Nou en? Was altijd toch het geval? Hoewel… voor zwarten wordt dikwijls een oogje toegedrukt.
Het gaat bij dit verbod niet om het “rijden”, maar wel om het begrip “onbetaald rijden”, de taalnuance die bijzonder kwetsend is voor iedereen die van nature een donker velletje heeft.
De Duitse taalpolitie waakt opdat de samenleving anti-racistischer wordt. Berlijn en München leiden de dans. „Schwarzfahren“ (… zwartrijden) is vanaf nu een racistisch begrip. De Berlijnse gewestregering heeft beslist dat het begrip “zwart” in het publieke domein niet meer in een negatieve context mag gebruikt worden. Ergo: het is een teken van racisme.
In München is men goed op weg om Berlijn in de retoriek te volgen: men is er bij de openbaar vervoerinstanties “diep van overtuigd dat in een tijd, waar het rechtsextremisme tot een grote bedreiging voor het land geworden is, het taalgebruik ook aan banden moet gelegd worden”. Wie vanaf nu nog de woorden “zwartrijden” of “zwartrijder” gebruikt toont hiermee zijn verachting voor de welgekomen zwarte parels, zelfs al zijn deze niet afkomstig uit Zwart-Afrika, maar uit het midden of verre oosten.
De affiches met de racistische slogan, die elke openbaar vervoergebruiker moet wijzen op zijn burgerplicht, nl. zijn vervoerticket te betalen, worden verwijderd. Ze zullen waarschijnlijk vervangen worden door een lachende ebbenhouten neo-Duitser die goedgezind zijn ticket betaalt…
Dat zijn wij, blanken, met de duidelijke wens elke ochtend bij ons ontbijt een in schijfjes gesneden gekleurde medemens tussen onze boterham te leggen.
Dat beweren niet wij, maar wel ene Donald Moss, gerenommeerd zielenknijper. Pikant detail: Donald Moss is blank.
Een vooraanstaand medisch tijdschrift voor Amerikaanse psycho-analysten (… moderne versie van duivelsuitdrijvers) heeft een onderzoek gepubliceerd waarbij het blank zijn (“whiteness” = wit zijn) verketterd werd met deze beschrijving: “malignant, parasitic-like condition to which white people have a particular susceptibility.”, “een kwaadaardig, parasietachtige toestand waarvoor blanken mensen bijzonder vatbaar zijn”.
Het onderzoek, dat in de voorgaande maand door het Journal of the American Psychoanalytic Association gepubliceerd werd onder de titel “On having whiteness” (… het wit-zijn onder de leden hebben… ), beschrijft de toestand als een ziekte die nog steeds geen blijvende genezing gevonden heeft. De auteur, Donald Moss, is een blanke New Yorker die meer dan 40 jaar ervaring heeft in zijn privé praktijk. We citeren een stukje uit diens baanbrekend werk:
“Parasitic Whiteness renders its hosts’ appetites voracious, insatiable and perverse,” wrote “These deformed appetites particularly target nonwhite peoples.”
“Het parasitaire blank-zijn maakt de gastheer vraatzuchtig, onverzadigbaar en pervers. Deze misvormde honger neemt vooral niet-blanke volkeren in het vizier.”
Terwijl het “quasi onmogelijk” is dergelijke appetijt uit te roeien, kan de blanke wreedaard met succes behandeld worden met een mengeling van “psychisch- en sociaal-historische hulpverlening”. Maar medische experten kunnen slechts hopen dergelijke appetijt “te hervormen”, zoals de intensiteit te verminderen, hun doelwitten te wijzigen en – in sommige gevallen “de doelwitten om te keren op weg naar herstel.”
Moss’ conclusies waren zo verbazingwekkend dat sommigen dachten dat het concluderend artikel fictie of eventueel satirisch bedoeld was. Niet toch. Zijn conclusies worden door menigeen, werkzaam in de psychische branche, gedeeld. In oktober 2020 verscheen er een artikel in de American Journal of Community Psychology, waarbij opgeroepen werd tot een groter bewustzijn en kennis van “whiteness”, van het blank-zijn, én voor acties om het “dismantle whiteness.” , het blank-zijn te slopen.
Donald Moss lanceerde zijn zelfhaat in 2020 in Zuid-Afrika.
Verleden week nog kwam aan het licht dat de New Yorkse psychiater en psycho analyste Aruna Khilanani in april aan de Yale University had georeerd over het “the psychopathic problem of the white mind.” … over “het psychopathisch probleem van de blanke geest. “I had fantasies of unloading a revolver into the head of any white person that got in my way, burying their body, and wiping my bloody hands as I walked away relatively guiltless with a bounce in my step,” … “Ik stelde me voor een revolver leeg te schieten in het hoofd van eerder welke blanke die mijn pad kruiste, het lichaam te begraven en mijn bloedigere handen af te vegen terwijl ik quasi zonder een schuldgevoel huppelend wegwandelde… “ vertelde Khilanani aan de studenten en de faculteit. “… Zij vergeleek blanke patiënten met “demented, violent predator who thinks they are a saint or superhero.” … een “dementerend, gewelddadig roofdier dat denkt een heilige of een superheld te zijn.”
Yale plaatste de virtuele les en de video op hun webstek, met beperkte toegang. Toen er negatief gereageerd werd plaatste Yale een verklaring waarbij gesteld werd dat de toon en inhoud van Khilanani’s les “onethisch waren t.o.v. de waarden van de school”.
