Twee Amerikaanse gynaecologen bieden een alternatief aan voor de drastische besnijdenispraktijken, die tot het cultureel erfgoed behoren in Afrika en het M.O.
Alle 11 seconden wordt een meisje door de zgn. rituele besnijdenis verminkt. Wereldwijd zijn er volgens cijfers van de WHO (Wereld Gezondheidsorganisatie) 150 miljoen vrouwen en meisjes besneden. Hoeveel er intussen in Europa verblijven kan men slechts schatten. Het is pas door moedige vrouwen zoals het model Waris Dirie en Ayaan Hirsi Ali dat het probleem van de besnijdenis meer bekendheid kreeg. 6 februari werd zelfs tot internationale dag tegen de genitale verminking uitgeroepen.
En dan mochten we in het Journal of Medical Ethics vernemen dat twee gynaecologen, Kavita Shah Arora uit Cleveland, Ohio, en Allan Jacobs, New York, de mening toegedaan zijn dat we meer begrip moeten opbrengen, “cultuur-gevoeliger”, en tenminste kleine, eerder symbolische ingrepen, moeten tolereren. En de woordkeuze aanpassen.
Als ‘slechts’ de voorhuid van de clitoris weggesneden wordt, dan mag men het niet over ‘verminking‘ maar wel over ‘verandering‘ hebben. Besnijdenis wordt dan een ‘ingreep‘.
Maar beide gynaecologen geven geen carte blanche. Geenszins. ‘Ingrepen’ aan de geslachtsdelen van meisjes en jonge vrouwen zijn niet echt gewenst. Maar ze menen dat een ‘compromis‘ de meisjes in de resp. landen kan helpen een gelukkiger leven te leiden.
Harde lijn-tegenstanders van het compromisidee kunnen de resp. kinderen meer schade berokkenen, heet het. Ongeacht alle politieke inzet zijn procentueel de ‘ingrepen’ in Egypte tussen 2006 en 2011 slechts van 77.8% naar 71.6% gedaald. En in Somalië wordt nog steeds 81% der meisjes onderworpen aan een totale verwijdering van de clitoris en de kleine schaamlippen. De buitenste schaamlippen worden quasi helemaal dichtgenaaid.
Men moet daarbij in gedachten houden dat “vele kinderen de procedure moeten ondergaan omdat hun ouders van hen houden en hen een gelukkig volwassenenleven toewensen”, argumenteren de beide gynaecologen. Uit liefde dus.
Kleinere, door artsen vakkundig uitgevoerde eerder symbolische ‘ingrepen’ onder verdoving zouden een mogelijkheid bieden ‘de culturele verschillen te respecteren en de gezondheid van de patiënt te beschermen’.
Bovendien vinden ze het eerder inconsequent dat de besnijdenis van de voorhuid van de penis bij kleine jongens getolereerd wordt, maar dat er geen begrip voor is bij meisjes.
Ze moeten wel toegeven dat er een verschil in beweegredenen tussen beide ‘ingrepen’ bestaat. De amputatie van de clitoris en het toenaaien van de schaamlippen hebben tot doel de ‘reinheid’ van het meisje veilig te stellen, haar onder controle te houden, haar lustgevoel te doden en dat van de toekomstige echtgenoot te vergroten.
Voorlopig kunnen de dhimmi-artsen niet rekenen op applaus. Bovendien is de kans groot dat de aanhangers van de besnijdeniscultuur de ‘light’ verminking niet zullen goedkeuren. Als zelfs dieren niet verdoofd mogen geslacht worden…
FT
Juriste-professor-domme koe wil genitale verminking legaliseren