In alle westerse landen waar grote aantallen zandbaklanders neerstreken treden gelijke problemen op: het onderwijspeil gaat achteruit, leraren geven er de brui aan.
Dat leraren niet langer het mikpunt van de hun toevertrouwde leerlingen of van gebrek aan respect door de samenleving willen zijn, is te begrijpen. Als het “probleem” zich bevindt onder een gepigmenteerde huid, dan mag er sowieso niet ingegrepen worden. Scholen waar de leerlingen de leiding overgenomen hebben zijn geen zeldzaamheid meer. Ook in het voormalige “Ordnung muss sein”-Duitsland. Hun onderwijsproblemen zijn onze onderwijsproblemen, maar mogen niet benoemd worden wegens de aanwezige olifant in het klaslokaal. Lees onderstaand artikel: u kan zonder meer “Duits” vervangen door “Vlaams”.
Duitse leraren: wij wensen quota voor migrantenkinderen – Naar aanleiding van de eindejaarsrellen in Duitsland wenst het verbond van Duitse leraren duidelijke migrantenquota in de scholen. Verplichte voorschoolse inburgering, taaltesten en quota van migrantenkinderen: dat zijn de eisen van de voorzitter van het Deutsches Lehrerverband, Heinz-Peter Meidinger: “We hebben een integratieprobleem in Duitsland, dat zich natuurlijk ook in onze scholen manifesteert”.
In een interview in de Duitse krant Bild weigerde hij weliswaar een concreet cijfer te noemen, maar het staat vast dat vanaf een aandeel van 35 procent kinderen met een migratieachtergrond in een klas de resultaten boven proportie afnemen. Maar maximaal 1 op 3 kinderen van vreemde afkomst per school is in de realiteit soms moeilijk realiseerbaar, stelt Meidinger. Integratie kan niet slagen als er in klassen 95 procent leerlingen zitten van ouders van wie de thuistaal niet het Duits is, ook dat staat als een paal boven water.
Ook aansprakelijkheid van ouders is steeds meer probleem – De voorzitter van de Duitse lerarenvereniging sprak zich eveneens uit over de zware rellen tijdens eindejaarsnacht in Duitsland. Het viel op dat die in hoofdzaak uitgingen van migranten. Het zichtbare geweld is een “kwestie van overdracht van waarden”, aldus Meidinger. Veel ouders spannen zich vandaag niet meer in om hun kinderen op te voeden en hun waarden en principes mee te geven. Leraren, aldus nog Heinz-Peter Meidinger, doen hun best om dat gebrek aan opvoeding op te vangen en in te vullen. “Maar zonder samenwerking met de ouders strijden we hier veel te vaak op verloren posten”.
Meidinger had eveneens kritiek op politici die in deze verantwoordelijkheid zouden moeten opnemen. “Het komt mij voor dat in het prioriteitenlijstje van de politiek opvoeding en onderwijs dikwijls helemaal achteraan bengelen”. Als men opvoeding en onderwijs op die manier laat aanmodderen en niet massaal tegengas geeft, “zullen de conflicten alleen maar toenemen”, besloot hij.
Een globaal West-Europees probleem, het onderwijsniveau is in zowat alle West-Europese staten in vrije val.
Peter Logghe
Ook Heinz-Peter Meidinger overweegt financiële ingrepen bij gezinnen waarvan de kinderen noch de taal, noch de opvoeding meekrijgen die vereist is om ons onderwijs succesvol te kunnen volgen.
De universiteit moet een oord van vrij denken, vrij spreken, vrij onderzoek en vrij onderwijs zijn. Kennis komt immers voort uit tegenspraak en kritisch in vraag stellen van wat we al weten. Sterker zonder falsifieerbaarheid bestaat wetenschapsbeoefening niet stelt Karl Popper. Om die wetenschapsbeoefening optimaal te laten verlopen, leren we uit onderzoek, moet er een zo groot mogelijke diversiteit in het debat zijn, zodat zoveel mogelijk standpunten en inzichten eraan kunnen participeren en we de best mogelijke resultaten boeken. We weten dat er anders allerhande cognitieve vooroordelen kunnen ontstaan die de wetenschap blind maakt voor nieuwe kennis.
