‘Marokkaan die het goed doet is een uitzondering’

‘Marokkaan die het goed doet is een uitzondering’

Heeft Geert Wilders gelijk of ongelijk als hij van een Marokkanenprobleem spreekt? Een twistgesprek tussen Henk Müller (vragen) en David Pinto (antwoorden).
Geert Wilders heeft dinsdag in een nabeschouwing op het ‘Marokkanendebat’ geconstateerd dat het Marokkanenprobleem maar voortettert, dat de islam een ziekte is en dat Marokkaans tuig het land moet worden uitgeknikkerd. Een heldere diagnose.
‘Er is inderdaad sprake van een Marokkanenprobleem. Je kunt het wel ontkennen, maar het is zo. Als ik bij de dokter kom omdat ik pijn in zes tenen heb, heb ik een tenenprobleem. Als tijdens een epidemie in een dierentuin geen leeuwen of giraffen, maar olifanten ziek worden, is er een olifantenprobleem, al zijn niet alle olifanten ziek. Als 65 procent van Marokkaanse jongeren met de politie in aanraking komt, is er een Marokkanenprobleem.’

U scheert alle Marokkanen over één kam.
‘Onzin, daar kan ik me echt kwaad over maken. Sommige mensen willen zelfs hun excuses daarvoor aanbieden, zoals Jan Bennink op uw opiniesite. Het zou stigmatiserend zijn als je zou zeggen dat álle Marokkanen een probleem vormen. Ik heb geen zin politiek correct te zijn. Ik heb regelmatig contact met minister Asscher en ik vind het mét Wilders jammer dat hij het beestje niet bij de naam noemt. Ook Asscher vindt dat er een Marokkanenprobleem is.

Maar Wilders koppelt daar ten onrechte de islam aan. Het is geen islamitisch probleem. Ik heb net een Russische vrouw gesproken die onderzoek doet naar de drugsmaffia hier. Ze was geschokt, want die blijkt grotendeels in handen van Joden. Ik heb haar meteen gevraagd: Marokkaanse Joden? Ja dus. Marokkanen vormen in alle landen een probleem. Als het aan de islam zou liggen, zouden ook Turken een probleem vormen. Wilders’ diagnose klopt niet, en de oplossingen die hij aandraagt werken dus ook niet.’

Hoe luidt uw diagnose dan?
‘Marokkanen vormen een probleem door hun belabberde opvoedingsmethoden en vooral door een soort ingebakken minderwaardigheidscomplex, dat mede te danken is aan de Franse kolonisatoren. Turken zijn trots op hun afkomst, Marokkanen niet. Ik kwam uit een klein dorpje naar Rabat om rabbijn te worden. Op school daar vroeg een meisje, Sylvia , wat we thuis spraken. Mijn ouders waren Berber en analfabeet. Ik antwoordde dat we thuis Frans spraken, anders was je een nietswaardige Marokkaan. Ze sprak het zelf ook niet, maar ze geloofde me. Vanaf die tijd ging het goed op school. Mijn moeder was toen zwanger en heeft mijn zusje Sylvia genoemd.

De opvoeding is echt belabberd. Marokkaanse kinderen weten nooit waar ze aan toe zijn. De ene dag klimmen ze op schoot bij vader die dat leuk vindt en trekken aan zijn baard, de volgende dag doen ze dat weer en krijgen ze een pak slaag. Er is geen enkele zekerheid. Dat is funest. Je moet opgroeien met gevoel voor je menswaardigheid, niet met klappen.’

U bent er zelf goed uitgekomen.
‘Ik ben zelf Marokkaan, ik herken hun situatie vanuit mijn eigen opvoeding. Maar het klopt. Dat is deels te danken aan de Joodse gemeenschap in Marokko, die erg hecht was en deels aan karaktereigenschappen. Maar ik ben nog steeds de enige eerste generatie- Marokkaan die hoogleraar is in Nederland. In heel Europa zijn er misschien zes. Dat is toch treurig. Marokkanen doen het niet goed. Kijk naar jonge Marokkaanse vrouwen: een kwart voorziet in eigen levensonderhoud, onder niet-Marokkanen is dat 60 procent.’

Dus de Marokkanen die het goed doen, zijn eigenlijk de uitzondering die de regel bevestigt?
‘Ja, Marokkanen die het goed doen zijn een uitzondering. Het is lastig om met je minderwaardigheidscomplex af te rekenen. In uw krant verscheen een stuk, van onder anderen Laila Ezzeroili, dat Marokkanen trots moeten zijn op hun Marokkaan-zijn en daar volledig voor moeten kiezen. Dat is een extreem standpunt. Ik pleit voor het beste uit twee werelden. Leer accepteren dat je Marokkaan bent en leer dan wat Nederlanders belangrijk en goed vinden. Marokkanen zitten voor een groot deel nog in een premoderne samenleving met een sterk ‘wij’ versus ‘zij’-gevoel, met andere opvattingen over de verhouding tussen mannen en vrouwen, over vrijheid van meningsuiting en over respect.

Stop met al die programma’s in gemeenten die handenvol geld kosten en niet werken, daarin heeft Wilders gelijk. Je kunt beter zelfinzicht vergroten met spelletjes en leuke series op tv, dan vrouwen leren fietsen. Marokkanen moeten leren inzien waarom ze doen wat ze doen en inzien wat Nederlanders belangrijk vinden. Ze moeten twee brillen kunnen op- en afzetten: een Marokkaanse en een Nederlandse.’

U vraagt haast het onmogelijke.
‘Moet je dan niets doen? Er is een Marokkanenprobleem. Dat is ellendig voor de groep zelf en voor de hele samenleving. Hele wijken zijn ontoegankelijk. Dat is onaanvaardbaar. Zoals het ook onaanvaardbaar is dat het potentieel van een hele groep verloren gaat.’

http://www.volkskrant.nl/vk/nl/3184/opinie/article/detail/3423709/2013/04/11/Marokkaan-die-het-goed-doet-is-een-uitzondering.dhtml

David Pinto is hoogleraar-directeur Inter-Cultureel Instituut, Henk Müller is opinieredacteur van de Volkskrant.

Eén gedachte over “‘Marokkaan die het goed doet is een uitzondering’

  1. Ge kunt zeggen of schrijven wat je wil ! een goeie Marokkaan is gene slechte !

Reacties zijn gesloten.