Het stadsbestuur van Straatsburg heeft een lijst met verboden artikelen – voeding en andere – opgesteld voor de kerstmarkt van Straatsburg. Staan o.a. op de verbodslijst:
Kruisbeelden, kerstplakkaten, -kaarten en -kalenders… Men wil “Kerstmis” nergens meer vermeld zien. Het moet gaan over “eindejaarswensen”… Onze christelijke achtergrond moet uitgewist worden.
Onze gemeenschap van de “Orde van de eenheid van Antiochië” maakt deel uit van de Grieks-Melchitische katholieke kerk met haar geschiedenis doorheen de eeuwen.
Schisma’s en scheuringen in de Kerk schijnen zich bij voorkeur te openbaren ongeveer na ieder half millennium. In het begin is er de scheiding tussen heidenen en joden. In de vijfde eeuw is er de scheiding na het concilie van Chalcedon. In de elfde eeuw komt het grote oosterse schisma. In de zestiende eeuw zal het protestantisme Europa in twee scheuren. Komt er in de 21e eeuw een diepe kloof tussen vele gelovigen die zich aanpassen aan een ontspoorde moderne wereld en een schamel deel die trouw blijven aan het Evangelie?
Terwijl de joodse gelovigen en heiden-gelovigen zich steeds verder van elkaar verwijderden, namen vele verschillende volken, culturen en etnische groepen het geloof in Jezus aan. Syrië was een amalgaam van oude semitische en Arabische volken, die zich doorheen de eeuwen daar gevestigd hadden: Cananeërs, Feniciërs, Amorrheën, Arameërs, Arabische stammen, Yemenieten… Bovendien bleef een flink deel van de troepen van Alexander de Grote in Syrië achter en mengde zich onder de bevolking. In deze mozaïek van volkeren en culturen wist het patriarchaat van Antiochië een merkwaardige eenheid van geloof te bewaren. De christenen van al deze verschillende groepen vormden dankzij het bijzonder charisma van het patriarchaat van Antiochië één Lichaam van Christus in verscheidenheid.
In het mysterie van God brachten de eerste oecumenische concilies steeds meer klaarheid:
1. Nicea (325), Vader en Zoon zijn wezensgelijk; tegen Arius, priester van Alexandrië; door politieke steun zal het arianisme echter sterk blijven voortleven tot het volgend concilie.
2. Constantinopel I (381), Godheid van de heilige Geest; tegen Apolinaris, bisschop van Laodicea
3. Efese (431), Maria is waarlijk ‘Moeder Gods’ (‘Theotokos’) omdat zij niet slechts een lichaam baarde, maar de Persoon van Jezus Christus, de God-Mens;
4. Chalcedon (451), Jezus is één Persoon in 2 naturen, een goddelijke en een menselijke.
Het concilie van Nicea erkende in canon 6 al een grotere jurisdictie macht toe aan drie patriarchaten: Rome, Alexandrië en Antiochië. Het zijn ook de oudste patriarchaten vóór Constantinopel en Jeruzalem.
Na het concilie van Chalcedon komen er in het patriarchaat van Antiochië twee groepen. Een deel aanvaardt de 2 naturen volgens het concilie van Chalcedon (451) en wordt door Rome en Constantinopel erkend. Dit is de Grieks-Melchitische kerk. Een ander deel wil de leer van de 2 naturen in Christus niet aanvaarden en wordt “monofysiet” (Grieks: monos + physis = één natuur). Volgens hen is de menselijke natuur van Christus helemaal opgeslorpt door zijn goddelijke natuur zodat er maar één natuur overblijft, de goddelijke. Bovendien laten zij het Grieks voortaan ter zijde en sluiten meer aan bij de Syrische identiteit (Syriac). Ziedaar voortaan de twee groepen: chalcedoniers en niet-chalcedoniers. Zij zullen ook elk hun eigen patriarch hebben: de Grieks-melchitische kerk en de Syriac kerk van Antiochië.
Het grote schisma tussen oost en west heeft plaats in 1054. Deze dramatische breuk werd voorafgegaan door vele doctrine, theologische, taalkundige, liturgische, politieke en geografische verschillen.
De lont zou in het kruitvat beland zijn na een cricketwedstrijd eind augustus, die gewonnen werd door Indië. Zoals bij ons na een voetbalwedstrijd, begonnen de straatrellen na de cricketuitslag. En sindsdien is het niet meer rustig geweest.