Discriminatie en intimidatie tegen rechts
Onderzoek van professor Andreas De Block leert ons dat maar liefst drie vierde van zijn collega’s links zijn, 14% rechts en 11% zich in het midden situeert. Het is lang niet het enige onderzoek dat op dergelijke linkse oververtegenwoordiging wijst, in bijzonder in de menswetenschappen zoals sociologie, politicologie of psychologie. De oververtegenwoordiging van links aan de universiteit neemt ook steeds meer toe. Professor De Block verklaart vanuit zijn (en ander) onderzoek: ‘rechts-conservatieve academici worden gediscrimineerd. Ze krijgen te maken met vijandige opmerkingen en attitudes en een beduidende minderheid onder de progressieve filosofen verklaart zich zelfs bereid om rechts-conservatieve collega’s actief te discrimineren bij sollicitaties, door bij gelijke geschiktheid voor de linkse kandidaat te kiezen. (…) linkse wetenschappers zeggen gewoon openlijk dat ze er geen problemen mee te hebben om andersdenkende collega’s uit te sluiten. Ze vinden het gerechtvaardigd, ja zelfs hun plicht.’ Op zich is het natuurlijk geen probleem dat mensen eigen overtuigingen hebben en eventueel in bepaalde beroepscategorieën oververtegenwoordigd zijn. Mochten brandweermannen overwegend rechts stemmen, zolang ze vuur blussen, ook bij linkse burgers, is er geen probleem. Maar dat doen die linkse academici dus duidelijk helemaal niet. Zij instrumentaliseren hun professionele positie vanuit ideologische motieven.
Cultureel marxisme
Dat is allemaal niet toevallig. De Italiaanse communist Antonio Gramsci transformeerde economisch marxisme in cultureel marxisme. Hij beschreef hoe links met een lange mars door de instellingen allerhande posities in de cultuur, onderwijs en media moest innemen. Van daaruit konden ze vervolgens de culturele hegemonie verwerven om zo de marxistische revolutie te realiseren. Dat proces is nu bijna volledig voltrokken in de academische wereld. Daardoor is de universiteit in niets een afspiegeling van de samenleving waardoor ze betaald wordt. De linkse culturele hegemonie is een zelf uitgeroepen morele superioriteitspositie waar men bijgevolg ook helemaal niet aan mag twijfelen, maar integendeel actief dient te ondersteunen als een ware geloofsbelijdenis, volledig in contradictie met het wetenschapsbegrip en het falsificatieprincipe. Het gevolg is dat een toxisch-linkse omgeving ontstaan is waar rechts-conservatieve intellectuelen amper professionele slaagkansen hebben. Een zwijgcultuur van links eenheidsdenken veroorzaakt door intimidatie, discriminatie en conformiteitsdruk is opgelegd in onze universiteiten.
Links privilege
Door dit gebrek aan ideologische diversiteit is een linkse sluier neergedaald over het licht van de wetenschappelijke vooruitgang. Dit heeft logischerwijs niet alleen een rampzalig effect op de kwaliteit van het onderzoek, maar ook op het onderwijs. Studenten worden niet langer opgeleid tot zelfstandig en kritisch denkende burgers, noodzakelijk voor een democratische samenleving, maar worden geïndoctrineerd tot politiek-correcte papegaaien. Voor de minderheidsgroep van rechts-conservatieve mensen is de universiteit echter een weinig inclusieve, maar integendeel erg toxisch-autoritaire, weinig vrije en onveilige omgeving geworden. En dat is een zelfversterkende dynamiek. Want link-progressieve mensen hebben links privilege dat hen alle carrière- en ontplooiingskansen geeft in deze dominant-linkse omgevingen, enkel en alleen omdat ze links zijn. Als linkse academici met deze structurele of systemische discriminatie geconfronteerd worden, ontkennen ze simpelweg de wetenschappelijke evidentie die dit aantoont. Zelf links zijnde, staat de rechts-conservatieve minderheidspositie zo ver van hun eigen leefwereld, dat ze de continue discriminatie en micro-agressie niet kunnen ervaren, identificeren of (h)erkennen waarvan de rechts-conservatieve minderheid het slachtoffer is. Daarom reageert links ook erg defensief en agressief als ze daarop gewezen worden. Dat is wat we linkse fragiliteit kunnen noemen. De linkse professor Carl Devos gaf daar onlangs een uitstekende illustratie van. Wie de rode terreur en intimidatie aanklaagt en vrij onderwijs bepleit, wordt door deze man extreemrechts genoemd, enkel en alleen omdat hun eigen linkse hegemonie en links privileges onder druk zouden komen te staan en echte diversiteit en inclusie voorgesteld wordt.
