… de Evangelietrein komt voorbij…
Categorie archieven: Muziek
Vlaanderen Boven!
In de 14de en 15de eeuw zaten de polyfone componisten ook hier bij ons. Ze waren zelfs bekend tot in Italië. ‘I FIamminghi’ genoemd. De Vlamingen. De Franco-Vlaamse polyfonisten waren als een exportproduct, zoals onze chocolade of onze trappistenbieren: iedereen in Europa wilde er van kunnen genieten. Waarom?
Vlaamse polyfonisten hadden blijkbaar iets meer te bieden. Het waren trendsetters, met meer elegantie in hun muziek, meer gevoel voor melodie, en een heel eigen klank, die je niet hoorde bij de Engelse of Italiaanse collega’s. Een belangrijke terugvalbasis voor Vlaamse polyfonisten waren de Vlaamse steden, zoals Brugge. En dat was geen toeval, want in Brugge was er….GELD!
Brugge was onderdeel van de Bourgondische Nederlanden geworden en zo groeide de stad uit tot een economische kosmopolitische magneet, vol luxegoederen, specerijen, waar je ook paneelschilderijen en verluchte manuscripten (manuscripten met illustraties en versiering) kon kopen. Brugge was een rijke stad met veel opportuniteiten, dus ook componisten trokken naar hier, zoals Jacob Obrecht.
Eén van die Vlaamse polyfonisten die bekend werd tot in Italië was Jacob Obrecht. Geboren in 1457, Gentenaar, geboren als zoon van een stadstrompetter. Hij werkte als zangmeester in Bergen op Zoom, werkte daarna lange tijd aan de Sint-Donaaskerk in Brugge en in de laatste jaren van z’n leven trok hij op eigen houtje naar Italië om er te gaan werken aan het hof van Ferrara…Want daar was een plekje vrijgekomen door de dood van Josquin Desprez (… voor de taalliefhebbers: u herkent hierin het Vlaamse “Josken”), nog zo een bekende polyfonist. Een van de belangrijkste werken dat Obrecht hier componeerde, tijdens zijn verblijf in Brugge, was de Missa de Sancto Donatiano. Een mis om een van de rijkste zakenmannen van Brugge hier te herdenken: Donaas De Moor. 4 oktober 1487 klonk voor het eerst in de kapel van Donatius, de Missa de Sancto Donatiano. De mis was een prachtig staaltje polyfonie. Jacob Obrecht kon uitpakken met de mooiste meerstemmige muziek, in combinatie met orgel en klokgelui. En hij kon ook muzikaal illustreren wat voor een goed man die Donaas De Moor was. Een rijke zakenman die huizen bouwde voor de armen. Dat laat Obrecht heel subtiel horen door in zijn mis een lied te verwerken, een lied over de armen: Gefft den armen gefanghen. Waarin er wordt gevraagd dat gelovigen gul moeten zijn voor de minder bedeelde medemens.
Wie tijd en zin heeft kan via dit bruggetje 1u31min naar de Missa de Sancto Donatio – opvoering van de Tallis Scholars in de St. Jacobskerk, Brugge, van 10.5.18 kijken. Een meesterwerk dat in deze prachtige “concertzaal” tot volle gelding komt!
Salve Regina
Een ode aan O. L. Vrouw. De ons onbekende Rebecca Górzyńska is een kunstenares, die van vele markten thuis is. Zij tekent, schildert, borduurt (zie afbeelding) én zingt. Dit alles geïnspireerd door religieuze thema’s.
Zij verhuisde van de VSA naar Polen. Meer weten? Klik hier.
Het Salve Regina – Gegroet Koningin – is een Maria-antifoon. Ontstaan en uiterst populair gebed aan Maria ten tijde van de Kruistochten. Vooral geliefd bij de Tempeliers. Wordt toegeschreven aan St. Bernardus van Clairvaux.
Morgen (15 aug.) naar St. Paulus
De volledige opname van 2017 uit de St. Pauluskerk kan u indien u het wenst ook bekijken:
Jules de Corte’s Pinksteren
Ach Martine…
In deze tijden van flitsende lichten, bonkende bassen, overdonderend lawaai, oorlogsdansen op het podium, regenboogkwelers, denken we met weemoed terug aan Martine Bijl, aan haar frisse verschijning, aan haar prachtige liedjes. Zo willen we haar in herinnering houden. Het ga je goed, lieve Martine, daarboven bij de engelen.
Te gast in Tienerklanken:
U vindt hier meer info over haar laatste jaren en boek.
I.M. Herwig Praet, ons aller “Twiggy”
Luc Vermeulen (Voorpost) schreef op facebook deze ontroerende afscheidswoorden na het overlijden van Twiggy, waarbij onze redactie uit ganser harte zich aansluit. Dank Twiggy voor de talrijke vreugdevolle momenten, die door het verstrijken der jaren niet zullen vergeten worden.
Luc Vermeulen
Hoe geluk en ongeluk, vreugde en verdriet dicht bij mekaar liggen.
Via dit medium kon ik gisteren vernemen dat Bart Verhaert uit coma en buiten levensgevaar was. En ondanks dat er nog een heel lange weg zal af te leggen zijn en er nog vele vraagtekens zijn over het verdere verloop van zijn genezing was dat toch fantastisch nieuws. En ik schreef dan ook als reactie op dit bericht van zijn broer Dirk ‘dat is het beste nieuws van vandaag’.
