Uit Wido Bourels dagklapper, deze herinnering aan Pater Stracke
Op 18 februari 1970 overleed pater Desideer Stacke (1875-1970) jezuïet, doctor in de Germaanse filologie en grijze eminentie van de Vlaamse Beweging. Hij was een kenner van de middeleeuwse mystiek en de stichter van het Ruusbroecgenootschap.
Stracke legde voor het genootschap een werkbibliotheek aan van 60.000 boeken waarvan 40.000 door hem persoonlijk aangebracht. Hij publiceerde veelvuldig over de Oud-Nederlandse letterkunde.
Zijn opmerkelijke redevoering “In de leer bij Jacob van Maerlant” is een belijdenis van de Heel-Nederlandse gedachte die ook Jean-Marie Gantois in zijn boek “Ons Nederland boven de Zomme” inspireerde.
Zijn favoriete verzen uit de veertiende eeuw waren ook zijn levensmotto:
‘Elc worde een man
die striden kan,
waar des is nood.
Hi sla zynen arm
breed uut, ende warm,
in fellen wederstoot.’
Deze verzen stammen uit het werk van de middeleeuwse dichter Herman de Wit. Ze zijn afkomstig uit het “Lancelot”, een van de vroege Nederlandse ridderromans en reflecteren de ridderlijke waarden en de strijdlust die typerend zijn voor die tijd.
Lees ook: In Memoriam Pater Stracke: https://www.dbnl.org/tekst/_vla016197001_01/_vla016197001_01_0178.php
N.a.v. het BRT-programma “Ten Huize Van” bezocht Joos Florquin ook Pater Stracke. Het beeldmateriaal hebben we niet kunnen vinden. We citeren hieruit:
Pater, dit is de allereerste keer dat we in deze uitzending op bezoek gaan bij een pater en die pater is dan nog een jezuïet. Jezuïeten hebben al wel eens een minder goede reputatie?
Die verdienen ze dan ook wel een beetje. Achter onze naam staat S.J., wat Societas Jesu betekent, maar vaak maakt men daarvan ‘schlaue Jungen’ of zelfs ‘slimme joden’. Ons wapen is, zoals u weet, I.H.S., wat betekent: ‘Jesus Hominum Salvator’. De nijdigaards lezen echter: ‘Jesuitae habent satis’ (aan geld). Wij antwoorden daarop: ‘Si habent Jesum!’
Hebt u zich als Vlaming in uw orde altijd thuisgevoeld?
Nee. Nu wel, vroeger niet. Van 1892 tot 1936 is het wel eens zwaar geweest. Nu zijn al onze oversten Nederlands sprekenden. Vroeger waren het Walen of franskiljons, die zonder tussenpersoon niet met de broeders konden praten. Maar er is nog een afstand tussen ‘leest en geest’.
U kan het volledig verslag lezen bij: https://www.dbnl.org/tekst/flor007tenh04_01/flor007tenh04_01_0007.php