Pluralisme aan de UGent
Er is in dit land vrijheid van onderwijs. Dat is een belangrijk grondrecht in onze democratische samenleving waarmee we het pluralisme erkennen. Dat moeten we respecteren, koesteren en verdedigen. Naast het vrij onderwijs, organiseert de overheid neutraal staatsonderwijs dat verder het pluralisme verzekert. We hebben een katholieke universiteit in Leuven (KULeuven), een vrijzinnige universiteit in Brussel (VUB) en een neutrale staatsuniversiteit in Gent (UGent). De voorbije jaren hebben bepaalde vrijzinnige en linkse ideologisch-filosofische krachten echter bezit genomen van de UGent. Daarmee is de pluralistische eigenheid van deze universiteit in gevaar en vervult ze haar opdracht niet langer. Huidig rector Rik Van de Walle gooide met Dries Van Langenhove een verkozen studentenvertegenwoordiger uit de Raad van Bestuur en verbood hem nog verder te studeren. Dit is een manifeste aanfluiting van democratische vertegenwoordiging en het vermoeden van onschuld, essentieel in een democratische rechtstaat. De man kan het ook niet laten via twitter, gebruik makend van zijn machtspositie, onderzoekers publiek aan te vallen en te intimideren. Met KVHV werd een rechts-conservatieve vereniging geschorst omwille van uitspraken van Jeff Hoeyberghs op een lezing waar deze club overigens afstand van nam. Vrije meningsuiting? Niet toevallig wordt die man spottend ‘Riktator’ genoemd. Eerder al verbood een vrijzinnig rector debatten met VB-verkozenen, zich verschuilend achter geweld van anarchistische straatbendes. De Raad van State veroordeelde de UGent voor schending van de Grondwet hiervoor in 2003. Het probleem zit dus dieper, historischer en structureler daar aan de UGent.
Nvdr: welke partijvoorzitters ontbreken op het openingscollege van prof. Carl Devos?
Hoe de universiteit bevrijden
De universiteit Gent moet intern het pluralisme garanderen om het extern in de samenleving te kunnen verzekeren. Dat is haar reden van bestaan. Het kan dus niet dat een bepaalde links ideologische, vrijzinnig filosofische kliek haar hegemonie over deze pluralistische universiteit wil en kan vestigen, vanuit misbruikte concepten als bestuurlijke autonomie. De Universiteit Gent kunnen we democratiseren. Zoals elke overheidsinstelling kan ook deze door de bevoegd minister, onder controle van het parlement, het best haar opdracht uitvoeren. Ten tweede, meten is weten. Er kan systematisch onderzoek gevoerd worden met jaarlijkse rapportering naar de diversiteit in alle universiteiten. Zo kunnen we systematisch evalueren of er wel voldoende pluralisme is, bijsturen, bewust maken en actie ondernemen waar nodig. Ten derde kan er een vertrouwenspersoon ingeschakeld worden waar studenten en onderzoekers die menen het slachtoffer te zijn van linkse intimidatie en discriminatie terecht kunnen. Ten vierde kunnen er mystery students ingezet worden om steekproefsgewijs te onderzoeken of docenten of andere personen in machtsposities geen discriminatie tegen rechts toepassen. Met het Vlaamse Unia dat in oprichting is, hebben we alvast de juiste instelling met de nodige expertise om deze belangrijke opdracht te realiseren zodat we van onze universiteiten opnieuw een veilige plek kunnen maken waar iedereen welkom is.
