De Oostenrijkse regering heeft de kindergeldbetalingen voor kinderen in het buitenland aan de levensstandaard van het resp. land aangepast.
De EUSSR protesteert: discriminatie. De regeling zou tegen EUropees recht indruisen.
De EU-Commissie heeft een inbreukprocedure tegen Oostenrijk ingeleid. Het land had verleden jaar beslist dat buitenlandse gezinnen, waarvan de kinderen in hun thuisland wonen, slechts nog kindergeld krijgen dat aangepast is aan de daar heersende kosten van het levensonderhoud. Vooral voor Hongarije en Slovakije zouden dit belangrijke besparingen als gevolg hebben. De Oostenrijkse ministerin voor het gezin, Juliane Bogner-Strauß (ÖVP), is eerder gelaten en gaat ervan uit dat hun beslissing conform de EUropese wetgeving is. Desnoods moet de EUropese rechtbank maar beslissen.
Marianne Thyssen: “In EU zijn geen kinderen tweede klasse”
Ook in Merkelland is het thema actueel. De kindergeldbetalingen zijn tijdens de laatste vijf jaar sterk gestegen: in 2012: ca. 75 miljoen euro – in 2018: ca. 402 miljoen euro. Goed voor 252.000 kinderen, waarvan de Poolse de grootste groep vormt met 123.855. De CSU had een soortgelijk voorstel als dat van de Oostenrijkse regering op tafel gelegd, maar dat werd voor onbepaalde tijd opgeschort wegens dezelfde kritiek als van de EU-Commissie. (…)
In het land b een gelijkaardig scenario, zonder dat de levensduurte in het ontvangende land in vraag wordt gesteld. Betalingen naar het voormalige Oostblok nemen toe:
2014: 100.475.550 euro – 2015: 106.204.040 euro – 2017: 121,4 miljoen euro