Leicester, waar moslims gaan “wandelen” in een hindoewijk… Zoals u kan zien, worden de gehate coronamaskers weer vlotjes gedragen…
De spanningen breiden zich uit in het V.K., dankzij het internet. Oproepen om “te gaan wandelen” in de buurt van een hindoetempel worden verstuurd. Moslims zijn in de meerderheid en bedreigen de hindoeminderheid.
De eigenheid van onze gemeenschap Mar Yakub is verbonden met de plaats van Antiochië. Rond het jaar 300 vóór Jezus Christus, werd Antiochië gesticht door Seleucus Nicanor, een van de generaals van Alexander de Grote, aan de rivier Orontes, 11 km van de Syrische kust van de Middellandse Zee. Antiochië vormde de hoofdstad van het Seleucidische Rijk en werd vlug een druk centrum van internationale handel. Hier hadden de karavaanroutes van Mesopotamië toegang tot de Middellandse Zee. Ook wanneer de Romeinen in 63 na Christus de stad veroveren zal ze haar belang bewaren. Ze wordt de hoofdstad van de provincie van Syrië, waar de gouverneur zetelt en zal na Rome en Alexandrië de derde belangrijkste stad zijn van het Romeinse Rijk. Na W.O.II eisten de Turken het gebied op, het werd hen zonder meer gegeven en heet nu Antakia (Z.W. van Turkije). Van het voormalige Antiochië is er nagenoeg niets meer over.
De “kerk van Antiochië” zal het eerste centrum worden van het niet-joodse christendom. Met het verslag van Lucas in de Handelingen van de Apostelen, hoofdstuk 11, kunnen we ons hiervan een beeld vormen. Na de steniging van Stephanus worden de joden, die in Jezus geloven, hard aangepakt en vervolgd. Ze vluchten naar Fenicië, Cyprus en Antiochië. Ze zijn echte missionarissen, maar verkondigen het geloof in Jezus enkel aan joden. Toch zijn er enkelen die zich nu ook tot heidenen richten. Hun prediking heeft zulk een groot succes dat Barnabas en de pas bekeerde Paulus zich voor hen een jaar lang gaan inzetten. Hier worden deze gelovigen uit de heidenvolken voor het eerst “christenen”[1] genoemd. Gelovigen uit de joden (ecclesia ex judaeis) en gelovigen uit de heidenvolken (ecclesia ex gentibus) vormden de oorspronkelijke Kerk van Jezus Christus, een eenheid in verscheidenheid.
De eerste kerkvergadering van de apostelen te Jeruzalem (Handelingen 15, 1), besliste resoluut dat heidenen niet eerst jood moeten worden om in Jezus te geloven. Allen kunnen gered worden door het geloof in Christus. Paulus zal deze vrijheid later openlijk verdedigen in een vinnige discussie met Petrus. Petrus eet eerst gewoon met de heidengelovigen mee. Daarna kwamen fanatieke joden waardoor Petrus en anderen met hem zich terug trekken en niet meer met “onbesnedenen” samen durven te eten. Paulus ziet dat hierdoor de eenheid van gelovigen in Christus ernstig geschonden wordt. Hij schrijft het zelf zo: “Maar toen ik zag dat zij niet recht op de waarheid van het Evangelie afgingen, zei ik tegen Kefas (Petrus) waar ze allemaal bij waren: ‘Als jij een geboren jood leeft als een heiden en niet als een jood, hoe kun je dan de heidenen dwingen om te leven als joden?” (Galaten 2, 14).
Ziedaar de broze en kwetsbare eenheid van deze oorspronkelijke Kerk. Wat Paulus schrijft over “de nieuwe mens” in Efeziërs 2 is nog niet overal doorgedrongen. Hij legt uit dat de heidenen aanvankelijk uitgesloten waren van de beloften en verbonden van het heil “zonder hoop en zonder God in de wereld” (v. 12). Christus heeft echter de twee werelden van joden en heidenen één gemaakt door zijn sterven op het Kruis. Hij heeft ”de scheidsmuur neergehaald door in zijn vlees de vijandschap, de wet met haar geboden en verordeningen te vernietigen. Hij heeft vrede gesticht door in zijn persoon uit die twee één nieuwe mens te scheppen en beiden in één lichaam met God te verzoenen door het kruis…” (v. 14-16). Allen hebben nu toegang tot de Vader door éénzelfde Geest. Zo zijn de heidengelovigen volkomen gelijkwaardige medeburgers en “huisgenoten van God” geworden. Door Jezus’ kruisdood zijn allen als één lichaam met God verzoend. Het hoofd van het lichaam en de sluitsteen van het hele bouwwerk is Christus. “In Hem groeit het uit tot een heilige tempel…” (v.21).
