Oorlog tussen vrienden in opdracht van de gemeenschappelijke vijand
Oorlogen zijn sowieso tragisch. En dan vooral als twee traditioneel bevriende landen tegen elkaar moeten vechten in opdracht van een gemeenschappelijke vijand. Een van die oorlogen was de Laplandoorlog.
Nadat de Sovjet-Unie, onder leiding van Jozef Stalin, nog voor het uitbreken van WO II, de Finse buren op 30 november ongeprovoceerd aanviel en het land de zgn. winteroorlog opdrong, zag de Finse David zich gedwongen op 13 maart 1940 aan te sluiten bij de Russische Goliath. Met als gevolg dat vanaf die datum – met het vredesverdrag van Moskou – grote gedeeltes van Karelië en andere gebieden afgestaan werden aan Rusland.
Nadat op 22 juni 1940 de Duits-Sovjetoorlog begonnen was, zag Finland voor zichzelf de kans om op 25 juni 1941 het resultaat van de verloren winteroorlog te kunnen rechtzetten. Echter… ook deze oorlog verloren de Finnen. De door Moskou opgelegde wapenstilstand van 19 september 1944 met Rusland en diens bondgenoot Groot-Brittanië betekende voor Finland niet alleen de afstand van nog meer grondgebied en hoge herstelbetalingen, het betekende bovendien dat de winnaars zich ook met de binnen- en buitenlandse politiek van de verliezer gingen bemoeien.
Enerzijds moet Finland pro-sovjet communistische organisaties toelaten en pro-Duitse zgz. fascistische organisaties verbieden. Anderzijds moest Finland niet alleen de relatie met de Duitse bondgenoot verbreken, maar ook reeds vier dagen voor het ingaan van de wapenstilstand Duitse soldaten op Fins grondgebied oppakken én hen uitleveren aan de Sovjetunie. En de Finnen waren bovendien verplicht binnen twee weken de Duitsers uit hun land te verdrijven.
De Duitsers lieten dit niet zonder weerstand gebeuren en zo kwam het tot de zgn. “Laplandoorlog” tussen de vroegere bondgenoten. De met frisse tegenzin gevoerde oorlog tussen de tegenstanders was aanvankelijk vrij mild en lusteloos. Men noemde het zelfs een “schijnoorlog”. De Finse kwartiermeester-generaal, luitenant-generaal A.F.Airo, had het over “herfstmanoeuvers”.
Dat lieten de Sovjetvertegenwoordigers in de Geallieerde Controlecommissie voor het toezicht op de wapenstilstand in Finland echter niet gebeuren en drongen bij de Finnen aan een meer offensieve, agressievere en vastberadener actie tegen de Duitsers. En de Finnen voldeden aan het bevel op door een landing op Tornio, aan de Botnische Golf en de grens met Zweden. De Duitsers reageerden met verbitterde weerstand. De door hun voormalige Finse bondgenoot verraden voelende Duitsers kozen bij hun terugtocht, richting het nog Duits-bezette Noorwegen, de tactiek van de verschroeide aarde door het gebied achter te laten met talrijke mijnen. Zo kostte de oorlog tussen de voormalige bevriende staten aan beide kanten nog zo’n 1000 soldatenlevens en 5000 gekwetsten. De verhouding tussen de oprukkende Finnen en de terugtrekkende Duitsers bedroeg drie tegen twee.
Op 27 april 1945 trokken de laatste Duitse troepen zich terug via de grensdriehoek tussen Finland, Zweden en Noorwegen. In plaats van de door de Sovjetunie geëiste twee weken hadden de Finnen pas na meer dan 6 maanden dit gedeelte van de wapenstilstandseisen vervuld. Voor de Duitsers ging de terugtocht verder tot de onvoorwaardelijke capitulatie op 8 mei 1945.
PAZ