Andere critici vonden Moss’ artikel beangstigend en vergeleken zijn taalgebruik met nazipropaganda tegen joden in de jaren ’30 van de vorige eeuw, waarbij een “Endlösung” gepropageerd werd. Zoals in: “The language of genocide”“We should be scared. Next is hospitalizing those afflicted by whiteness, reprogramming them, then extermination of many.” De taal van de genocide. We moeten bang zijn. Het volgende is hen, die getroffen zijn door het blank-zijn, te hospitaliseren, hen te herprogrammeren, vervolgens velen van hen uit te roeien…
4 juni om 21:52 · “De “woke” cultuur doet me denken aan de opkomst van het islamisme in de Arabische wereld
Dit interview verscheen vandaag in het Franse dagblad Le Figaro(vertaald met hulp van het uitstekende Deepl.com)
Deze Palestijns-Amerikaanse, professor aan de Georgetown University Law School, vertelt over het klimaat van censuur en wijdverspreide bewaking dat op campussen in heel Amerika heerst, onder het mom van bestrijding van discriminatie, en het tot zwijgen brengen van “ketters” die anders denken.
LE FIGARO. – Twee docenten aan de Georgetown University zijn ontslagen omdat ze klaagden over de slechte prestaties van hun zwarte studenten. Is dit een op zichzelf staande gebeurtenis of is het een symptoom van een meer algemeen verschijnsel?
LAMA ABU-ODEH. – Dit incident maakt deel uit van een fenomeen dat zich aan alle Amerikaanse universiteiten voordoet. De geleidelijke overheersing van de “woke”-cultuur op campussen doet me denken aan de opkomst van de islam in de Arabische wereld in de jaren tachtig. Op een dag ontdekte men dat alle vrouwen sluiers droegen en alle mannen baarden droegen, en het was te laat. De “woke”-ideologie verspreidt zich op dezelfde manier, en de mensen ter linkerzijde in het Westen zijn niet in staat er weerstand aan te bieden, net zoals de conservatieven in de moslimwereld door het islamisme zijn overrompeld.
Dit is iets wat ik persoonlijk heb meegemaakt in Jordanië, waar ik ben opgegroeid. Ik was getuige van de intrede van islamisten in alle culturele en academische sferen. Toen ik in het laatste jaar van mijn rechtenstudie zat, schreef ik artikelen in de studentenkrant waarin ik deze invloed aan de kaak stelde. Op een dag kwam een vriend van mijn vader ons vertellen dat mijn naam was genoemd in de moskee tijdens de vrijdagprediking. Mijn vader werd bang en liet me het land verlaten. Ik ging naar Engeland en toen naar de Verenigde Staten.
In de moslimwereld controleren islamisten nu universiteiten en belangrijke culturele instellingen. Dertig, veertig jaar later, zijn we nog niet van ze af.
Zijn er andere parallellen? De “woke” ideologie heeft alle kenmerken van een religieus fenomeen. Haar aanhangers verklaren dat de beginselen zelf van de universiteit racistisch zijn, en dat racisme overal voorkomt. Tegenover deze nieuwe censuur zijn de mensen ter linkerzijde niet in staat de meest elementaire beginselen, zoals de vrijheid van meningsuiting, te verdedigen. Het islamisme is op deze manier begonnen, met rekrutering uit de geschoolde middenklasse en binnendringing in het onderwijssysteem alvorens zich naar de machtssferen te verspreiden.
Een andere opvallende parallel tussen het islamisme en de woke-beweging is de rol van de vrouw. Als je kijkt naar de menigten die marcheren en met beschuldigende vingers wijzen, zijn het meestal vrouwen. Zwarte vrouwen, blanke vrouwen. Zij zijn altijd degenen die de ethische regels opleggen, en traditioneel de waardesystemen verdedigen. Wanneer zij, bijna instinctief, het ontstaan van een nieuwe morele orde aanvoelen, worden zij missionarissen om deze te verspreiden. Zij hebben het religieuze fenomeen naar de moslimwereld gebracht, en hier lopen zij voorop in de strijd tegen wat structureel racisme wordt genoemd.
Maar wat is structureel racisme? Je kunt het niet zien, je kunt het niet definiëren, maar het is overal! Het is een geloof, een bijna mystiek concept. Elke keer dat je een raciale ongelijkheid ziet, kun je het verklaren door structureel racisme!
Wanneer zag je dit fenomeen voor het eerst opduiken? Een van de eerste incidenten vond plaats in 2017 op de campus van The Evergreen State College in de staat Washington. Zwarte studentenbewegingen hadden geëist dat er een dag voor minderheden zou worden gereserveerd, en dat blanke studenten op die dag niet naar de campus zouden komen.
Eén professor, Bret Weinstein, weigerde mee te werken en zei dat het machtsmisbruik was. Protesten braken uit, hij werd beschuldigd van racisme, en gedwongen af te treden.
Dit was een van de eerste incidenten waarbij de “woke” beweging haar kracht liet zien. Weinstein waarschuwde: als je denkt dat dit een geïsoleerd incident is, dat alleen linkse hogescholen aan de westkust treft, dan heb je het mis: het zal zich verspreiden! Hij had helemaal gelijk.
Dit voorval deed me denken aan de manier waarop islamitische studenten de gedragsregels begonnen op te leggen op campussen in de Arabische wereld, waarbij zij de lessen van professoren onderbraken die ervan beschuldigd werden ketters te zijn. En ik wist toen dat we een probleem hadden
Wanneer zag je het gebeuren op je eigen faculteit?