Dit levenwekkend ideaal van “eenheid in verscheidenheid” waar ieder op zijn eigen wijze in gemeenschap leeft met Christus en de anderen, wordt echter vlug verbroken. De Kerk wordt steeds meer een kerk van heidengelovigen en steeds minder een kerk van joodse gelovigen, die tenslotte helemaal verdwijnen. De verwoesting van de tempel heeft hierbij een grote rol gespeeld. De eerste tempel, in 960 (vóór Christus), door koning Salomon gebouwd en in 586 door de Babyloniërs onder koning Nabuchodonosor verwoest, betekende al een diep trauma voor het joodse volk. Dank zij de Perzische koning Cyrus mogen de joodse ballingen terugkeren en de tempel herbouwen, die in 515 (vóór Christus) wordt ingewijd. Koning Herodes zal er een prachtig gebouw van maken. In 70 na Christus werd Jeruzalem met deze tweede tempel door de Romeinse generaal Titus verwoest. Voor de joden was dit een schok die een zware identiteitscrisis veroorzaakte. Volgens de rabbijnen was deze verwoesting te wijten aan het feit dat de joden ontrouw waren aan de Wet van Mozes. Uiteraard kregen joden die in Jezus geloofden zware verwijten van hun joodse broeders. Vele christenen uit het heidendom daarentegen zagen in deze verwoesting een soort straf van God omdat het joodse volk zijn Messias in Jezus had verworpen. Inmiddels geraakten Joodse gelovigen in Christus steeds meer vervreemd én van hun hun eigen volk én van de christenen.
Jeruzalem, het centrum van het joodse geloof én van het christelijk geloof is niet meer. Antiochië wordt de geestelijke erfgenaam van Jeruzalem. Volgens de kerkhistoricus Eusebius (III, 36) en de kerkvaders was Petrus gedurende zeven jaar bisschop van Antiochië voordat hij naar Rome trok. Hij werd opgevolgd door bisschop Evodius, eveneens een jood. Hierna volgt de heilige bisschop Ignatius (+ rond 110), een Griek in hart en nieren, die van de joodse cultuur alleen nog de Bijbelse en geestelijke waarden behoudt. Joodse gelovigen zullen steeds minder worden totdat ze helemaal verdwijnen en de Kerk in feite een kerk van heidengelovigen wordt. Dit is de eerste scheuring in de Kerk en de moeder van alle scheuringen. Over het ontstaan en roeping van de Grieks-Melchitische kerk handelen we de volgende keer. P. Daniel, Mar Yakub, Qâra, Syrië, 30.9.22
Flitsen
Het plukken van de druiven in de twee wijngaarden – een kleinere binnen de muren en een grote buiten de muren – is nu volop aan de gang en zal nog een hele tijd duren. De oogst van de vijgen loopt ten einde. De amandeloogst begint en de allereerste granaatappels beginnen op te barsten zodat binnenkort die oogst kan beginnen.
De Prins van Oranje kennen we allemaal. Maar de bisschop van Oranje? Neen! Toch heeft die echt bestaan. Hij kon ontsnappen aan de guillotine en kreeg zelfs een monument op kosten van een verdacht sujet. Om uw nieuwsgierigheid te prikkelen citeren we de laatste paragraaf van dit merkwaardig stukje uit onze geschiedenis.
“… Een dienaar van Napoleon die een dienaar Gods laat eren? En welke dienaar dan nog! De hulpprefect in kwestie was de geboren Mechelaar Goswin de Stassart, groot vrijmetselaar voor de Grote Bouwmeester, en fout zodra hij daartoe de kans kreeg. En toch. Laat er dus vreugde zijn over het verloren schaap dat terugkeerde, weliswaar niet voorgoed maar toch voor even.”
In onderstaande video (15″) kan u het monument zien in de rechter bovenhoek van de film, bij het binnengaan aan de linker kant van de kathedraal, een nis met blauw plafond, in een semi-zijbeuk, daaronder een boom en altaar in licht materiaal (marmer?) tegen donkere achtergrond. De laatste bisschop van Orange kreeg zelfs een prominente plaats in de kathedraal in de directe omgeving van het hoofdaltaar.