Op naar 2024.
Tom Vandendriessche, Europees Parlementslid
Nvdr: Als stimulans van uw ochtendlijk goede-morgen-morgen-humeur*: Uit een reactie onderaan ingesloten video hebben we begrepen dat dit gaat om “een artistiek intermezzo” tijdens de opening van de univ. Gent in het jaar 2017.
*We worden er even goed gezind van als het quasi dagelijkse gejank door een of ander zanger(es)koppel als blijvend eerbetoon aan Nicole Josy… Arm Vlaanderen!
Professoren die rechten doceren aan de universiteit van Durham dringen erop aan dat klimaatverandering deel moet uitmaken van de verplichte Rechtenopleiding.
En ja, ze zijn niet over één nacht ijs gegaan (!), ze lieten de klimaatbetrokkenheid van studenten onderzoeken en willen dat klimaatverandering en milieuwetten in de leerstof verplicht opgenomen worden. Blijkt dat het de studenten zelf zijn die aandringen op de verplichte opname in de syllabus van hun rechtenstudies.
Waarom meisjes niet meer voor arts mogen studeren? “Er zijn verschillen tussen een perfect verstand (mannen) en een onvolmaakt verstand (vrouwen). En dat is waarom internationale wetten van generlei waarde zijn in de ogen van God.”
Elk jaar reikt de universiteit een of meerdere eredoctoraten uit, maar ter ere van de honderdste verjaardag krijgen alle zeven faculteiten de kans om hun eigen gekozen kandidaat te lauweren. De ontvangers zijn uitgekozen met het oog op de Radboud-lustrumgedachte van ‘betekenis’.
“Van Ranst verdient het eredoctoraat wegens zijn moedige rol in het propageren van op wetenschap gebaseerde adviezen en standpunten tijdens de coronacrisis. Daarmee is hij een belangrijk voorbeeld van een geëngageerde wetenschapper die een significante impact heeft. Hij is een boegbeeld voor de wetenschap”
Onderwijsniveau in West-Europa blijft snel dalen, zeggen studies
In verschillende EU-lidstaten – niet toevallig allemaal in West-Europa – gaan de alarmbellen af als het over het onderwijsniveau gaat. In een zogenaamde “note d’information” (of informatienota) stellen medewerkers van de Franse minister van Onderwijs, Pap Ndiaye, dat niet alleen de kennis van wiskunde dramatisch daalt, maar eveneens de kennis van de Franse taal: “De leerlingen die in het kader van taalkennis in 2021 werden geëvalueerd op basis van een dictee Frans, scoren minder goed dan de leerlingen in dezelfde evaluatie van 1987, 2007 en 2015”.
De informatienota baseert zich op een dictee, dat gelijk is gebleven tijdens de betrokken jaren. Een tiental lijntjes, 67 woorden en 16 zinstekens. Vandaag maken leerlingen gemiddeld 19,4 fouten, in 2015 18 fouten, in 2007 slechts 14,7 en 10,7 fouten in 1987. Vooral het aantal ‘goede leerlingen’ is in elkaar gezakt. In 1987 maakte nog 30,7 procent van de leerlingen gemiddeld minder dan 5 fouten, in 2007 is dat aantal gedaald tot 15,6 procent, en vandaag nog amper 7 procent.
Verschillende Franse pedagogen, zoals Robert Redecker of Jean-Paul Brighelli, hebben het over “de geprogrammeerde dood van het onderwijssysteem”. Niet alleen migratie maar ook de mei 68-experimenten hebben ervoor gezorgd dat onze scholen geen kennis meer doorgeven, maar enkel nog dure bezigheidstherapie aanbieden. Is het zo anders in Vlaanderen?