Ik begon een verschuiving te merken in Georgetown toen Trump werd verkozen. Op de rechtenfaculteit, begon onze decaan ons zeer politieke emails te sturen tegen hem. De universiteit heeft alle neutraliteit opgegeven. Deze bureaucratie begon de taal van de diversiteit te gebruiken, waarbij geen afwijkende stemmen meer werden toegelaten.
Ik herinner me een conferentie op Zoom waar mijn conservatieve studenten me vertelden dat ze nerveus en bang waren. Zij zagen toe hoe hun politieke ideeën gevaarlijk werden om in het openbaar te uiten en als een moreel falen werden beschouwd, niet alleen als een mening. Als studenten gedwongen worden hun mening geheim te houden, terwijl de hiërarchie en andere studenten hun mening uiten alsof het de nieuwe moraal is, dan bestaat er geen vrijheid van meningsuiting meer.
Heeft de universiteit niet gereageerd?
De decaan kondigde de oprichting aan van een antidiscriminatiecommissie, die bevoegd is klachten tegen professoren of andere studenten te ontvangen. Ik was verbijsterd. Het was zoals de Baath partij spionereert in Saddam Hussein’s Irak. Vervolgens kondigde hij aan dat alle professoren een diversiteitstraining zouden moeten volgen. Zwarte academici van de westkust kwamen ons een lezing geven.
Ik was de enige, samen met een andere professor, die mijn bedenkingen uitte. Een collega zei tegen me: “Hoe durf je een zwarte vrouw te onderbreken? De verschuiving ging snel: politieke opvattingen werden een moreel systeem, overgenomen door de universiteit. Andersdenkenden voelden zich bedreigd, en er werd een bureaucratisch systeem van toezicht ingevoerd.
En dit gebeurt niet alleen op universiteiten! Ik heb vrienden in de industrie, NGO’s, cultuur, die hetzelfde fenomeen beschrijven. Mensen beginnen voorzichtig te zijn met wat ze zeggen.
Welk effect heeft deze cultuur van voortdurende aanklacht op de universiteit?
Mensen worden paranoïde. Dit is nog versterkt sinds onze lessen per video worden gehouden en opgenomen. We worden allemaal al in de gaten gehouden. Ik geef les in mensenrechten en soms bekritiseer ik de Black Lives Matter beweging. Ik zie mijn studenten plotseling verlamd, verstijfd, alsof ze willen zeggen, alsjeblieft, laten we hier niet over praten. Alsof ik iets immoreels zeg. Het is niet alleen de dreiging die in het spel is, maar ook de materiële stimulansen. Iedere leraar weet dat hij of zij alleen salarisverhoging krijgt als hij of zij trouw zweert, dat hij of zij alleen een ambtstermijn krijgt als hij of zij de juiste dingen zegt. Net als in totalitaire systemen, zullen mensen er uiteindelijk een gewoonte van maken hun hoofd naar beneden te houden. Ze denken dat als ze niet opvallen, ze niet vervolgd zullen worden. Dat is wat er in Irak of Syrië is gebeurd. We stoppen met praten over politiek.
Aangezien ik dertig jaar ouder ben dan veel van de leraren, en vooral omdat ik al eerder met de islamisten te maken heb gehad, maakt het me eerder erg boos dan bang. Maar ik heb er genoeg van. Ik denk erover om met pensioen te gaan. Ik wil niet meer werken in een instelling die geleid wordt door ideologen.
Hoe ver denk je dat dit fenomeen zal gaan? Tot ze op weerstand stuiten. Het gebeurt nog steeds. Vorige week stuurden twee universiteitsbestuurders een e-mail met het verzoek de vaccinatie niet verplicht te stellen voor Georgetown-werknemers, terwijl die voor studenten wel verplicht is. De reden was om minderheden niet te benadelen, omdat de zwarte bevolking erg huiverig is voor vaccinatie.
Na te hebben gezegd dat zwarten meer sterven aan Covid vanwege systemisch racisme, vertelt dezelfde “wakkere” beweging ons nu dat als zwarten zich niet willen laten vaccineren, zij daar niet toe moeten worden gedwongen. Maar nu hebben mensen gereageerd door op te merken dat zij het probleem van systemisch racisme begrijpen, maar dit gaat over de gezondheid van alle mensen.
Als we ons tegen hen verzetten, zullen ze het moeten opgeven. Maar ik betwijfel het. Ze hebben niemand om zich tegen af te zetten. Het ontbreken van een tegenwicht onthult de zwakte van de Conservatieven. Links is oneindig veel machtiger. De academici zijn niet erg moedig. De meeste van hen zijn nogal passieve ambtenaren.
Ik vrees dat deze “woke” beweging geen kortstondig verschijnsel is. Het gaat niet zomaar weg. Black Lives Matter is een zeer machtige organisatie geworden, met een kas van 90 miljoen dollar. En deze nieuwe generatie zal weldra verantwoordelijke posities bekleden, en een diepgaande verandering van het Westerse systeem teweeg brengen. Deze activisten worden de toekomstige leraren en zullen functies gaan bekleden in regeringen en aan het hoofd van culturele instellingen. We zullen een nieuw tijdperk van bewaking en censuur binnentreden. Dit is waarschijnlijk een symptoom van verval, als je universiteit onderworpen is aan een puriteinse cultus. Het Westen kan zijn eigen principes niet langer verdedigen.