De kathedraal van Orange was tot 1801, de Notre-Dame-de-Nazareth. Het bisdom werd dan toegevoegd aan het aartsbisdom Avignon. Sinds de Franse Revolutie was het bisdom de facto afgeschaft. Met de pauselijke bul Qui Christi Domini erkende paus Pius VII het verdwijnen van het bisdom Orange officieel. De bul vermeldt als aanleiding het concordaat van Napoleon (1801). De reden van afschaffing is volgens de paus te zoeken in een eenvoudige eengemaakte structuur, in de plaats van de versnippering door de talrijke bisdommen in Zuid-Frankrijk: catholicam unitatem in Gallia retinendi.[3]
Sinds 2009 is de titel van bisschop van Orange een eretitel in de Rooms-katholieke kerk.[4]
In de eerste kerkvergadering te Jeruzalem, in het midden van de eerste eeuw, beslisten de apostelen dat heidenen die in Jezus willen geloven, niet eerst jood moeten worden maar hun eigenheid mogen bewaren (Handelingen 15). Allen kunnen immers gered worden, niet door de wet van Mozes maar door het geloof in Jezus Christus.
Deze kerkvergadering kwam er naar aanleiding van de steeds groter wordende groep Grieken, heidenen, in Antiochië in Syrië (nu Antakia in Turkije), waar sommige al te ijverige joden verlangden dat iedereen eerst jood zou worden. Na de duidelijke stellingname van de apostelen ontstond er een explosie van geloof in Jezus onder de heidenvolken, die in feite wereldwijd steeds verder is gegaan. Hierna zal echter de “Kerk” praktisch uitsluitend bestaan uit heidengelovigen, waarin de “kerk van de joden” afwezig is. Bovendien zullen joden gedurende eeuwen hun joods geloof uitdrukkelijk moeten opgeven indien ze bij de kerk van de heidengelovigen willen komen.
Pas in de jaren ’90 van vorige eeuw begon het door te dringen dat zulks wel bijzonder onlogisch is. Dan ontstaat de wereldbeweging van wederzijdse verzoening: Toward Jerusalem Council II, tjcii, op weg naar het tweede concilie van Jeruzalem. Het is een voorbereiding op het ogenblik dat een concilie, door Gods Geest geleid, eens in omgekeerde zin de joden die oprecht in Jezus willen geloven, welkom zal heten zonder hen te verplichten hun joodse gebruiken, waaraan ook Jezus steeds trouw geweest is, af te zweren.
De verzoeningsbeweging tjciiachten we van zeer groot belang om alle volken in eenzelfde eenheid in verscheidenheid te aanvaarden in Christus. Toch menen we dat we op onze hoede moeten zijn voor twee gevaren. Vooreerst een overdreven drang om terug te keren naar “de joodse wortels” waarbij hetgeen Gods Geest daarna op creatieve wijze gegeven heeft, afgewezen wordt. Concreet bedoelen we de inbreng van de Griekse filosofie en cultuur. Terecht kreeg de Septuagint, de Griekse vertaling van het Oude Testament door joodse geleerden (250-100 vóór Christus!) een groot gezag en werd medebepalend voor de kerkelijke leer. De Katholieke Kerk heeft ook in het begin, onder leiding van de heilige Geest, een bijzonder originele keuze gemaakt door de goddelijke openbaring samen te brengen met de Griekse filosofie en het zoeken naar waarheid. Het was een samenbrengen van geloof en rede. Een streven om de Griekse inbreng kritiekloos te vervangen door een zogenaamde terugkeer naar de joodse wortels lijkt me daarom onverantwoord en een afbraak van de ware Kerk, geleid door de creativiteit van de heilige Geest.
Vervolgens is er een waarschuwing vanuit de alles overtreffende universaliteit van Jezus Christus als de Verrezen Heer. Op een bepaalde tijd en plaats is Jezus geboren, nl. in Bethlehem. Hij groeide op in Nazareth, onderrichtte in Galilea en omstreken. In Jeruzalem, op Golgotha werd Hij gekruisigd, is Hij daadwerkelijk gestorven én verrezen. Als verrezen Heer heeft hij onze orde van ruimte en tijd overstegen. De Verrezen Heer komt bij zijn apostelen binnen terwijl de deuren gesloten zijn. Ons aardse leven heeft Hij helemaal doorleefd en overstegen door zijn verrijzenis. Sindsdien is iedere plaats op aarde een Betlehem, waar deze Verrezen Heer geestelijk geboren kan worden in mensen, iedere plaats op aarde is een Galilea waar Hij zijn Woord kan spreken, iedere plaats op aarde is een Golgotha en Jeruzalem waar Hij in mensen sterft en verrijst.
