Een onverbloemd opiniestuk over “de Brusselse Franstalige jeugd van tegenwoordig”:
Degenen die in Oostende voor problemen zorgen beschreef Bart Tommelein vorige week nog als “het grootstedelijke publiek” en “jongeren uit de Brusselse regio”. In de berichtgeving over de rellen van Blankenberge, poogden pers en politiek gisteren zijn creatieve vaagheid te evenaren: “opstandige strandgangers” (De Morgen), “een groep toeristen” (De Zondag), “Franstalige jongeren” (GvA), “niet ons normale publiek” (de burgemeester van De Haan), “een doelpubliek dat we normaal niet hebben“ (politie Knokke) … De vaardigheid, die de hele samenleving heeft aangeleerd, om vooral niet te zeggen wat iedereen weet, is verbluffend.
Het tuig heeft zich overal laten vertegenwoordigen.
De vrienden van die dubbele identiteits–relschoppers hebben mandatarissen, verkozenen des volk op hun lijst staan, bekleden posten in het parlement en men weet wat men niet moet zeggen om nog een polletje te krijgen van hun gekleurde verkozen collega’s. Het zelfde voor de nieuwsbrengers en redacteurs van kranten.
Beste redactie, Heeft u gisteren Fatima van de Staatszender gehoord over de ware toedracht van de rellen (FB lig op plat van het lachen) u moet het zien EB en Vloed,.oorzaak rellen.
Hebben we. Schaamteloosheid ten top. Aangehaald in: https://www.golfbrekers.be/nieuw-taalgebruik-2/