Wie dacht dat de dansschool van het Krulkonijn een eenmalig iets is/was, moet dit eens lezen. Of de EU haar geïnspireerd heeft, of andersom, kunnen wij niet meer vaststellen. In elk geval is de EU bevallen van een zelfde prachtig idee: danscursussen, gefinancierd door de belastingbetaler, voor landverhuizers, die zich waarschijnlijk te eenzaam zouden voelen ver weg uit hun “Heimat”.
Uit de kas van het “Creative Europe Programme” worden dans-, theater- en poppenkast-cursussen georganiseerd. De poppenkastcursus Rapport kreeg 200.000 euro, waar ze poppen maken uit papier, draad en ijzerdraad, die niet alleen de artistieke samenwerking van migranten moet aanmoedigen, maar ook een “duurzame, praktische erfenis van de voortdurende integratie door artistieke bezigheden”.
Push kreeg 168.000 euro en daar bovenop kreeg de opvolger, Push+, nog eens 200.000 euro, totaal 368.000 euro. Push staat voor voor de overkoepelende Gutmenschenbegrippen “Identiteit, grenzen en veiligheid”; Push+ voor “Thuis, mislukking en verschillende lichamen”.
Wie meent dat b.g. zaken niet bovenaan op de prioriteitenlijst moeten staan, vergist zich. In de EU heeft de waanzin altijd voorrang.
Nog veel meer belastinggelden – nl. 1.4 miljoen euro – gingen naar “Performing Gender – dansen maakt het verschil”. Het gaat erom al dansend nieuwe verhalen over de regenboog-gemeenschap te vertellen. Performing Gender… het uitbeelden van je geslacht… Dàt hebben de landverhuizers nodig om zich hier goed in hun vel te voelen. We vermoeden dat een gemiddelde jonge Afghaan, Tunesiër of iemand uit de Afrikaanse Evenaarszone zich daarmee helemaal op zijn gemak gaat voelen. De beelden zeggen alles… Onderliggende slogan van dit baanbrekend, integratiebevorderend EU-hersenspinsel is alleszeggend: “Gender Fluidity, Gender door de dag heen”… om de verscheidenheid van geslachtbenadeling duidelijk te maken aan de testosteronbommen die van heinde en verre naar deze dolgedraaide EU komen om een graantje mee te pikken van ons Gutmenschendom.
Alles moet kunnen, is het motto, met geprojecteerde foto’s van mannen in een trouwkleed, naakte mensen in al hun inclusieve schoonheid en kinderen die – naar verluidt – erop zitten te broeden of ze tegelijkertijd een jongetje of een meisje kunnen zijn. Geef toe, voor de b.g. testosteronbommen is het slikken! Onder de Taliban werden ze gegarandeerd niet overvallen door dergelijke twijfels…
Komen we tot het neusje van de EU-integratiezalm: “Migrant bodies, moving borders”, toegekend voor de habbekrats van 200.000 euro. In vergelijking met Krulkonijns wensenlijst: een eerder bescheiden subsidie. Te volgen op YT. Hij zou “het beroepsleven der migranten moeten verrijken” en hen – we citeren – “de kans bieden de nieuwe multiculturele en generatie-overschrijdende kansen te omarmen”. Hoe dat eruit ziet, kan u in de video onderaan mee ervaren. Bv. u ziet doelloos rondlopende of hossende mensen die dan plotseling – als door een wesp gestoken – na het commando “vis” elkaar om de hals vallen. Dansen heeft blijkbaar in de EU iets van zijn vroegere glans verloren…
U vraagt zich af wie van heel deze poppenkast beter wordt. In geen geval de zgn. “vluchtelingen” – die hebben waarschijnlijk eerder de indruk in een gekkenhuis beland te zijn. De EU-belastingbetaler ook niet, integendeel. “Verrijking” is een begrip dat slechts voor de linkse wereldverbeteraars, die mee mogen graaien in de EU-pot, van toepassing is. Zij groeien en bloeien op allerlei discriminatiegolven, waarvan een normale sterveling zoals u en ik geen benul hebben, zoals de beruchte problematiek van de achterstelling van exoten en geslachtsmutanten. Zij zijn de parasieten die altijd en overal problemen zoeken én vinden opdat ze kunnen leven op onze kosten.
Afsluitend: in de video’s die migranten naar het EU-geluk moeten begeleiden worden ook EU-kritische politici getoond… opdat hen, de neo-EUropeanen, duidelijk gemaakt wordt op wie ze in de toekomst (niet) moeten stemmen. Ook dat is schandalig en tegelijkertijd heel gewoon in de EU.
Mocht de reactie van ene “Wim” ons niet van Jodenhaat (mét hoofdletter) beschuldigd hebben (volg bruggetje en diens reactie), dan hadden we dit niet geplaatst. Hij heeft ons echter tot nadenken gezet en bijgevolg hebben we nog enig opzoekwerk verricht. U ziet hierbij het resultaat: een video van dezelfde Ierse parlementair. En we zijn enigszins geschokt door bv. een citaat van de Israëlische justitieminister over Palestijnen: “Het zijn allemaal vijandelijke strijders. De moeders van de doden inbegrepen; zij zouden hun zonen moeten volgen. Niets zou rechtvaardiger zijn. Zij moeten wég. Zoals hun huizen, waarin ze hun slangen grootgebracht hebben.”