Er is geen enkele reden om te denken dat Hij in ruimte en tijd zal terugkomen om een aards koninkrijk voor een aards volk van Israël te vestigen in een werelds Jeruzalem. Alle gelovigen in Jezus, over de hele wereld, vormen nu het Mystieke Lichaam van Christus. Ieder volk en ieder land op aarde hebben hierin hun eigen roeping en zending maar geen enkel volk of land kan zich verheffen boven de anderen als zijnde superieur.
Er is geen enkele grond om het joodse volk als “godsmoordenaars” te bestempelen, zoals helaas gedurende eeuwen gebeurde, want Christus is gestorven omwille van “onze” zonden.
Er is echter ook geen enkele reden om het joodse volk te beschouwen als zijnde verheven boven de anderen, wat in onze tijd maatschappelijk zeer kwalijke gevolgen kan hebben. De heilige Paulus heeft ieder exceptionalisme of superioriteit voor goed afgewezen. Het joodse volk is weliswaar het eerst uitverkoren en het lievelingsvolk van God. Het is geroepen om het geloof in Jezus onder alle volken te verspreiden. In Christus zijn echter ook alle volken uitverkoren en lievelingsvolk van God geworden. Dat is Gods pedagogie die gaat vanuit het individuele naar het universele. Uiteindelijk zijn allen volkomen gelijk. De farizeeën hebben juist gezien wanneer zij zeggen dat Jezus geen aanzien van personen kent (Cfr. Mattheus 22, 16). Alle gelovigen, in eenheid met hun Hoofd Christus, vormen het Mystieke Lichaam van Christus dat de Kerk is: “Zo vormen wij allen tezamen in Christus één lichaam, en ieder afzonderlijk zijn wij elkaars ledematen” (Romeinen 12, 5). Het gaat hierbij niet om een louter uiterlijke eenheid waarbij iedereen hetzelfde T-shirt draagt, maar om een diepe innerlijke eenheid. Dat vraagt Paulus aan de Filippenzen: “Maak mijn vreugde dan volledig door uw eenheid van denken, uw eenheid in de liefde, uw saamhorigheid en eensgezindheid” (Filippenzen 2, 2). Hierdoor zullen allen steeds meer groeien in “de gezindheid” van Jezus Christus zelf, Hij die, God zijnde, voor ons slaaf geworden is en gehoorzaam werd tot de dood op het kruis. In die zin heeft Jezus ook zijn vurigste wens voor ons gelovigen uitgedrukt, vlak voor zijn sterven: “Dat ze allen één mogen zijn, zoals U Vader, in Mij bent en Ik in U, zo moeten zij in Ons zijn, zodat de wereld kan geloven dat U Mij hebt gezonden” (Johannes 17, 21).
De titel van onderstaande video luidt: “traditionele Latijnse mis werd verboden, maar Hindoe-aanbidding wordt aanvaard”.
“Origineel, plezant, aangenaam, niet het traditionele… “ noemt een deelneemster de kirtanna-yogasessies in de oude Sint Jacobskerk. “Speciaal“… ook al gaat de opbrengst naar de renovatie van de Rubenskapel.
Wat volgt? Zaalvoetbal-, pingpong-, vogelepikwedstrijden of pokertafels… ???
Ziet u dit gebeuren in een synagoge, in een moskee??? Als een pastoor geen respect meer heeft voor zijn kerk als Huis van God, hoe kan hij dan zijn kudde nog bijeen houden…
Volksvertegenwoordigers van de westelijke Ternopil provincie proberen de Oekraïense Orthodoxe Kerk te verdrijven uit het klooster van O.L.V. Hemelvaart te Pochayiv Lavra, sinds eeuwen het belangrijkste spiritueel en ideologisch centrum van verschillende orthodoxe en Oostelijke katholieke geloofsentiteiten in West-Oekraïne. Het klooster is een ware blikvanger op een 60 meter hoge heuvel in de stad Pochayiv.