Experten slaan alarm over onderwijsniveau in Duitse lagere scholen
Duitse onderwijsexperts hebben de Duitse Bondsregering opgeroepen dringend de negatieve onderwijstrend in lagere scholen aan te pakken. Veel kinderen hebben een onvoldoende basis in de Duitse taal en wiskunde. De experten Felicitas Thiel en Michael Becker-Mrotzek stelden tijdens een conferentie van ministers in Berlijn een samenvatting voor van hun wetenschappelijk onderzoek. Het lukt lagere scholen blijkbaar steeds minder om basiscompetenties aan de kinderen aan te leren.
Uit de IQB-Bildungstrend en uit de studie van het Robert Koch-Instituut over de gezondheid van kinderen was al gebleken dat één op vijf kinderen de basis van de Duitse taal en wiskunde mist. En elk vierde kind zou in dezelfde studies een verhoogd risico vertonen op gedragsstoornissen. Eén van de redenen van de opvallende achteruitgang van het Duits onderwijs zou het steeds grote aandeel van kinderen uit niet-Duitssprekende gezinnen zijn. In Duitsland gaat het momenteel om elk vijfde kind, met een stijgende trend.
Peter Logghe
Bronnen: Franse toestand: een zeer uitgebreid en uitgewerkt artikel in de weblog Boulevard Voltaire van 7 december 2022, over de Duitse toestand een achtergrondartikel in het Duitse weekblad Junge Freiheit dat verwijst naar de IQB-Bildungstrend en de Kindergesundheitsstudie van het befaamde Robert Koch-instituut – een bijdrage van 9 december 2022.
Een beetje meer eigenliefde zou niet misstaan. Wat is er mis met taalfierheid? Hebben onze voorouders niet gestreden voor de erkenning van het Nederlands in dit onzalige land b? En kregen wij niet op school quasi met de paplepel ABN gevoerd opdat we even taalvaardig zouden worden als onze broeders en zusters boven de noordelijke grens? Een “dt”- zonde moest je eigenlijk bij mijnheer pastoor gaan biechten… We keken met afgunst naar de Nederlandse televisiezenders, vol bewondering voor taalkunstenaars als Wim Kan, Ron Brandsteder, Frans Halsema, Gerard Cox, Toon Hermans, Martine Bijl, Wim Sonneveld, Henk Elsink, Paul van Vliet en vele andere.
Trouwens, blijkbaar vinden ook de Denen onze Nederlandse taal “leuk”:
Wat krijgen we nu allemaal te horen? Als het koeterwaals dat tegenwoordig Nederlands moet voorstellen niet veramerikaniseerd is, dan is het wel verkleuterd, vervormd tot een soort opgepoetst dialect dat volkse sympathie moet opwekken. En dat is niet volledig de schuld van de “mondialisering” van de bevolking. Als een volk zelfrespect heeft, dan leert het de nieuwkomers het correct gebruik van de taal van het gastland en glijdt zelf niet af naar een lager niveau.
Ondanks het overaanbod van quasi onverstaanbare woorden (… overdaad schaadt…) doet dit artikel geen afbreuk aan de boodschap:
Het motto “Geen mens is illegaal” wordt gevolgd door een geplande volgende actie in het onderwijs, “Geen leerling mag buizen.”
De rood-groene deelstaatregering van Nedersaksen heeft een onderwijshervorming op het oog, waarbij geen enkele leerling zich nog aangemoedigd zal voelen om zijn/haar/x best te doen. Punten en rapporten horen er dan niet meer bij. U kent het adagio: alles moet inclusief zijn, de laatsten zullen de eersten zijn. Omgekeerde discriminatie…
De nieuwe deelstaatregering o.l.v. Stephan Weil (SPD) zou een akkoord gesloten hebben bij de vorming van de coalitie waarbij scholen “de mogelijkheid krijgen afstand te doen van een prestatiebeoordeling van de leerlingen”. Het mag niet verbazen dat de groene cultuurministerin Julia Willie Hamburg er vaart achter zet. Zij vindt dat de scholen de ontwikkeling van hun leerlingen te eng zien en dat de scholen bijgevolg meer vrijheid moeten krijgen… voor zover hun vrijheid strookt met haar onderwijsvisie.