Stel u nu even voor dat een gojim deze verklaring zou geuit hebben over joden en hun moeders…
Voor alle duidelijkheid: wij haten geen joden of enige andere geloofsgemeenschap. Wij haten niemand. Wij hebben een voorkeur voor bepaalde mensen en neigen tot een diepe afkeer van anderen. Wij hebben medelijden met sommigen en permitteren ons af en toe enig leedvermaak met anderen. In het algemeen zijn wij verdraagzaam tot het tegendeel ons bewijst dat we té naïef geweest zijn. Wij hebben op velerlei gebieden respect voor wat men daar in het huidige Israël uit de woestijngrond gestampt heeft, voor hun vindingrijkheid, dadenkracht en doorzettingsvermogen op zeer veel domeinen: cultureel, wetenschappelijk… en niet te vergeten financieel.
En ja, als naoorlogse generatie gunden, gunnen wij de joden een eigen staat. Maar niet als de Israëlische landmeters een elastiek gebruiken om ‘s lands grenzen te meten en blijven hérmeten.
… fulmineert tegen advocaat van crimineel, die ‘s nachts betrapt werd in een buurt waar hij niet woont, die zich vervolgens verstopt, met een holster op zijn lichaam, waarop de politie het vuur opende… “Kom niet af met je onzin dat hij een zwarte is die op de loop ging voor politiebrutaliteit… daar gaat het niet over… ik laat niet toe dat je deze zaak gaat vergiftigen door iets aan te voegen dat er helemaal niets mee te maken heeft…”
Erdogan heeft zijn megalomane droom van een neo-Ottomaans Rijk, waar geen plaats is voor andere religies dan de bejubelde islam, lang niet opgegeven. Noord-Cyprus schijnt voor eeuwig en altijd bezet te blijven en Noord-Syrië gaat dezelfde kant op.
Herdenking in Yerevan van de Armeense genocide gisteravond:
Jan Huybrechts schreef er deze terugblik over:
Op 24 april 1915 – vandaag dag op dag 106 jaar geleden – gingen de Ottomaanse autoriteiten over tot de aanhouding van een 250-tal leidende figuren en intellectuelen uit de Armeense gemeenschap in Istanbul. Deze golf van arrestaties was het begin van een systematische vervolgingspolitiek van de Armeense minderheid in het Ottomaanse Rijk die al snel de kenmerken van een genocide kreeg.
Het ooit zo machtige Ottomaanse Rijk was in 1915 nog slechts een schaduw van wat het ooit geweest was. Dit imperium, dat zich op zijn hoogtepunt, in de 16e en 17e eeuw uitstrekte van Noord-Afrika over het Arabisch schiereiland, het Midden-Oosten en Anatolië, tot ver over de Balkan tot in Centraal-Europa, had in de 18e en 19e eeuw een steeds verdergaand en steeds sneller verlopend machtsverlies geleden. Het vermolmde en corrupte machtsapparaat was niet langer opgewassen tegen de vele uitdagingen waarmee het werd geconfronteerd.
Extern was er de toenemende en niet aflatende druk van oude rivalen zoals het Russische tsarenrijk en de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie en later ook van de snel opkomende westerse koloniale grootmachten als Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland. Intern was er de groeiende onrust, die nog werd aangewakkerd door incompetentie.
Vanaf de 19e eeuw hadden de Ottomanen af te rekenen met opstandige bewegingen van hoofdzakelijk christelijke bevolkingsgroepen die er, vaak met steun van buitenaf, keer op keer in slaagden – zij het meestal niet zonder bloedige strijd – eigen, onafhankelijke staten te vestigen binnen de grenzen van het oude imperium. Denken we in dit verband onder meer aan Griekenland, Servië, Bulgarije en Roemenië.. Door deze dubbele dynamiek van desintegratie, verval en prestigeverlies kalfde het Ottomaanse rijk territoriaal steeds verder af en slonken de Ottomaanse macht en invloed in de wereld zienderogen.
Op het einde van oktober 1914 was ook het aan Duitsland gelieerde Ottomaanse rijk meegesleurd in de Grote Oorlog en leefde het in conflict met de ‘Sainte Alliance’ het bondgenootschap van Rusland, Engeland en Frankrijk. Vanuit militair oogpunt was het Ottomaanse rijk al vrijwel meteen ernstig in de problemen geraakt. In het zuiden van het hedendaagse Irak – toen nog een Ottomaanse provincie – was al in november 1914 een uit India afkomstig Brits expeditielegertje aanbeland dat de mondingen van de Tigris en de Eufraat bezette en optrok naar Basra.
Een Ottomaans-Duitse campagne die vanuit de Ottomaanse provincie Palestina tegen het door de Britten bezette Suez-Kanaal was gericht liep uit op een compleet fiasco. Een andere campagne in het noordoosten van Anatolië, met de bedoeling om vanuit Transkaukasië Rusland binnen te dringen, liep in de winterse bergen tussen Ottomaans- en Russisch Armenië eveneens uit op een enorme mislukking: van het 120.000 man tellende invasieleger onder bevel van generaal Enver ging in januari 1915, in minder dan één week 80.000 ma verloren door een combinatie van moordende omstandigheden en de tegenaanvallen van Russisch-Armeense troepen…
Het is heel goed mogelijk dat dit laatste feit mee aan de grondslag lag voor de plannen die uiteindelijk zouden leiden tot de volkerenmoord op de Armeniërs. Het triumviraat dat in die dagen het bewind voerde in het belaagde Rijk bestond uit Talaat Pasja, de minister van Binnenlandse Zaken, Generaal Enver Pasja, de minister van Oorlog en generaal Djemal Pasja, minister van Marine en gouverneur-generaal van de provincie Syrië. Zij behoorden tot de kopstukken van de politieke beweging ‘Itthiad ve Terakki’, die in het Westen bekend werd als de ‘Jong-Turkse Beweging‘.
