“De islam hoort op de afvalberg van de geschiedenis”
“Deze godsdienst van een immorele bedoeïen is een rottend kadaver, dat ons leven vergiftigt.”
Atatürk dacht, sprak en handelde ernaar. Dus drong hij de islam in zijn land zo ver terug als maar enigszins mogelijk was.
Hoe schizofreen is het herislamiseerde Turkije nu? Enerzijds wordt hij als grote held kritiekloos vereerd, anderzijds wordt zijn afkeer van de islam compleet geignoreerd.
Gisteren – 75 jaar geleden – overleed hij. Dat wordt steeds met grote feesten en parades herdacht. De scheepssirenes huilen om 09.05 uur stipt over de Bosporus. Het verkeer staat dan stil en de bevolking staat dan ingetogen voor zijn foto, zijn borstbeeld e.d. De vader van de Turken wordt geëerd, maar zijn gedachtegoed wordt in de vuilbak gekieperd.
De islamisering van Turkije is een feit. Kledingvoorschriften voor vliegtuigpersoneel, make-up-verbod, alcoholverbod, gescheiden studentenhomes, hoofddoeken in openbare dienst, in onderwijsinstellingen, in het parlement. Kritische stemmen worden gesmoord: journalisten in de gevangenis, betogingen onderdrukt d.m.v. buitensporig geweld, het leger werd uitgezuiverd…
Nochtans staat de belediging van Atatürk nog altijd in het strafwetboek (par.5816). En Turken van heel het politiek spectrum nemen deel aan de herdenkingsactiviteiten.
Atatürk was niet slechts een geniaal militair, maar ook een man met kleinmenselijke kantjes. Hij deed alles in superlatieven. Hij hield toespraken die een dag konden duren. Zijn rakiverbruik leidde waarschijnlijk tot zijn vroege dood. Hij hield van de vrouwen en haatte tegenspraak, domheid, mensen die zijn tempo niet konden volgen. Zijn soldaten beval hij met de woorden “Ik beveel jullie te sterven.” En dat deden ze ook, met honderdduizenden, toen hij het schiereiland Gallipoli tegen de invasietroepen van het Britse imperium verdedigde.
Hij slaagde erin een volk te veranderen en een seculiere staat te stichten.
In 1923 werd hij de eerste president van de jonge Turkse republiek. Zijn credo zou nu in de islamitische wereld tot geweld en terreur leiden: “De islam behoort op de afvalberg van de geschiedenis. Deze godsdienst van een immorele bedoeïen is een rottend kadaver, dat ons leven vergiftigt.”
Ergens herinnert Atatürk ons aan de Russische tsaar Peter, die zijn volk ook in de toekomst dreef, zonder veel rekening te houden met hun persoonlijk welzijn. Zoals Peter verbood Atatürk de traditionele hoofdbedekking, in dit geval de fez. Atatürk sloot derwisjkloosters en religiescholen, liet de koran in het Turks vertalen, voerde het Latijns alfabet in en het burgerlijk huwelijk en decreteerde zelfs een binnenlandse oppositie. De hoofddoek werd door hem uit het openbaar leven verbannen en hij gaf de vrouwen gelijke rechten.
De keerzijde van het kemalisme was een ongebreidelde personencultus, een brutaal afrekenen met critici en opstandige minderheden zoals de Koerden, een schijndemocratisch gewettigde autocratie en de rol van het leger, dat zich als de erfgenaam en hoeder van de macht en het kemalisme beschouwde.
Sinds de tachtiger jaren is de religie weergekeerd in Anatolië. Erdogan en zijn AKP-partij maken geen geheim van hun afneiging van Atatürk en zijn hervormingen. Zijn overwinning bij Gallipolli werd als de triomf van de islam herbenoemd.
Atatürk zal zich zonder enige twijfel al menig maal in zijn graf omgedraaid hebben.
Vertaling en bewerking Golfbrekers, uit Die Welt
Nvdr: Er zijn talrijke filmfragmenten en documentaires over Atatürk en zijn rol in de Turkse geschiedenis in omloop. Hierbij de beelden van een intreurige bevolking bij zijn begrafenis: