We ontvingen bericht van Telenet dat we morgen waarschijnlijk met onderbrekingen moeten rekening houden. Dus als u morgen niets van ons hoort, weet u waarom.
Intussen dit denklied van Herman van Veen:
Natuurlijk wordt alom gestreden en zwijgt voor velen de muziek, de tederheid is overleden en de illusies zijn doodziek. Natuurlijk laat zich alles kopen voor wie er maar het meeste biedt en worden bloemen stukgelopen maar een vriend zien huilen… kan ik niet.
Natuurlijk hebben wij verloren en wacht de dood ons aan het eind, met onze schouders ver naar voren staan wij nog amper overeind. Natuurlijk zijn we vaak bedrogen en liggen vogels in het riet die voor het laatst hebben gevlogen maar een vriend zien huilen… kan ik niet.
Worden er steden stukgesmeten door kinderen van vijftig jaar dan wordt het leed weer gauw vergeten voor nieuw verdriet of nieuw gevaar. En de stations vol met verdwaalden, al te ver heen voor elk verdriet, geen enk'le waarheid die het haalde, maar een vriend zien huilen… kan ik niet.
Natuurlijk spiegels zijn integer geen moed genoeg om jood te zijn, niet elegant genoeg voor neger, geen licht, alleen maar valse schijn. In eigen kilheid zo gevangen dat men voor liefde zich verschuilt, zo aan het eind van elk verlangen, maar dan een vriend te zien… die huilt.
Waar het verlinkste decadente westen stilaan tot een heruitzending van de “Val van het Romeinse Rijk” vervelt, is het een verademing dat er nog mensen zijn die de euvele moed hebben zich te verzetten tegen de voortdurende beledigingen van traditionele normen en waarden.
Tienduizenden Serviërs protesteerden gisteren tegen de ongeremde regenboog-indoctrinatie en verdedigden de traditionele gezinswaarden en eisten een verbod op de in september geplande Pride-stoet. De Serviërs houden het devies van de Hongaarse regering als voorbeeld: “Blijf met uw poten van onze kinderen!” (Nvdr: met onze verontschuldigingen aan het dierenrijk!)
We hebben jaren geleden de twee video’s “Antwerpen Teruggespoeld” gekocht, kunnen die al langere tijd niet bekijken wegens onvoldoende technische kennis (bij de huidige gebruiksaanwijzingen heeft men een technische gids en verklarend woordenboek nodig) om aan te sluiten via de moderne apparatuur en de videospeler, en zijn sindsdien op zoek naar YT-beelden. Toevallig vonden we die vandaag. We hebben de indruk dat er serieus in geknipt is, maar kunnen dit vermoeden niet staven vermits onze twee video’s hier gewoon liggen stof te vergaren.
Veel plezier … of innige deelneming … bij het bekijken. Sint Anneke, het Noordkasteel, de kaaien, het Statiekwartier, de dokwerkers, de natiepaarden, de petrol, de grote sluizen, de afbraakwoede der monumenten (… we kunnen ons nog steeds kwaad maken over het verdwijnen van het Jeugdtheater, het Tolhuis, de afbraak van de 1ste en 4de wijk… e.d. – in de plaats kwam het openluchtmuseum Middelheim, dat we uit protest nog nooit bezocht hebben ), de jarenlange stellingen rond onze Toren met zijn beiaard… waarmee we bij Jo Haazen beland zijn (1u13)
Jo Haazen. Eén van Vlaanderens Groten. Toen wij in september 2019 een oude droom gestalte gaven door deel te nemen aan een boottocht van Moskou naar Sint Petersburg, een zgn. Wolgacruise, kregen wij van onze gids in Sint Petersburg de vraag of heel het land b niet onnoemelijk trots is op die man… Hier in het land b? In het buitenland wordt de gemeenschapszin van dit land overschat; dat ligt in hoofdzaak aan de uitgestreken gezichten van de regeringsleiders die het land b nog altijd als één aaneengesloten blok verkopen.
In Antwerpen en Mechelen, ja, dààr kent men Jo Haazen. In april 2017 schreef Jan Smets op Mechelen blogt:
Jo Haazen gaf Sint-Petersburg haar beiaard terug. Zo kan de Sint-Petrus en Pauluskathedraal op het Hazeneiland in de Nevadelta weer zingen. En het lied klinkt mooi over de stad aan de Finse Golf. Peter de Grote – de stichter van deze verbazingwekkende metropool – zou tevreden zijn….
… Vladimir Poetin is geboren Petersburger en blij met de nieuwe beiaard schreef hij onze voormalige stadsbeiaardier Haazen: “Na lange afwezigheid in Sint-Petersburg weerklinkt weer een uniek muziekinstrument dat de inwoners bekoort. Ik bedank de initiatiefnemers voor het vrijgevige gebaar dat getuigt van hoogachting en liefde voor onze stad!”…
Lees vooral heel het beschouwend artikel (met prachtige foto’s) over het rijkgevulde leven van Jo Haazen, over zijn carrière: vanaf 1968 stadsbeiaardier in Antwerpen, vanaf 1980 in Mechelen waar hij tevens directeur van de beiaardschool werd. Hij kon niet bevroeden dat hij in Mechelen in ongenade zou vallen omwille van de beiaard in Sint Petersburg. We citeren:
“Toen ik in 2004 op pensioen ging, ben ik naar Sint-Petersburg verhuisd. De stad leerde ik in 1986 kennen – als toerist. Aan de voet van deze kathedraal waarvan we nu in de toren staan, zag ik klokken met Nederlandse opschriften. Deze toren moest wel een beiaard gehad hebben. Ik heb er opzoekwerk naar gedaan, en ik kreeg een idee. Ik wou Sint-Petersburg opnieuw een beiaard geven. En dat moest misschien wel kunnen tegen het 300-jarig bestaan van de stad. Het werd een groots internationaal project. 355 sponsors legden geld bij mekaar om dit te realiseren. Het werd het mooiste geschenk voor de jubilerende stad!”
En dan klonk voor het eerste de nieuwe beiaard, met Jo Haazen en zijn Russische studenten aan het klavier… 500 politieke landgenoten zakten af naar Sint Petersburg voor de inhuldiging…
En ze kwamen ook kennis maken in ons landje met… de Vredesbeiaard…
In het kader van de democratie, de vrijheid én vooral de politieke correctheid werd Jo Haazen geweerd bij de viering van 100 jaar beiaardschool in Mechelen.
“Op het moment dat de Mechelaars en wij als stad zo veel Oekraïense vluchtelingen opvangen, moeten we consequent zijn. We kiezen ervoor om de viering in alle sereniteit te laten verlopen. Er zijn ook Oekraïense beiaardiers aanwezig, en die zijn verbolgen en zelfs kwaad over de uitspraken van Jo Haazen op sociale media”, vertelt Björn Siffer (Vld-Groen-m+), schepen van Cultuur.
Jo Haazen: “Het onfatsoen regeert hier volkomen. Ik vind dat zeer jammer, ik noem dat een diplomatiek incident. Om duistere redenen mag ik in dit jubileumjaar ook geen concert verzorgen op de beiaard van de Sint-Romboutstoren”
Zoals waarschijnlijk alle Russische schrijvers en componisten naar poco kerkers verwezen zullen worden. Sportclubs en atleten worden geacht het fatsoen te hebben de Oekraïense tegenstander te laten winnen. Over het songfestival zullen we best zwijgen. Jo Haazen heeft zo zijn mening over heel de Oekraïnehysterie en dat is volgens alle heersende regels van de westerse democratie en gangbare vrije meningsuiting verboden. Zoals tijdens de repressie ontelbare mensen wegens hun Vlaams-zijn, het uitdragen van de Nederlandse taal, hun trots op Vlaanderen en de Nederlanden, door het land b uitgespuwd werden.
In Sint Petersburg wordt Jo Haazen wel gewaardeerd, wat zeg ik, aanbeden. We publiceren een facebookberichtje dat we via de automatische vertaling naar het Nederlands omgezet hebben. Taalkundig niet perfect maar begrijpbaar.
Wat kan iemand die als simpele toerist kwam en erachter kwam dat er geen enkel carillon in het land is? Dat iedereen vergeten is hoe het is om klokken op noten te spelen
Bij het concert van Тимур Халиуллин ontmoetten we de muzikant en componist Jozef Haazen die in 1986 voor het eerst in St. Petersburg verscheen, geen Russisch spreekt. Jozef leidde de Koninklijke School van Carillon Art in Mechelen. De beroemde frambozenklok is daar geboren! (Mechelene, uitgesproken in het Frans als Malin). Haazen slaagde erin om een internationale inzamelingsactie te organiseren voor de herinrichting van het Sint-Petersburgcarillon - als resultaat van tien jaar kolossaal werk bekroond met een mooi resultaat. In september 2001 speelden 51 klokken in het vesting Petropavlovsky.
Het visitekaartje van Sint-Petersburg werd gratis concerten van carillonmuziek op het Kasteelplein elke zondag om 17.00. Elke zondag eind juni - begin juli vindt het festival 'Music over the City' plaats.
Dankzij Joseph Haazen aan de Staatsuniversiteit van St. Petersburg werd de eerste Russische school voor carillonkunst gecreëerd op de afdeling orgel, toetsenbord en carillon.
Momenteel zijn er in Rusland drie carillons: twee in St. Petersburg en één in Belgorod.
Jozef kon twee jaar niet van België naar Rusland komen vanwege de pandemie. Op het 20-jarig jubileumfestival werd er erg op hem gewacht. Op vertalers, via onze Tallin, is het gelukt om er te geraken! Na het concert ging de maestro af naar het plein naar de luisteraars. Velen van hen zeiden geen enkel festival te missen
Hoe beschrijf je dit verhaal in één woord?
Een wonder?
Een roeping?
Favoriete baan?
Talent ?
Ik weet het niet ..
Maar ze is inspirerend!
(14) Анна Фаттахова | Facebook
… of hoe de cultuurgoden door het publiek van hun troon gestoten werden!
U weet intussen dat een toneelstuk, een opera, een balletopvoering… zich in de huidige tijden niet meer aan het vanouds bekende scenario houdt. Geslachten, rassen, decors, kostuums… worden naar heug en meug vlotjes ingewisseld, verbannen en aan de moderne tijd aangepast. Het gaat om interpretatie, niet om de inhoud. Zelfs de Götterdämmerung, de laatste opera van Wagners “Ring des Nibelungen” bleef niet gespaard van de moderniseringsdrang van regisseur Schwarz & co. die zijn eigen stempel op Wagners bekendste meesterwerk wilde drukken.
Maar het publiek liet dit niet zomaar passeren. Van klassiekers als de Götterdämmerung blijf je met je verwaande neo-interpretatie vingers af!
De FAZ berichtte als volgt: “Ein Stinkefinger fürs um Deutung bemühte Publikum“… een middenvinger van het publiek dat heel het boeltje niet meer begrijpt…
“Afscheid van de voorspelbaarheid der wereld: na de “Götterdämmerung” ontlaadt zich in Bayreuths de gebalde haat van het publiek op Valentin Schwarz, de regisseur van de nieuwe “Ring”. Dit fiasco onthult veel over onze situatie.
Een terechtstelling, niets anders: het publiek in het Festspielhaus van Bayreuth geselt en en hakt akoestisch het hoofd af van de regieploeg van Valentin Schwarz, zijn decorontwerper Andrea Cozzi en kostuumontwerper Andy Besuch door middel van boegeroep, gefluit en gevloek. De sfeer is geladen. Eén der weinige Schwarzfans op rij 19 kan met zijn “bravo” niet veel bereiken; de vrouw achter hem joelt hem met haar “boe” neer, waarop hij woedend reageert met een venijnig “Houd je bek, stomme geit!” Dreigingen over klacht neerleggen gaan over en weer.
Hier breekt een vulkaan met ingehouden woede los. Ca. 2000 mensen geven zich rekenschap van een investeringsruïne; ze snappen de wereld niet meer. Normaal is hun publiek volgzaam, ja zelfs, enthousiast. In de pauze reageren twee medewerkers van de kostuumontwerpers: “Typisch oude mensen! Zij willen altijd dat hetgene dat ze zien en dat waarover gezongen wordt overeenstemt. Eén op éen-relaties. Hoe primitief! Het is juist uit de niet-samenhang dat er gevoelens ontstaan. En dat is theater!”
Tot zover de FAZ; de rest zit achter een betaalmuur. Applaus voor het publiek!
Enkele reacties:
“Het leek wel de Muppetshow!”
“Een half-geslaagd experiment van radicaal revisionisme!”
… Damascus in 1950 tot de elegantste stad van de wereld verkozen werd (fotoreportage te bekijken op facebook… met brede lanen, prachtige gebouwen, een tramnetwerk, parken, tuinen, waterpartijen…
We gaven reeds de levensloop van de Franse geneticus Jérôme Lejeune, aangevuld met enkele anekdotes. We voegen hieraan nog een beschouwing toe over het leven vanuit de goddelijke deugden geloof, hoop en liefde van deze uitzonderlijke wetenschapper én christen. En het zijn de grootste moeilijkheden, die hem tot een heldhaftige beleving van de deze deugden hebben gevoerd.
Jérôme Lejeune was het levende bewijs dat ware wetenschap en authentiek christelijk geloof harmonisch samengaan. De Drie-ene God is één: Vader en Schepper, Mens geworden Verlosser Jezus Christus en Geest. Het verstand, verlicht door het geloof, geeft inzicht en wijsheid. Kennis zonder moraal, zo vond hij, wordt barbaarsheid en geloof zonder kennis wordt afgoderij.
Jérôme leefde zelf ook een-voudig. De topwetenschapper en de oprechte gelovige waren eenzelfde persoon. Elke avond, als hij thuis was, bad hij op zijn knieën voor het kruis samen met zijn kinderen een Onze Vader, een Weesgegroet en een toewijding van het gezin. Iedere avond hield hij een gewetensonderzoek. Iedere zondag vierde hij aandachtig de Eucharistie mee, waar hij zich ter wereld ook bevond. Aan een cameraman die in zijn laboratorium een opname wilde maken liet hij niet toe dat het kruisbeeld verwijderd werd, want dit was, zo zei hij, zijn “lab-oratoire”. Hij kreeg een mooi appartement aangeboden met kok en een auto met chauffeur maar weigerde dit alles, tot spijt van zijn kinderen. Hij wantrouwde de luxe en nog veel meer een mondain leven. Met zijn oude fiets reed hij naar zijn studenten in de universiteit, naar zijn patiënten in het hospitaal en naar het Elysée waar hij door president Pompidou herhaaldelijk werd ontvangen. Hij was, zoals zijn vader, een actief lid van de vereniging van de heilige Vincentius a Paulo. (https://www.ssvpglobal.org/en/) Daarom weigerde hij ook privé consultaties te houden, waarvoor hij veel meer geld kon vragen. Hij bleef iedereen in het hospitaal ontvangen aan het gewone tarief.
Vanuit een “wetenschappelijk paradijs” in Washington, nl. het Kennedy Institute en de Georgetown Medical School kreeg hij in 1977 het aanbod om er visiting professor te worden. Hij noemde dit zelf een “wetenschappelijk Eden” maar wees dit toch af omdat hij al zijn energie wilde besteden aan het zoeken naar een therapie om de chromosomale afwijkingen bij kinderen te genezen. En dat kon hij best in Parijs. Hij leefde niet voor zijn wetenschappelijke carrière en gaf zijn persoonlijke belangen op om de met de dood bedreigde gehandicapte kinderen te verdedigen. Daarom verzette hij zich openlijk tegen de eugenetische geest, die steeds meer aanvaard werd in de hoogste wetenschappelijke kringen en die kinderen met een chromosomale afwijking in de moederschoot wilde doden. Zijn toespraak in San Francisco (1969) bij het ontvangen van de hoogste onderscheiding in de genetica, de William Allen Memorial Award, was tevens een evangelisch getuigenis, een hymne aan het leven. Hij verkoos, zoals hij zelf schreef, eerder zijn “Nobelprijs de nek te breken”, dan in te stemmen met het doden van gehandicapte kinderen. Als christelijke wetenschapper hield hij onverbiddelijk vast aan zijn helder geweten. De eerste regel van de eed van Hippocrates leert: ”primum non nocere” (vooreerst niet schaden). En in de tien geboden las hij: “Gij zult niet doden”. Hij zag hierin een dubbel “non possumus” (wij kunnen niet zwijgen), verwijzend naar de houding van de apostelen Petrus en Johannes aan wie de joodse overheden verboden nog over Jezus te spreken (Handelingen 5). Met de verwondering die de heilige Johannes uitdrukte in het begin van zijn Evangelie keek hij naar de “ontvangenis” van ieder mens. Zijn elementair credo van de genetica: “In het begin is er een boodschap, deze boodschap bevindt zich in het leven en deze boodschap is het leven en indien deze boodschap een menselijke boodschap is, dan is dit een menselijk leven”.
Jérôme Lejeune werd gedreven door een christelijke hoop die hem tot een heldhaftige inzet leidde. Hij besefte dat de aanslag op het leven van gehandicapte kinderen een georganiseerde, ideologische aanval was op juridisch en politiek vlak én in de media en begreep dat de strijd eigenlijk al verloren was. Toch bleef hij luid getuigen en schreef een straffe Déclaration des médecins de France die uiteindelijk 18.000 handtekeningen kreeg. Een gewetensvol geneesheer verzorgt moeder én kind, vond hij. Hij voorzag dat de abortuswetgeving (1973) een doodscultuur wordt: door abortus doden ouders hun kinderen, door euthanasie zullen kinderen hun ouders doden.
De enige manier om zieke kinderen te redden, zo besefte hij, is hen genezen. Dat zal steeds meer zijn inzet en hoop worden. Hij wordt de apostel van de gehandicapte kinderen en zal daarom ook fanatiek bestreden worden. Tijdens zijn conferentie in het Institut Catholique de Paris (5 maart 1972) zwaaiden tegenstanders met een pancarte: “Dood aan papa Lejeune en zijn kleine monsters!”
Dokter zijn beschouwde hij als zijn roeping maar onderzoeker werd hij uit innerlijke drang. Hij werd wereldwijd gemarginaliseerd, zijn medewerkers verlieten hem, alle officiële subsidies werden hem onttrokken en op 54 jarige leeftijd zit hij in een laboratorium waarvan de meubelen hem zelfs ontnomen werden. Toch zocht hij verder naar de genezende remedie. Hij was af en toe enthousiast en dacht dicht bij de oplossing te zijn, waarna de ontgoocheling volgde. Dan was hij beschaamd om zijn beroemdheid, waardoor 96% van die gehandicapte kinderen in de moederschoot gedood werden. Immers, dank zij hem kon nu trisomie 21 ontdekt worden. Dit was voor hem een zwaar kruis.
Neen, tegen alle verwachting in, heeft hij niet het middel gevonden om deze zieke kinderen lichamelijk te genezen. Het wonder van zijn leven was echter dat hij wel de harten genas. Hij bleef zoeken, hopen en vooral getuigen van de waardigheid van deze kinderen. Hierdoor werden duizenden kinderen, moeders en gezinnen uit vele landen door hem aangetrokken. Zij vonden bij hem een nieuw leven. Hij erkende het intellectueel tekort van deze kinderen maar toonde tegelijk dat de ”ziekte van de geest” die deze kinderen wil doden, veel erger is. Op heldhaftige wijze beleefde hij het woord van Jezus: “Al wat je een van deze minste broeders van Mij hebt gedaan, heb je Mij gedaan” (Matteüs, 25, 40). Door zijn liefde gaf hij kinderen, moeders en hele gezinnen hun waardigheid terug. Massaal velen getuigden dat het contact met hem hen deed herleven. Hij leefde om anderen leven te geven. Zelfs als hij al zwaar fysiek leed en door Paus Johannes Paulus II benoemd werd tot eerste voorzitter van de Pauselijke Academie voor het leven schreef hij hiervoor nog de statuten. In het aanschijn van de dood wilde hij niet dat zijn dochter de deur zou sluiten van een half dove gebuur in het ziekenhuis, die zijn tv keihard had staan “omdat die man zich dan nog eenzamer voelt”. Hij ontving zijn vrouw, kinderen en broers en nam afscheid. Toen hij in doodstrijd kwam wilde hij niet dat zij opnieuw geroepen werden. Hij had gezien hoe zijn vader gestikt was en wilde zijn geliefden dit besparen. Op paasmorgen 3 april 1994 om 6.30 u is hij gestorven. Hij leefde én stierf met Christus om met Hem te verrijzen. (Aude DUGAST, Jérôme Lejeune. Portrait spirituel au fil des vertus, Salvator, 2021).
P. Daniel, Mar Yakub, Qâra, Syrië, 29.7.2022
Van Mar Yakub naar Mar Moussa
Nadat wij op 6 januari 2022, het feest van de Openbaring, de Syrisch-katholieke gemeenschap van Mar Moussa bij ons ontvangen hadden, werden wij als orde van de Eenheid van Antiochië van Mar Yakub door hen hartelijk ontvangen op woensdag 20 juli 2022, het feest van de grote profeet Elias. Ook de drie meisjes van S.O.S. Chrétiens d’ Oriënt die bij ons waren, gingen mee. Het werd een dag van wederzijdse geestelijke bemoediging.
Het klooster van Mar Moussa, hoog in het gebergte, op 17 km van het centrum van Nebek, werd gesticht door de heilige Mozes (vandaar Mar Moussa), de Ethiopiër, een koningszoon, die rond 628 de marteldood zou gestorven zijn. De energieke Italiaanse jezuïet, Pater Paolo dal’Oglio heeft zich sinds 1982 ingezet voor de heropleving van dit prachtig klooster en heeft het ook internationaal bekend gemaakt.