niet aan uw ogen.
Verwijzend naar de wurgende sancties, is er meer dan ooit hulp nodig uit het buitenland. Terwijl ze in de Veiligheidsraad vooral begaan zijn met humanitaire hulp aan Idlib – de rest van het land moet de steun aan de regering Assad duur bekopen – stuurde Rusland met het vrachtschip Sparta 475 ton goederen, hoofdzakelijk voeding, die gelost werden in Tartous. De verdeling is in handen van het Russische Verzoeningscentrum. De meest zorgbehoevenden komen eerst aan de beurt, zoals de gezinnen van gesneuvelde Syrische soldaten, grote en arme gezinnen, die hun broodwinner kwijt zijn, burgers die nog onder de oorlog lijden en vluchtelingen.
In november werd 140 ton geleverd. In totaal, gedurende vijf jaar, werd er door Rusland 4500 ton humanitaire hulp geleverd aan Syrië. (…)
Het begin van de zgn. Arabische Lente, de Jasmijnrevolutie in Tunesië, wordt nu door politiek en journalisten aangegrepen om te reflecteren over de situatie in Syrië. Zoals door pater Daniël zelf ervaren, zoals door talrijke getuigenissen geschreven, herschreven, van de daken geschreeuwd was er geen sprake van een volksopstand in Syrië. Inmiddels hebben zowel de VSA als westerse landen toegegeven dat ze zelf de zgn. “rebellen” gesteund hebben om Assad uit het zadel te lichten opdat hun eigen megalomane droom en winstbejag kon werkelijkheid worden.
Haider Mustafa, journalist en hoofdredacteur van Cham Times Media: “De situatie in Syrië was beter dan in andere landen in de regio. Het Syrische volk was niet geïnteresseerd in politiek. Zij waren geen voorstander van “revolutie”. Noch wilden zij een andere regering. Eerder het omgekeerde: de regering genoot wijdverspreide steun.”
Bashar al-Assad werd als een hervormer beschouwd, een hervormer die moest rijden en omkijken vermits de meerderheid van de bevolking uit soennieten bestaat. Hij opende talrijke scholen en universiteiten, richtte de handelsbeurs op en liet concurrentie toe in bank- en handelszaken. Hij beval de vrijlating van duizenden politieke gevangen en gaf meer ruimte aan de oppositie. Deze was/is te zeer gefragmenteerd om tegen het staatsapparaat van de Syrische regering in te kunnen gaan.
Tot de Arabische Lente ook in Syrië zijn intrede deed. Straatprotesten tegen legitieme eisen op politiek, sociaal en economisch vlak werden uitvergroot en opgejut. Religie en sektarische factoren werden vlot misbruikt om olie op het vuur te gooien.
Assad weigerde te plooien voor het straatgeweld. Bijgevolg werden buitenlandse “strijders” en moslim extremisten ingevoerd. In 2014 zouden er minimum 2000 buitenlanders uit Europese landen deelnemen aan de zgn. democratische betrachtingen; snel liep het aantal op tot 10.000 en meer. Haider Mustafa: “Wij vonden dat de buitenlandse moslim terroristen onze “Lente” gestolen hadden en Syrië in chaos en instabiliteit stortten. En dat de buitenlandse machten, die tussenkwamen in het conflict, alles op de spits dreven. Buitenlandse machten hadden hun eigen agenda in Syrië, militaire machtsovername, controle over strategische gebieden en welvaart inbegrepen. Het welzijn van de Syrische bevolking liet hen Siberisch koud.”
Ondanks buitenlandse inmenging, duizenden moslimextremisten, massale vernietiging, een zieke economie, miljoenen vluchtelingen en bijna een half miljoen doden, is Assad nog steeds aan het roer in Syrië, tot verrassing en vertwijfeling van de internationale gemeenschap. Uiteraard dankzij bondgenoten Rusland en Iran. En – misschien wel de belangrijkste factor – de steun van de bevolking. En diezelfde bevolking betaalt daarvoor de prijs.
Om een einde te maken aan de miserie zou Syrië eerst erin moeten slagen de breuk bij de bevolking te dichten. Een opiniepeiling van 2018 gaf als resultaat dat 65% van de bevolking bereid is hun geschillen opzij te zetten om de eenheid – en de vrede – een kans te geven. Die eenheid zal echter niet de andere problemen oplossen. De VN schatte in 2018 dat de vernieling in Syrië 120 miljard dollar bedraagt en dat nog vele jaren nodig zijn om het land herop te bouwen.
Hoewel de Syrische regering hulp krijgt om het hoofd enigszins boven water te houden is deze slechts een druppel op een hete plaat. Er is pas een kans om uit de miserie te geraken als de buitenlandse inmenging en de economische sancties eindelijk ophouden.
“De oplossing voor de crisis ligt niet langer hoofdzakelijk bij de goede wil van de Syrische bevolking of ze een weg kunnen vinden om in harmonie samen te leven – zoals vroeger het geval was – maar wel of het Westen, Rusland, Iran, enkele Arabische landen, Israël en de VSA ondereen het een kans willen geven.”