Goede Vrienden,
Van de heilige Norbert van Gennep, ook Norbert van Xanten genoemd, stichter van de orde van de Norbertijnen of van Prémontré, gaven we vorige maal de hoofdlijnen van zijn leven. Ziehier zijn laatste levensfase.
In juni 1126 hield koning Lotharius III in Spiers een rijksdag met de Duitse vorsten en benoemde Norbert tot aartsbisschop van Maagdenburg.
Deze “investituur” werd hem met geweld opgedrongen. Tegen wil en dank werd hij een van de machtigste kerkvorsten van het Duitse rijk. Toch blijft Norbert zichzelf. Blootvoets en met een schamele mantel komt hij aan in zijn aartsbisschoppelijk paleis. De portier wil deze zwerver wegjagen tot hij begrijpt dat het de nieuwe aartsbisschop zelf is. Ook hier zal hij gedurende acht jaar als boeteling en kloosterling een radicale hervormer zijn, wat allerminst in dank wordt aanvaard. Hij begint met het financieel beleid te zuiveren. Het kapittel van O.L. Vrouw van Maagdenburg wordt overgedragen aan Prémontré. Hij hervormt verder nog de seculiere kanunniken en een benedictijnerklooster. Twee moordaanslagen vanwege eigen huisgenoten kan hij overleven. Dan volgt er een ware volksopstand van heel de stad tegen hem. Norbert wordt aangevallen maar blijft ongedeerd en kan te paard vluchten. Later kan hij toch de vrede herstellen. Norbert excommuniceert de opstandelingen en ze tonen berouw.
Norbert was veel van huis weg. Hij bemiddelde in de strijd tussen paus Innocentius II en Anacletus II, waarbij hij kiest voor de eerste. Hij trekt ook op met het leger van Lotharius III om Innocentius II in Rome te doen zetelen. De Romereis van 1133 heeft Norbert uitgeput en hij kon slechts met moeite terug in Maagdenburg geraken. Vier maanden lag hij ziek te bed en celebreerde op Pasen, 15 april voor het laatst, zittend, de Eucharistie. Wanneer hij op 6 juni 1134 stierf, waren er meer dan honderd norbertijnen gemeenschappen.
Hij was een voorvechter van de “gregoriaanse hervorming”, die ijverde voor de vrijheid van de kerk tegenover de burgerlijke macht en de hervorming van de clerus. Hij was kloosterstichter, vredestichter, monnik, bestuurder en diplomaat in de keizerlijke rijkskerk, asceet, wanderprediger. Tenslotte is hij ook de patroon van de mislukkingen. Zijn eigen kapittel van Xanten kon hij niet hervormen en moest zijn toevlucht zoeken in N. Frankrijk. En als aartsbisschop in Maagdenburg moest hij met een ware revolutie tegen hem afrekenen.
Vrij algemeen wordt nog aanvaard dat de moderne tijd begon in 1500 met de ontdekkingsreizen en het kolonialisme, boekdrukkunst, Renaissance en humanisme, een terugkeer naar de klassieke oudheid… en dat de bekroning dan kwam in de 18e eeuw met de “Verlichting”. Steeds meer historici ontdekken dat de “Verlichting” vooral een verduistering was, die onze oorsprong heeft afgenomen, ons eennieuwe moraal heeft opgedrongen en van ons ontwortelde wezens heeft gemaakt (Bertrand Vergely, Obscures lumières. La révolution interdite, Editions du Cerf, Parijs, 2018,). Vervolgens blijkt dat ook de moderne tijd al in de 12e eeuw, de tijd van Norbert werd voorbereid. Er vonden toen belangrijke veranderingen plaats in de landbouw, de economie, de samenleving die op hun beurt de mentaliteit, cultuur en godsdienstbeleving beïnvloed hebben. Overigens, precies een eeuw na Norbert zal de heilige Franciscus van Assisi (+ 1926) deze beweging van streven naar authentiek evangelisch leven uitbreiden tot alle gelovigen.
Lees verder