De olifant baarde een muis
Na maanden van vergaderingen, werkgroepen en overlegcomités hebben de verschillende regeringen in dit land eindelijk een akkoord bereikt over het concurrentiepact. Of het pact de concurrentiekracht van onze ondernemingen kan verhogen, is zeer twijfelachtig…
Dat de concurrentiepositie van dit land te wensen overlaat, tonen de cijfers zwart op wit: de loonkosten blijven stijgen, de werkloosheid blijft toenemen en de faillissementengolf blijft aanhouden. Volgens een rapport van experten van de Nationale Bank, het Planbureau, Eurostat en de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven ligt de Belgische loonkost per uur gemiddeld liefst 16,4 procent hoger dan in de buurlanden. België heeft – na Zweden – de hoogste loonkost van de EU: gemiddeld 40,4 euro per uur. Een structurele loonlastenverlaging is dus een belangrijke voorwaarde voor het ondernemersvertrouwen en is absoluut noodzakelijk om van een geslaagd concurrentiepact te kunnen spreken.
Druppels op een hete plaat
De federale regering raakte het eens over een reeks maatregelen, onder meer een lagere BTW op elektriciteit en een verlaging van de loonlasten ten belope van drie keer 450 miljoen euro. Ze maakt zich sterk met deze maatregelen de loonkostenhandicap tegen 2019 te dichten. Dit zijn echter de zoveelste druppels op een hete plaat. De aangekondigde loonlastenverlaging – in het beste geval goed voor 2 miljard euro – is een peulschil in vergelijking met de totale loonkostenhandicap met onze buurlanden en is absoluut niet structureel van aard. De kans is dan ook klein dat deze loonlastenverlaging bedrijven er toe zal aanzetten om aanwervingen te doen of om buitenlandse investeringen aan te trekken.
Het is bovendien zeer onduidelijk hoe de federale regering de aangekondigde lastenverlaging zal financieren. Door te snoeien aan de uitgavenzijde? Of via extra belastingen? Indien de financiering zal gebeuren door extra belastingen dan dreigt op zijn minst een broekzak-vestzakoperatie. De hete aardappel werd echter wijselijk doorgeschoven tot na de verkiezingen, maar indien premier Di Rupo na 25 mei 2014 zijn ambtstermijn zal kunnen verderzetten mag het ergste worden gevreesd…
Uitstel
Hoe zit het met de Vlaamse maatregelen? De Vlaamse regering kondigde aan om zeven jaar lang 125 miljoen euro uit te trekken om de loonlasten voor bedrijven te verlagen, maar de maatregelen vinden ook hier pas ingang na de verkiezingen van 2014. Bovendien zullen deze bedragen het verschil niet maken, wetende dat de totale loonkostenhandicap met de buurlanden 20 miljard euro bedraagt.
Volgens de grootste werkgeversorganisaties van dit land zijn de maatregelen van zowel de Vlaamse als de federale regering dan ook onvoldoende alsook te veel gespreid in de tijd om de loonkostenhandicap op een significante manier te verminderen. Van een echte competitiviteitsschok is volgens hen vooralsnog geen sprake. Ze vragen daarom verdere stappen om de handicap volledig weg te werken en onze bedrijven echt competitief te maken.
Het is duidelijk dat dit concurrentiepact geen structurele oplossing vormt voor het falende concurrentiebeleid in dit land. Echte stappen in de goede richting zouden structurele loonkostmaatregelen, fiscale hervormingen en administratieve vereenvoudigingen moeten zijn. Helaas is dit nog niet voor morgen, laat staan voor overmorgen…
Barbara Bonte, VB Magazine 2/2014