Deze Turks-nationalistisch geïnspireerde beweging had in 1908 niet alleen een einde gemaakt aan het autocratische bewind van sultan Abdul Hamid, maar droomde ook luidop van een groot, aaneengesloten Turks Rijk dat zich uitstrekte van de Balkan tot ver in Centraal-Azië, waarin alle Turkssprekende volkeren verenigd zouden zijn.
In dit geopolitieke concept was er niet langer plaats voor Armeniërs of andere niet-Turkse bevolkingsgroepen. Er bestond bij de Jonge Turken een diepgeworteld wantrouwen tegen de christelijke Armeniërs. Een gemeenschap die vanaf het laatste kwart van de 19e eeuw een opmerkelijke culturele en economische renaissance doormaakte die afgunstig door Istanbul werd gevolgd.
Het feit dat aartsvijand Rusland bij herhaling de ‘bevrijding’ van Armenië als oorlogsdoel had vooropgesteld en een lokale opstand in Van waarbij Armeniërs betrokken waren geweest, waren wellicht de spreekwoordelijke druppels die de al even spreekwoordelijke emmer deden overlopen…
Nog voor er werd overgegaan tot de massale deportatie van de Armeniërs naar Syrië, werd er eerst korte metten gemaakt met het meest weerbare deel van de Armeniërs. In februari en maart 1915 werden de naar schatting 150 à 200.000 Armeense officieren, onderofficieren en soldaten die in het Ottomaanse leger dienden ontwapend en in zogenaamde ‘arbeidersbataljons’ geplaatst. De levensomstandigheden in deze eenheden waren verschrikkelijk. De mannen werden ingezet bij zware dwangarbeid en gedecimeerd door honger, mishandelingen en -later- executies door Ottomaanse legereenheden en Koerdische hulptroepen.
Op 24 april werden, zoals gezegd, in een zorgvuldig voorbereide actie 250 leidende figuren – politici, journalisten, academici en zakenlui- opgepakt, per trein gedeporteerd en kort daarop vrijwel allemaal vermoord. Daarom geldt 24 april wereldwijd als herdenkingsdag voor de Armeense genocide. Door deze arrestaties was de Armeens gemeenschap niet alleen van haar leiders beroofd maar smoorde men ook eventueel verzet in de kiem. Men kon zonder veel problemen overgaan tot de ontruiming van de Armeense leefgemeenschappen, het in beslag nemen en plunderen van hun eigendommen en de deportaties. Bijeengedreven door Turkse gendarmes en troepen werden ze meestal te voet, soms per trein, op transport gestuurd naar de Zuid-Ottomaanse provincies (het huidige Syrië en Irak).
Naar schatting werden tussen de 1,2 en 1,5 miljoen Armeniërs op deze wijze bijeen gedreven en systematisch gedeporteerd van wie, naar alle waarschijnlijkheid, driekwart het door ziekte, uitputting, uithongering en terechtstellingen het niet hebben overleefd… Een gitzwarte pagina uit het Grote Geschiedenisboek die niet zomaar mag worden vergeten…
Syrië heeft duizenden gevluchte Armeniërs opgevangen. Wie had kunnen denken dat zij opnieuw – met de opkomst van ISIS – het slachtoffer zouden worden?
Kevork Almassian, die wij regelmatig aan het woord laten, is een Syriër, nazaat van een gevlucht Armeens gezin. Hij geeft ons zijn kijk op de voorbije gebeurtenissen:
P.S. We schreven herhaaldelijk over de grensoverschrijdende ambities van Turkije – onder de titel “Het Neo-Ottomaanse Rijk” (1 – 5) Ook nu merken we dat de censuurduivel verschillende begeleidende video’s heeft doen verdwijnen.
In Afrin, het uiterste noordwesten van Syrië hebben de Turken de touwtjes vast in handen. In 2018 trok het Turkse leger over de grens en bezette heel de regio, waar voorheen de Koerden in de meerderheid waren, onder het motto“Operatie Olijftak”.
Ze verdreven Koerden, christenen en andere minderheden. Erdogan wou “een veilige grensstreek”; m.a.w. de Koerden moesten er weg. Zij werden vervangen door de islamitische extremisten die – toen ze in midden en noord-Syrië in het nauw zaten – de keuze kregen – zonder dat ze door het Syrische leger een haar gekrenkt werden – het vrijgeleide naar het noorden te aanvaarden of zich over te geven aan het Syrische en Russische leger. De meesten kozen ervoor met vrouw en kinderen naar het noorden te trekken waar ze de woningen van de verdreven oorspronkelijke bewoners innamen.
Zelfs graven van Koerden moesten eraan geloven:
Sindsdien wordt Afrin bestuurd door een bonte mengeling van verschillende soennietisch-islamistische extremisten onder de paraplu van vadertje Erdogan. Stilaan wordt heel de regio verturkst: het onderwijs, de munt, de tewerkstelling in openbare diensten, de toewijzing van woningen e.a. hand-en spandiensten.
Systematisch wordt heel de regio gezuiverd van alles wat aan de vroegere samenleving herinnert. Het westen protesteerde met krokodillentranen … “Het mag niet blijven duren”… en hult zich sindsdien in stilzwijgen…
Operatie Olijftak begon op 20 januari 2018 tot 18 maart 2018 toen de Koerdische YPG de strijd opgaf. De Turken namen het boeltje over. Meer dan 200.000 Koerden vluchtten weg – of werden verdreven – zo niet volgde een gewisse dood. Van de oorspronkelijke 350.000 Koerden zouden er nu nog zo’n 150.000 wonen.
