Hadewijchs nieuwjaarswensen

Hadewijch leefde in het begin van de 13e eeuw en is de eerste vrouwelijke dichter die we kennen in de geschiedenis van de Nederlandstalige literatuur. Zij is tevens een van de eerste schrijfsters van de lage landen die streeft naar persoonlijke vereniging met het goddelijke. De teksten die we van haar hebben zijn in een Brabantse variant van het Middelnederlands geschreven, dat is heel bijzonder, want de schrijftaal was toen Latijn.

Toch is haar bekendheid vrij beperkt gebleven. Zij moet een uitzonderlijke vrouw geweest zijn met grote poëtische en muzikale talenten en scherpe religieuze gevoeligheid. Het leven van Hadewijch was gewijd aan de liefde van en voor God. Uit haar Strofische Gedichten spreekt een grote liefde (minne) voor Hem. Sommige gedichten zijn ook zonder problemen als liefdesgedichten te lezen. Maar haar voorwerp van liefde was geen aardse minnaar of minnares, maar God.

In de grond is het echter onmogelijk Gods Liefde te definiëren, zegt Hadewijch. En zij heeft daar een goed argument voor: “ Alles wat over God in de mens zijn gedachten komt en wat hij over Hem kan weten of in een of ander beeld kan voorstellen, dat is God niet. Want kon de mens Hem begrijpen en verstaan met zijn geest en rede, dan was God de mindere van de mens. Dan zou zijn liefde gauw zijn ‘uitgemind’, zoals nu bij kleine mensen de minne gauw is opgebruikt” (Twaalfde Brief).

Als het nieuwe jaar aanbreekt,
dan hoopt men dat het seizoen snel komt waarvan velen heil verwachten en dat berg en dal in bloei zet.
Toch blijft de blijdschap nog achterwege.
Zo is het ook met hem gesteld die zich volledig geeft, vertrouwend op de mooie beloftes van Hoge Minne, voordat hij de voorsprong van de Minne heeft ingelopen.

Vertaling van couplet 1 lied 40

Je schoolkennis oppoetsen of gewoon nieuwsgierig naar Hadewijck? Neem dan een kijkje bij: https://hadewijch.net/leven/

Heer Ray van Angeltjes

Vandaag zou onze vriend Ray De Bouvre 84 jaar geworden zijn. Zou. Plotseling was hij er niet meer. Inmiddels reeds tien jaar geleden. Nooit meer zijn kwinkslagen, zijn satirische commentaar horen, zijn spitsvondige schrijfsels lezen.

En toch… Als we nu aan hem terugdenken, en dat gebeurt frequenter dan hij voor mogelijk had kunnen houden, dan herinneren we ons vooral amusante intermezzo’s, doorspekt met Ray’s onvergelijkelijke zin voor humor. “Heer Ray” werd hij door zijn schare volgelingen half-ernstig, half-lachend genoemd. Terecht: hij was dan ook een Sinjoor – een seigneur – in hart en nieren. Met Antwerpen en Gerda stond hij op en ging hij slapen. De toekomst van Vlaanderen baarde hem constant zorgen; hij schreef zijn frustraties van zich af in Angeltjes. En het is er niet beter op geworden.

Ray kon ook zonder complexen genieten van Franse liedjes, bv. van Lucienne Delyle. Voor Ray, voor u, voor ons, dit stukje pure nostalgie:

Onnozel vs. Onschuldig

In onze contreien noemt men de dag dat koning Herodes alle jongetjes van Bethlehem tot de leeftijd van 2 jaar (en jonger) liet vermoorden om te vermijden dat hij concurrentie zou krijgen: Onnozele Kinderendag. Eigenlijk zouden we dat echt wel moeten vervangen in ons taalgebruik door Onschuldige Kinderendag.

Onnozel is in Vlaanderen geen synoniem van onschuldig. Onnozel is wie de fabeltjes van de regering, van de media gelooft. Onnozelaars zijn degenen die geloven dat de Koning Boudewijnstichting, het Spionnencentrum, Vluchtelingenhulp opgericht werden om de democratie en ons aller welzijn ten goede te doen komen. Of de sloganroepers van “Geen mens is illegaal” (door de weg-met-ons-activisten) of “Wereldvrede begint in de keuken” (door de plantenaanbidders). Of geloof hechten aan dat wat de poco media uitkramen. Een criminele onnozelaar is niet onschuldig. Een onschuldige kan echter wel een onnozelaar zijn.

Keren we terug naar vandaag: 28 december viert men in het christendom en met name in de katholieke kerk het martelaarschap van de onschuldige jongetjes van Bethlehem die op gezag van koning Herodes werden vermoord.

Het tweede hoofdstuk van het Evangelie van Matteüs meldt dat Herodes bang was dat de komst van een nieuwe joodse koning het einde van zijn macht zou betekenen. Van de Wijzen uit het Oosten hoorde hij dat die nieuwe koning in Bethlehem geboren zou worden. Toen de Wijzen in een droom vernamen dat Herodes kwaadaardige bedoelingen had en het Kerstkind wilde doden, leidden ze hem om de tuin. Daarop ontstak Herodes in een hevige toorn.

“Toen Herodes begreep dat hij door de magiërs misleid was, werd hij verschrikkelijk kwaad, en afgaande op het tijdstip dat hij van de magiërs had gehoord, gaf hij opdracht om in Betlehem en de wijde omgeving alle jongetjes van twee jaar en jonger om te brengen.” (Matteüs 2:16, zie: Het verhaal van de drie koningen)

De katholieke traditie leert dat God de onschuldige jongetjes van Bethlehem had voorbestemd om door hun dood te getuigen voor de Messias. Sinds de vijfde eeuw worden zij daarom als heiligen vereerd.

Het feest van de ‘Onnozele Kinderen’ werd voor het eerst in het jaar 505 in Carthago gevierd. Het stamt van een oud Romeins kinderfeest, het ‘festum puerorum’. Dit verkleedfeest, waarin oosterse, Romeinse en Keltische elementen waren opgenomen, werd door de kerk verboden.

In de loop van de tijd werd ‘Onnozele Kinderen’ een (kerkelijk) kinderfeest. In die hoedanigheid werd het in de Lage Landen uiteindelijk overschaduwd door de viering van Sinterklaas. Op ‘Onnozele Kinderen’ waren vroeger de kinderen de baas en trokken zij als volwassenen gekleed langs de deuren om geld of snoep te vragen. Dit bedelen om snoep en geld gaat terug op het kinderbisschopspel.

Bij het kinderbisschopspel werd tijdens de Vespers onder het Magnificat onder de scholieren een kinderbisschop gekozen. Deze jongen trad dan enkele dagen in klooster- en kapittelkerk als bisschop op. Met een groep kinderen als aanhang ging hij bij hoogstaande personen van kerk en gemeente eten en kreeg daar ook kleine geschenken. Ook verkleedpartijen hoorden bij het feest en er werden geschenken gegeven aan de koorknapen. In veel gezinnen mag het jongste kind kiezen wat er die dag gegeten wordt.

https://youtu.be/REjB90hidgE

Kerstmis over de hele wereld

Hoeveel kerstliederen er ooit gecomponeerd werden, geen idee, we zouden zo nog uren kunnen doorgaan, maar de kersttaken trekken aan onze mouw. We laten Charlotte Church één van onze favorieten zingen: u hoort het innige kerstlied: “Hark now hear the angels singing” of ook bekend als “Mary’s boy child”. En het brengt ons even terug naar onze schooltijd, toen we dit lied met het koor (fonetisch) instudeerden zonder dat we zelfs al één woord Engels geleerd hadden:

Zalig kerstmis!