Menselijke couveuse

Een Noorse filosofie-professeuse, Anna Smajdor, (univ. Oslo), raadt aan vrouwenlijken te gebruiken om embryo’s te laten groeien tot ze voldoende ontwikkeld zijn. We citeren de vooruitziende Anna:

“We kunnen de baarmoeder als instrument van de voortplanting van de dierensoort “mens” nog altijd niet helemaal opgeven, maar wat we wel kunnen is de risico’s van en bij de geboorte overzetten op degenen die geen schade meer berokkend kunnen worden.”

Haar hersenkronkels werden in vaktijdschriften Theoretical Medicine en Bioethics gepubliceerd. Eerst moet echter de (hersen)dood vastgesteld worden en als men er dan snel bij is kan men het nutteloze lichaam toch nog een bestemming geven door de bloedsomloop en de beademing met de hulp van machines actief te houden. Eens dit vervuld, kan een dode vrouw er toch niets meer tegen hebben draagmoeder te zijn. Ze kan dan behandeld worden met hormonen om de eisprong te stimuleren en op de “gunstige” dagen kunstmatig bevrucht worden. Of men kan een levend embryo inplanten en de gewillige draagmoeder tijdens haar zwangerschap kunstmatig in leven houden… tot ze “verlost” wordt door middel van een keizersnee. Is het lichaam dan nog in goede staat, staat zou een volgende zwangerschap overwogen kunnen worden of… indien er baarmoedermoeheid opgetreden is kan men ook nog de optie overwegen gezonde organen te oogsten voor wachtende zieken.

Anna Smajdor maakt zich geen illusies: feministisch-ingestelde vrouwen zouden zich hierin kunnen verslikken daar zij zich dan als een verpakking voor kindjes zullen zien zonder hogere functies. Anna Smajdor, activiste voor gelijke rechten voor alle geslachten, vindt echter ook dat mannen bij haar vooruitziende blik niet tekort komen. Ook mannen, zegt Anna, dode mannen, kunnen kinderen baren. Dàt ze geen hersenen (meer) hebben is geen bezwaar: maar een lever, die is absoluut noodzakelijk. Want een lever, zou naar verluidt ook kunnen dienen als baarmoeder. We citeren:

“Bij de heel-lichaam-donorschap-ten-bate-van-de-zwangerschap kunnen ook mannen meedoen. Een zwangerschap kan ook buiten de baarmoeder opgewekt worden. De lever is omwille van de excellente doorbloeding veelbelovend inplanteringsmateriaal. Voor een levende mens, die de foetus draagt, kan het riskant, zelfs dodelijk zijn. Echter, voor hersendode donors is het begrip “dodelijk” zonder betekenis.”

Kortom, vanuit Anna’s filosofisch zicht bekeken, zou men – als het ongezond is te leven – een deel van zijn levensfuncties kunnen afstaan aan de doden. Weliswaar wordt dit (voorlopig) nog in geen enkel land toegestaan. Onterecht vindt Anna, want zij keert zich af van dat wat men “excessieve morele gevoeligheid” noemt.

Voor de homowereld gaat er een wereld open. Eindelijk een voortplanting zonder dat vrouwen er een rol in moeten spelen. Zonder levende vrouwen. Draagmoeders zijn niet voor ieders beurs weggelegd. Een vrouwenlijk zal minder kosten en zal bovendien de prijs van levende draagmoeders doen dalen. De markt van vraag en aanbod. Concurrentie, nietwaar? En een dode zal nadien niet op haar beslissing kunnen terugkomen.

Anna laat zich niet ontmoedigen. Zij vindt dat empathie – mede’leven’ – geen plaats heeft in de gezondheidszorg. Dat is westerse muggenzifterij.

Huxley’s “Oh Wonderful New World” komt weer een stapje dichterbij. Letterlijk, want Anna krijgt eventueel concurrentie door artificiële baarmoeders in de voortplantingslaboratoria.

https://bioedge.org/beginning-of-life-issues/surrogacy/new-horizons-for-surrogacy-whole-body-gestational-donation/

https://thepostmillennial.com/brain-dead-women-could-be-used-as-surrogates-under-norwegian-philosophers-new-plan

https://www.indy100.com/identities/brain-dead-women-pregnancy-surrogates