Door het immens groot aantal verdreven en/of gevluchte Syriërs (van de 22 miljoen zielen tellende vooroorlogse bevolking zouden ca. 13.5 miljoen hun woning verlaten hebben tijdens de laatste tien jaar) valt de etnische zuivering van Afrin niet op. Weinig of geen journalisten besteden er aandacht aan, hebben er trouwens ook geen toegang. Het gaat immers niet om een verdrijving in gang gebracht door een “dictatoriaal regime” of een erkende terroristische groepering. Het gaat om een massale verdrijving van een bevolking op gang gebracht en uitgevoerd door een NAVO-lidstaat en VSA-bondgenoot.
Nadat meer dan de helft van de Koerdische bewoners van Afrin verdreven waren, organiseerde Turkije de hervestiging van de moslim terroristen met hun gezinnen uit de Ghouta (nabij Damascus), Deir Ezzor en uit de Aleppo regio. Ca. 100.000 van hen hebben zich in de Afrin-regio gevestigd sinds het afsluiten van de Olijftak-operatie.
De in Afrin gebleven Koerden en Yezidi’s hebben het bijzonder moeilijk. Zij moeten leven volgens de opgelegde regels van het Turkse leger en de islamistische milities, die zich het SNA (Syrian National Army) noemen om hun bont crimineel allegaartje een ietwat officiele titel te geven. Onze redactie verwijst er in publicaties naar als het “Turks huurlingenleger”.
Recent rapporteerde ACAPS (Assessment Capacities Project), een onafhankelijke NGO, het volgende: “De Koerdische bevolking wordt voortdurend belaagd door lokale extremistische milities… waardoor hun job, inkomen, woning kunnen ontnomen worden. De Koerdische bevolking van Afrin wordt persoonlijk bedreigd, is het slachtoffer van chantage, van ontvoering door plaatselijke SNA milities in de regio. Koerdische bewoners van Afrin zijn bijzonder kwetsbaar wat betreft onderdak. Ze worden herhaaldelijk en systematisch bestolen en beroofd van hun bezittingen. Degenen die in 2018 uit hun huizen gevlucht zijn, konden na hun terugkeer vaststellen dat hun woningen bezet waren door de door Turkije hervestigde terroristen en hun gezinnen die uit het Syrische regeringsgebied verdreven waren.”
In de vluchtelingenkampen vindt men hen – de verdreven bewoners van Afrin – terug. Een getuigenis van een man die wil dat de bezetters én Turkije voor een internationale rechtbank verantwoording afleggen voor hun oorlogsmisdaden:
US State Department (min. buitenl. zaken) schreef in een verslag over mensenrechten, “2020 Country Report on Human Rights Practices: Syria” dat “de VN onderzoekscommissie over Syrië herhaaldelijke patronen van systematische plundering en toe-eigening van eigendom door SNA-leden in Afrin en Ra’s al-Ayn bevestigd zag” en dat “nadat burgerbezittingen geplunderd waren, de SNA strijders en hun gezinnen huizen bezet hadden nadat burgers gevlucht waren of zelfs burgers, vooral Koerden, dwongen, uit hun huizen te vluchten door praktijken zoals bedreigingen, afpersing, moord, ontvoering, foltering en gevangenisschap”.
De bewijslast voert aan dat – op een systematische wijze – zeer ernstige inbreuken van mensenrechten plaats vinden in de Afrin regio. Bij deze situatie wordt grotendeels weggekeken door de wereldpers en westerse regeringen.
Het ACAPS rapport geeft een speciale vermelding van confiscatie van landbouwgronden. De komst van de islam terroristen – vervat in het zgn. SNA – heeft ertoe geleid dat natuurlijke grondstoffen en/of inkomstenbronnen misbruikt werden. Een voorbeeld aangehaald door het Voice of America rapport: niet minder dan 8 miljoen van Afrins 26 miljoen olijfbomen werden omgehakt door SNA-strijders om hen te voorzien van brandhout of om dit als zodanig te verkopen. Afrin was een regio met traditioneel veel olijfboomgaarden.
Nogmaals – we blijven het herhalen – het SNA (Syrian National Army) – is ondanks zijn naam geen onafhankelijke Syrische militaire formatie. Integendeel: het is een constructie van 70.000 Soenni-islamitische gewelddadige extremisten, die een vrijgeleide kregen vanuit heel het grondgebied Syrië, en die vandaag georganiseerd, bewapend, gefinancierd en geleid worden door de Turkse overheid. Onze benaming “Turks huurlingenleger” is met geen letter overdreven.
Jiger Hussein, een vluchteling uit Afrin, die nu een onderzoeksploeg – https://missingafrinwomen.org – leidt die zich toelegt op met ontvoeringen en verdwijningen in N-Syrië: “Wij hebben sterk bewijs dat de Turkse autoriteiten en hun extremistische milities betrokken zijn bij internationale misdrijven in het Turks-bezette Afrin, inbegrepen verkrachting, smokkel, foltering en moord.”
Op b.g. webstek vindt u gedetailleerde info, namen van verdwenen meisjes/vrouwen in beeld gebracht op een kaart.