Punten geven, rapporten schrijven… ho maar, da’s discriminerend. Slechts bij een afsluitend (lager of middelbaar) schooljaar zouden de scholen dan toch nog de ondankbare taak van scheidsrechter tussen voldoende en onvoldoende mogen uitoefenen. Grote of grootste onderscheiding zijn begrippen die sowieso geschrapt werden. Die fijne nuances, kwetsend voor bepaalde groepen, behoren tot de eerste helft van de vorige eeuw. Wanneer het vooruitstrevend idee van Frau Ministerin Hamburg in een wettekst zal omgegoten worden, is momenteel niet bekend.
Als we nu eens naar de zgn. Bildungsmonitor 2022 (met kaart) onder de loep nemen, dan vindt men de deelstaten Saxen en Beieren op de voorste plaatsen met meer dan gemiddelde resultaten. Niet toevallig deelstaten die eerder conservatief geregeerd worden. Daarentegen zijn de klassiek rood-groen geregeerde deelstaten lantaarndragers. Meer dan waarschijnlijk het resultaat van “vooruitstrevende” onderwijsexperimenten van rood-groene regeringen. Het afschaffen van een rapport maakt daar deel van uit.
De groene cultuurministerin Hamburg vindt dat men met haar maatregelen doelbewuster op de noden van de kinderen kan ingaan: “Veel scholen hebben ervaren dat leerling:innen geen baat hebben bij een rapportcijfer, omdat dit niet verraadt wat ze nog moeten leren.” U heeft dit goed gelezen. Een onderwijsministerin die niet achterom kijkt naar de prestaties maar wel vooruit, naar dat wat de lieve kindertjes nog moeten leren. En om die reden krijgen ze dus geen evaluatie van de reeds (on)verteerde kennis.
Wij hebben bij ons in Vlaanderen Ben Weyts, die probeert de lat hoger te leggen dan dat wat de minst presterende aan kan. En toch hebben we moeten vaststellen dat onze grote kleinzoon zijn 6de jaar basisonderwijs mocht verlaten zonder examens, zonder rapport. Iedereen geslaagd! Dat 1/4 der leerlingen uit exotische landen afkomstig was, amper meewerkte in de klas, geen huistaken moest afleveren, resp. lessen leren, dat zij sowieso jaar na jaar, alle klassen van het lager onderwijs doorgeschoven werden, dàt zou een verklaring kunnen zijn. Zou. Een onderscheid maken staat immers gelijk aan discriminatie, racisme e.d. verwerpelijke levenshoudingen. En dan maar klagen over ongelijke kansen, beperkte toegang tot het hoger onderwijs en vooringenomenheid bij sollicitaties.
Als er geen verschillen of waardebepaling meer mogelijk is, hoe kunnen kinderen dan nog overtuigd worden hun best te doen, hoe kunnen ze dan te weten komen waarin ze uitblinken en welke studierichting niet bij hen past?
“… Uiteindelijk gaat het hierom: grijp een docent uit de bekrompen bushlands van Australië (ik mag het zeggen, ik kom er zelf vandaan), en zet hem voor een collegezaal in Nederland. Laten we hem John noemen. John heeft geen ervaring met het proberen te verstaan van een vreemde taal die wordt gesproken op de manier waarop hij Engels spreekt: vlotjes, met een sterk regionaal accent. Zijn culturele referenties zijn uitsluitend Angelsaksisch: woordspelingen die verwijzen naar prins Andrew of ‘ScoMo’ (precies, die kent u dus niet). John verbiedt zijn studenten om andere talen dan Engels te gebruiken in de klas. Hij beschouwt Nederlandse studenten als dom omdat ze verkeerde voorzetsels gebruiken, Chinezen als watjes omdat ze hem eerbiedig behandelen, en Saoediërs als zombies omdat ze de voorkeur geven aan uit het hoofd leren (zoals ik al zei, John is een sukkel)… “