Regelmatig horen we: Brussel is ook van ons. In feite zijn we Brussel al kwijt sinds 1830. De enige periode dat Brussel nog van ons was, was tijdens WOII, (de enige periode dat de taalwetten er werden toegepast).
De analyse van Brussel kan gemaakt worden in 2 zinnen zoals deze verwoord werden in de jaren 90 in een pamflet van het toenmalige Front National.
“Maingan veut chasser nos frères flamands, et lui sera chassé par nos frères musulmans”. Men heeft dus de vreemdelingen geïmporteerd om de Vlamingen te verjagen en nu moeten de Franstaligen op hun beurt gaan lopen.
Brussel is een gigantische mesthoop bevolkt door een autochtoon en allochtoon profitariaat, in al zijn vormen. Een Palermo aan de Zenne, dat crimineel-corrupt en decadent is, en rot tot op bot. Het is er wachten op de uitbarsting, en dat is alleen een kwestie van tijd. Met zuivere wettelijke middelen is er geen weg terug.
Deze rotte boel kan enkel functioneren dankzij het geld van de Vlamingen, en als dank worden “les flamins” dan ondergekotst.