Max Bruch kreeg zijn eerste muziekonderwijs van zijn moeder. Later studeerde hij bij Ferdinand Hiller en Carl Reinecke.
In 1858 bracht hij zijn operette Scherz, List und Rache, naar een tekst van Goethe, in Keulen voor het eerste ten gehore. Hij verbleef twee jaar in Munchen en daarna werkte hij van 1865 tot 1867 als dirigent in Koblenz. In deze tijd componeerde hij het beroemde Concert voor viool en orkest in g, opus 26. Het is een heel romantisch stuk en bijna alle beroemde violisten hebben dit inmiddels wel op hun repertoire staan.
Het concert werd voor het eerst uitgevoerd op 24 april 1866. Het concert werd vervolgens flink herwerkt met de hulp van beroemde violist Joseph Joachim in 1867. De première van het herwerkte concert werd gegeven door Joachim in Bremen op 5 januari 1868 met Karl Martin Rheinthaler als dirigent.
Het concert bestaat uit drie bewegingen :
- Vorspiel :Allegro moderato
- Adagio
- Finale: Allegro energico Finale: Allegro energico