Maar vreugde en verdriet liggen dicht bij mekaar want gisterenavond laat vernam ik via dezelfde weg het overlijden van Herwig Praet of de legendarische Twiggy. Hij sukkelde reeds vele jaren met zijn gezondheid en moest onlangs opnieuw een hartoperatie ondergaan. Heel veel mensen uit de Vlaamse beweging hebben geweldige herinneringen aan Herwig die in zijn studententijd actief was bij het KVHV en praeses was in 1980-1981. Zijn naam blijft onlosmakelijk verbonden met de grootse studentenzangfeesten te Antwerpen waarvan hij de inspirator en de drijvende kracht was. Dat waren fantastische avonden met een ongelooflijke ambiance met gezonde studentikoze concurrentie tussen de rode petten van het KVHV en de grijze petten van het NSV!.
Ik heb zo mijn twijfels of Twiggy nu in de hemel zit te luisteren naar het zoetgevooisd engelengezang rijstpap met bruine suiker etende met gouden lepeltjes. Ik denk zo dat mannen zoals Twiggy wanneer die aan de hemelpoort komen bij Sint Pieter dat die mogen kiezen. Kiezen tussen de hemel met de rijstpap en de engelen of het Walhalla (Walhalla is een oud, van oorsprong Noors woord, dat vroeger letterlijk ‘hemel/paradijs voor in oorlogen gedode helden’ betekende.). Ben er zeker van dat Twiggy gekozen heeft voor het Walhalla met de Walkuren, de honingdrank en schuimende potten bier. En volgens de Vikingen bestaat het Walhalla uit 540 enorm grote zalen. Daar gaat Twiggy zeker één zaal van in beslag nemen om grootse zangfeesten te organiseren. En later, uiteraard veel later, zullen Gerolf Annemans en Hector Van Oevelen, wanneer ook zij dit tranendal verlaten hebben, bij zo een zangfeest plaats nemen naast Twiggy ene aan de linkerkant en ene aan de rechterkant. Dat wordt nog wel even een probleem want beide heren kennende zullen ze allebei aan de rechterkant willen zitten. En daar gaat veel volk zijn op die zangavonden al die oud studenten en al die klanten van de eveneens legendarische Piet Pot en de tooghangers van de Beest en de vele strijdmakkers en … En de rode en grijze petten zullen weer de lucht in vliegen bij het zingen van het studentenlied ‘De gilde viert’. En het laatste lied van die zangavonden zal solo gebracht worden door Twiggy en met zijn zware basstem zal hij het wondermooie drinklied
Im tiefen Keller singen.
Allein mein Durst vermerhrt sich nur
Bei jedemfrischen Becher;
Das ist die leidige Natur
Der alten Rheinweinzecher!
Doch tröst ich mich,wenn ich zuletzt
Von Fass zu Boden sinke:
Ich habe keine Pflicht verletzt,
Ich trinke,trinke,trinke
Twiggy; bedankt maat, voor de vele mooie momenten en avonden die ge ons bezorgd hebt. En ik ga je zeker terugzien want wanneer ik voor Sint Pieter zal komen te staan dan weet ik welke kant ik zal kiezen en ik zal uit die 540 zalen vlug de zaal gevonden hebben waar jij verblijft tussen je vele vrienden want je stem zal galmen doorheen het hele Walhalla.
Tot dan Twiggy en ik hoop dat het KVHV ter ere van jou een grootse zangavond zal organiseren.”
Onze redactie koos onderstaand lied als afscheidsgroet aan Twiggy.
Door de lens
Donkere metten van Goede Vrijdag
De metten (matutinae) maken deel uit van het getijdengebed in de Rooms-Katholieke Kerk en de orthodoxe kerken. Het woord ‘metten’ komt van het Latijnse woord ‘matutinum’, dat ‘ochtend’ betekent. De metten worden gebeden tussen zonsondergang en zonsopgang, meestal in de zeer vroege ochtend. Het aanvangstijdstip varieert van ongeveer 3.45 uur tot 6.15 uur. De vigilie (“wake”) wordt meestal voor middernacht gebeden, de metten erna. Zie de officiële boeken van de abdij van Solesmes.
De metten vormen het langste officie van het rooms-katholieke getijdengebed, en bestaan in hun oorspronkelijke versie uit twee nocturnen die elk bestaan uit zes psalmen en een langere lezing, de eerste uit de Bijbel, de tweede uit de kerkvaders. ‘s Zondags komt daar nog een nocturn van drie lofzangen uit het Oude Testament met een evangelielezing en het Te Deum bij. Hierbij moet worden aangetekend dat de metten in zeer veel kloosters worden ingekort, waarbij de nocturnen over twee weken worden verdeeld (denk aan de uitdrukking ‘korte metten maken’). In de standaard (lange) versie duren de metten op zijn minst anderhalf uur, meestal langer. In de Goede Week zijn de zogeheten Donkere Metten en Lauden nog uitgebreider. (Wikipedia)
“Ik heb het mogen meemaken… het doet wel iets…
“Het waren de kinderen die belangrijk waren… Hij was iedereen vooruit. Een muzikale kindervriend… Zo is onze vriendschap gegroeid… ”