Koerdische en Yezidi vrouwen worden systematisch als slachtoffer gekozen. Dit wordt ook vermeld in het b.g. verslag van het VSA min. van buitenlandse zaken; het publiceert namen van milities als “Sultan Murad*, Faylaq al-Sham**, Firqat al-Hamza***, al-Jabha al-Shamiya****, en de SNA militaire politie*****”. Tevens wordt vermeld “slachtoffers van ontvoeringen door TSO’s (Turks gesteunde bewapende oppositiegroepen = islamitische milities) zijn dikwijls van Koerdische of Yezidische oorsprong of het zijn mensen die kritiek hebben op de huidige gang van zaken, of mensen waarvan vermoed wordt dat ze de voormalige Koerdische overheid van Afrin genegen zijn.”
De VN onderzoekscommissie stelde de verplaatsing vast van personen, door de SNA milities gevangen gehouden, naar Turkse gevangenissen, waarmee “samenwerking en gezamenlijke acties tussen de Turkse regering en het SNA en de criminele verantwoordelijkheid van (Turkse) bevelhebbers aangetoond worden”.
Het zal niemand verbazen dat de Turkse overheid alles ontkent.
Er werd een speciale NGO in het leven geroepen om de situatie der vrouwen in Afrin in beeld te brengen. Deze noteerde in 2020 de ontvoering van 88 vrouwen door het Turks huurlingenleger. In januari 2021 wist men nog steeds niets over het lot en verblijfplaats van 51 van deze vrouwen. Deze NGO kwam te weten dat 14 van de gevallen over foltering ging en 3 over verkrachting door het huurlingenleger onder het commando van Turkije. 2 slachtoffers hiervan worden nog steeds vermist. Met name de Hamza en de Sultan Murad Divisions zouden bij deze betrokken zijn.
Het VN – Bureau van de Hoge Commissaris voor Mensenrechten heeft Turkije verzocht deze beschuldigingen te onderzoeken. Tot op heden werd geen enkel onderzoek – zelfs geen begin – bekend gemaakt.
* Sultan Mourad Division: Dé chouchou van Turkije, krijgt de meeste steun van alle terroristische milities. En de VSA leverde hen zelfs BGM-71 TOWanti-tank raketten. “Turks huurlingenleger” mag u letterlijk interpreteren: zij werden geronseld door Turkije voor bemoeienissen in Libië en Azerbeidjan.
** Faylaq al-Sham: Een alliantie van zo’n twintigtal milities, waarvan ook de Moslimbroeders deel uitmaken.
****al-Jabha al-Shamiya: een ingewikkeld kluwen, een zooitje ongeregeld, voorheen actief in verschillende regio’s: o.a. in Aleppo, Damascus, Oost-Ghouta, werden door de CIA goedgekeurd voor de levering van BGM-71 TOWanti-tank raketten
*****SNA militaire politie: moet het huurlingenleger een vorm van legitimiteit geven. De video moet aantonen dat alles volgens de wet verloopt. Noteer dat een terroristische militie, de Hamza Division, afkomstig uit de Aleppo provincie, getraind, gesteund en bewapend door de VSA en Turkije, hier de baas speelt.
Bronnen: talrijke video’s, waarvan u hierboven een beperkte selectie kan bekijken
Deze iconische portretfoto werd in 1898 door Frank A. Rinehart gemaakt van de legendarische Apache Geronimo. Hij overleed moegestreden op 17 februari 1909 – gisteren dag op dag 112 jaar geleden – in Fort Sill. Deze gewezen medicijnman en leider van de Chiricahua – Apaches was één van de laatste Indiaanse chiefs die in de laatste decennia van de negentiende eeuw weerstand boden aan het Amerikaanse leger en onbedwingbare grondhonger van de regering in Washington.
Zijn tragische verhaal begon in 1857. In dat jaar werden de meeste van zijn familieleden waaronder zijn moeder, vrouw en kinderen afgeslacht door het Mexicaanse leger. Na de traditionele rouwperiode verzamelde Geronimo tweehonderd krijgers die jacht maakten op de militairen die Geronimo’s familie hadden uitgemoord. Of hij hen ooit te pakken heeft gekregen is niet bekend maar het is wel een historisch vaststaand feit dat Geronimo de volgende decennia een groot aantal Mexicaanse militairen heeft gedood.
Nadat de Verenigde Staten grote delen van het Mexicaanse territorium hadden ingenomen, waaronder land dat toebehoorde aan de Apachen, keerde Geronimo zich tegen de blauwjassen. Er volgde een bij tijden wijle oplaaiende guerilla-oorlog tot zijn stam manu militari gedwongen werd zich in het aan hen toegewezen San Carlos-reservaat te vestigen. Geronimo wist evenwel nog verschillende keren de autoriteiten te verschalken en uit het reservaat te ontsnappen. Uiteindelijk moest hij, in september 1886 de duimen leggen voor de overmacht.
Meer dan vijfduizend Amerikaanse militairen waren er nodig geweest om Geronimo en de zesendertig krijgers die hem vergezelden, tot overgave te dwingen. De Chiricahua betaalden de rekening voor hun verzet. Ze werden allemaal naar Florida gedeporteerd. In 1894 werden de overlevenden formeel vrijgelaten maar in feite verplicht om zich, onder het toeziend oog van de Amerikaanse cavalerietroepen, bij Fort Sill in Oklahoma te vestigen. De legendarische krijger sleet er zijn laatste dagen in de schaduw van zijn eigen glorie, als een tamelijk welgestelde boer en verkoper van souvenirs.