Oorlogsrecht

Oorlogsrecht

In Groot-Brittannië woonden bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog meer dan 70 000 “potentieel vijandige buitenlanders”. Dat waren, niet onlogisch, onderdanen van staten die met wie de Britten toen in oorlog waren. Zij werden in drie groepen verdeeld. Groep A telde bijna 600 personen, die een groot veiligheidsriscio opleverden. Zij werden onmiddellijk geïnterneerd. Groep B omvatte de twijfelgevallen, die permanent geobserveerd werden. Groep C omvatte 64 000 personen, die beschouwd werden als “no security risk”. Meestal waren dat Duitse of Oostenrijkse Joden die voor de nazi’s waren gevlucht. Na de mislukking van de campagne in Noorwegen werden vele ook duizenden mensen van de groepen B en C geïnterneerd, maar daarna kreeg de ratio weer de overhand: tegen de zomer van 1941 waren de meesten alweer op vrije voeten. Er verbleven nog slechts zo’n 5000 mensen in interneringskampen. Na de aanval op Pearl Harbour interneerden de VS zo’n 100 000 Amerikanen van Japanse afkomst. Gezinnen werden niet uit elkaar gerukt. Ze woonden niet in barakken, maar per familie in een klein huisje. Zoals in de Britse interneringskampen waren de voorzieningen spartaans. Maar niemand werd uitgehongerd of mishandeld. Zulke interneringen zijn binnen zekere voorwaarden volkomen in overeenstemming met het oorlogsrecht.

Men kan zich de hysterische reacties voorstellen als een westerse regering zulke preventieve interneringsmaatregelen zou treffen tegen IS-aanhangers. Geert Bourgeois zou zijn geliefde rituele bewering herhalen dat we hiermee op een “hellend vlak” terechtkomen en dat de vrijheid, de democratie en de rechtsstaat eraf zullen donderen.

Linkse commentatoren zouden er zeker de vernietigingskampen van de nazi’s bijslepen. De geschiedenis bewijst dat die hetze tegen preventieve interneringen in oorlogstijd bangmakerij en demagogie is. De Britten en de Amerikanen kwamen helemaal niet op zo’n hellend vlak terecht, niet tijdens de oorlog en niet erna. Na 1945 werden alle geïnterneerden vrijgelaten en beide landen bleven wat zij waren: voorbeeldige rechtsstaten en democratieën. In oorlogstijd moet men nu eenmaal maatregelen nemen die in vredestijd onaanvaardbaar zijn, maar na de oorlog worden de oude rechten en vrijheden weer hersteld.

Voor sympathisanten van IS, imams en stamgasten in radicale moskeeën, of fanatici die onthoofdingsvideo’s met enthousiaste commentaren op internet posten, is internering nog een milde straf. Idem dito voor de moslims in de wijk waar Abdeslam ongestoord over straat kon lopen, terwijl zijn gezicht overal in de media op opsporingsberichten te zien was. Zij zijn niet per definitie allemààl medeplichtig, maar ze vormen duidelijk een ernstig veiligheidsrisico.  Ook voor echte terroristen en recruteerders van IS moet men gewoon het oorlogsrecht toepassen. Voor hen moeten er krijgsgevangenenkamp komen.

Nee, ze moeten géén proces krijgen. Dat is in oorlogstijd zelfs in een goed functionerend rechtssysteem onmogelijk, laat staan in het Belgische. Het oorlogsrecht voorziet dat ook niet. Dat vijandelijke strijders in oorlogstijd een proces zouden moeten krijgen, is een heel recent waanidee. Dat is in geen enkele oorlog ooit toegepast. Vijandelijke soldaten werden altijd zonder proces opgesloten in krijgsgevangenenkampen, zelfs brave dienstplichtigen die nooit één burger hadden gedood.

Het is duidelijk dat terroristen, die doelgericht ongewapende mensen afslachten, minder rechten moeten hebben dan gewone soldaten, niet meer. Een hardere versie van een  krijgsgevangenkamp dus. Dit staat los van de vraag in hoeverre men terroristen aan harde verhoren mag onderwerpen. Maar ook als men waterboarding voor IS-ers afwijst, dan neemt dat  nog niet weg dat men hen ergens moet kunnen opsluiten, en de gevangenissen zitten nu al stampvol. Noem het een detentiecentrum of gewoon een gevangenenkamp. Het kan mij niet schelen. Zolang men hen maar niet opnieuw vrijlaat. Of hun zaak door de Belgische Justitie laat afhandelen. Wat meestal op hetzelfde neerkomt.

Afbeeldingsresultaat voor marc jorisMarc Joris in ‘Rebel’

 

2 gedachten over “Oorlogsrecht

  1. Het verwijzen naar “oorlogswet” is dus duidelijk een voorrecht van de overwinnaars…want blijkbaar was ditzelfde voor Duitsland een “oorlogsmisdaad” met o.a. het onrecht van Nüremberg tot gevolg. Het zal uw hoofd maar wezen….

  2. Ook het geliefde land België had tijdens 1940-1945 geen kaas gegeten van dat oorlogsrecht en nog nooit van Genève gehoord.

Reacties zijn gesloten.