De b.g. “afgevaardigden van het volk” dienden hiervoor een verzoekschrift in in het parlement; zij willen dat het huurcontract van de kerk opgezegd wordt. De actie van hen kwam er nadat nationalisten en separatisten probeerden de jaarlijkse bedevaart naar het klooster n.a.v. de feestdag van de Dormition (onze O.L.V. Hemelvaart) wilden blokkeren. De zgn. Kruisprocessie van Kamyanets-Podolsky naar het b.g. klooster wordt – 250 km – sinds tweehonderd jaar gehouden.
In vroeger jaren namen tienduizenden gelovigen deel – dit jaar slechts 8000, velen van hen bejaard, ouders met kleine kinderen. Nu werden zij gehinderd door activisten die “Dood aan de vijanden!” en “Glorie voor Oekraïne!” schreeuwden. Het antwoord der bedevaarders: “Glorie aan God! Christus is verrezen, waarlijk verrezen!” De processie kreeg geen toegang tot dorpen, tot waterbronnen en/of voedingzaken. Bijgevolg moesten de bedevaarders dikwijls van richting veranderen en tientallen extra km afleggen door velden en moeilijk begaanbaar terrein, zelfs ravijnen.
De volgende dag werd een buitengewone zitting van de Ternopil provincieraad gehouden, tijdens dewelke opgeroepen werd de Oekraïense Orthodoxe kerk te verbannen wegens “vijandig t.o.v. Oekraïne” en het huurcontract van heel het Pochayiv Lavra te ontbinden en over te dragen aan de overheid. Lokale autoriteiten proberen al jaren de kerk uit het klooster te verdrijven.
Waarom deze haat?… In Oekraïne woedt intussen ook een kerkenoorlog. Lees: Oekraïens-Orthodoxe Kerk. En daar bovenop komt dan ook nog de invloed van de Sorossekte.
Beelden van de aankomst en van de plechtigheid in het klooster:
De synodale weg van de westerse Kerk openbaart een diepe crisis in de Kerk, een identiteitscrisis, een geloofscrisis waarbij de moeilijkheden van het priesterschap bijzonder zwaar doorwegen. Ze leeft in een maatschappij en in landen die zelf aan de rand van de afgrond staan, niet meer weten vanwaar zij komen en welke hun rijkdom en fundamenten zijn. Ze willen een wereld maken zonder God en daarom is het ook een wereld zonder respect voor mensen en zonder hoop. De wereldelite zegt openlijk dat ze het grootste deel van de wereldbevolking niet nodig heeft en problemen beter met kunstmatige intelligente robots kan oplossen. Het is een wereld vol leugen, bedrog en geweld, die de menselijke waardigheid vernietigt. Deze elite pleegt verraad, vlucht in moreel relativisme, onmenselijke nieuwe ideologieën en een mondialisme zonder grenzen, op weg naar een totalitaire dictatuur. Driftig wordt een gloednieuwe “beschaving” van barbaarsheid opgelegd. Hierover schreef de Guinese kardinaal en voormalige prefect van de Congregatie voor de Liturgie, Robert Sarah een boek (Cardinal Robert SARAH avec Nicolas DIAT, Le soir approche et déjà le jour baisse, Fayard, 2019). Voor de Kerk gaat hij nog een stap verder en beweert dat we de apostel Judas navolgen en verraad plegen aan Jezus en de Kerk. De opvattingen van deze vurige prelaat wil ik graag delen en op mijn wijze illustreren.
Judas was wellicht ontgoocheld over Jezus als de Messias van Israël, omdat Hij geen politieke actie ondernam. Israël bevrijden van de overheersing van de Romeinen, een hoofdbekommernis van het joodse volk, bleek niet de prioriteit van Jezus te zijn. En wellicht hadden ook andere apostelen meer actie verwacht op dit gebied. Overigens heeft ook de beroemde Joodse historicus Josephus (+ rond 100) blijkbaar een tijd gemeend dat Jezus de Messias van Israël was. Toen de Romeinen Jeruzalem belegerden verwisselde hij echter van kamp en liep over. Het bracht hem geen windeieren op. Hij werd in de keizerlijke familie opgenomen, vandaar zijn naam Flavius Josephus. Voor hem was het joods messianisme in vervulling gegaan in de succesvolle wereldoverheersing van het Romeinse Rijk.
Jezus heeft gedurende heel zijn openbaar leven zijn apostelen trachten te onderrichten over de ware betekenis van de Messias.