Een verslag uit Syrië zonder poco bril

Met onze verontschuldigingen voor de laattijdige publicatie te wijten aan een softwarefout in een pc-programma.

Goede Vrienden,

Lijden en sterven zijn de grootste en meest gevreesde gevaren in ons leven. Ze gaan tevens in tegen ons diepste verlangen naar volmaakt geluk en eeuwig leven in God. Ze zijn het gevolg van de  vrije keuze van het eerste mensenpaar dat de gemeenschap met God hoogmoedig heeft afgewezen. Allen hebben wij dit beperkte leven  geërfd. Jezus Christus heeft door zijn menswording, lijden, dood en verrijzen echter de zonde en de dood overwonnen. Aan deze overwinning kunnen wij deelnemen door uiteindelijk met Hem in liefde en vrijheid te lijden en te sterven, terwijl we ondertussen toch al het mogelijke doen om het lijden te verminderen en te verzachten. Zo nemen we deel aan het Pasen van Christus en de overgang van dit aardse leven naar het eeuwige leven in God. Dat is de vijfde wezenlijke eigenschap van ons mens zijn. Door ons lijden en sterven met Christus te beleven worden we omgevormd in de verrezen Heer, die de icoon van de Vader is. Zo kunnen we terug de “gelijkenis Gods” verkrijgen, waartoe we geschapen werden.  

De moderne geneeskunde  beschikt over alle mogelijkheden om stervenden daarbij op goede wijze te helpen. Uiteraard vraagt dit een andere mentaliteit dan onze huidige doodscultuur, zowel van de dokters en verplegers als van de familie van de stervende zelf. En er zijn er die zich daarvoor in deze geest met een aanstekelijke overtuiging inzetten zonder te vluchten in de huidige, dodende euthanasiepraktijk (1). Ziehier enkele van hun ervaringen.  Zij beseffen dat ieder mens uiteindelijk in het diepst van zijn wezen een religieuze  honger heeft: “Wat wij er ook van denken, we dragen allen een zaadje van de eeuwigheid in ons” (a.w. blz. 171-172). Ze willen eerst duidelijk afrekenen met de huidige euthanasiepraktijk en laten ons de  duistere keerzijde ervan zien door enkele voorbeelden te geven. “Wie lijdt wil begeleidt worden, zelfs al wil hij sterven” (a.w., blz. 81). Een dokteres maakte zich al vroeg vertrouwd met de euthanasiepraktijk maar telkens ze euthanasie pleegde was ze drie dagen ziek (a.w., blz. 21). Een dokter die euthanasie pleegt, bekent met tranen in de ogen dat hij ’s nachts soms met angstzweet wakker wordt en voor zich het gelaat ziet van hen die hij het fatale spuitje gaf (a.w. blz. 193). En hoe macaber kan de  sfeer zijn bij euthanasie. Er is inderdaad een  enorm verschil tussen  het doden van iemand en iemand zijn/haar “goede dood” gunnen. “Na euthanasie is er een ijzige stilte op de dienst” (a.w. blz. 184).

Deze gewetensvolle verzorgers bieden weerstand aan euthanasie en nemen hun volle verantwoordelijkheid door iets veel beters aan te bieden: palliatieve zorgen. Zij willen dat er geïnvesteerd wordt in kwaliteitszorg (a.w. blz. 105). Zij maken duidelijk dat ze de patiënt nabij zullen blijven tot het einde, dat zijn/haar leven waardevol blijft, dat zij daarbij veel lijden kunnen verzachten en alle onderliggende zorgen willen ter harte nemen (a.w. blz. 26 en vv). “Hoe natuurlijker het sterven, hoe natuurlijker ook het rouwproces zal zijn” (a.w. blz. 43).  De palliatieve zorgen zijn er geenszins  op gericht om het leven te  verkorten of te verlengen maar het is een manier om waardig en menselijk te leven tot het einde  toe. Zij zien het als hun taak, hoop te  geven en het leven te beschermen ook  van hen die euthanasie vragen. Het zijn vooral de resultaten van deze levenshouding die zo indrukwekkend zijn. Een patiënt vraagt euthanasie maar krijgt in de plaats daarvan uitgebreide palliatieve zorgen en leeft nog drie jaar. Hij zegt dat hij maar wat blij is dat ze destijds op zijn vraag naar euthanasie niet zijn ingegaan (a.w., blz. 29). Een dame van  50 jaar, die 32 medicamenten per dag neemt en 4 zelfmoordpogingen heeft ondernomen eist, gesteund door haar man, euthanasie. Ze krijgt daarentegen de nodige palliatieve zorgen. Na aanvankelijk heftig protest aanvaarden ze wat hen wordt aangeboden. Uiteindelijk sterft de vrouw vredevol in de armen van haar man. Een week later komt de man de dokter bedanken met een doos pralines en vraagt hem of, als zijn tijd gekomen is, hij ook op deze wijze mag begeleid worden. Deze derde weg van palliatieve zorgen omvat tevens palliatieve sedatie, die het bewustzijn vermindert en de pijn verlicht. Deze sedatie wordt telkens opnieuw op punt gesteld en is meestal van voorbijgaande aard. Zij is geenszins gericht op de verkorting van het leven. Zowel palliatieve zorgen als palliatieve sedatie zijn onverenigbaar met euthanasie.

De tijd zowel van de therapeutische hardnekkigheid als van de euthanasie is eigenlijk al voorbij. Beide zijn ongeschikte, verouderde en mensonwaardige oplossingen voor stervenden en ongeneeslijk zieken. Het aangehaalde boek toont met veel praktische voorbeelden een veel betere weg: palliatieve zorgen. Dokters uit vorige eeuwen hadden niet de middelen waarover de moderne geneeskunde beschikt, maar zij waren in staat om stervenden te begeleiden tot het einde toe. Met de enorme toename van medisch-technische mogelijkheden dreigt deze noodzakelijke begeleiding en dit attentvol nabij zijn  verloren te gaan. We mogen de wijsheid uit het verleden niet minachten maar combineren met de huidige goede mogelijkheden.

Ziehier een voorbeeld van  palliatieve zorg, ruimschoots voordat de uitdrukking werd uitgevonden. Tot enkele decennia geleden vond dit nog plaats in vele Vlaamse gezinnen. Vijf jaar voor haar sterven kreeg de moeder van een groot gezin een hersenbloeding en werd half verlamd. Aanvankelijk kwamen deskundige verplegers haar thuis verzorgen en oefeningen geven, maar zij was er niet gelukkig mee. Vader, die een stoere bouwvakker was, besloot resoluut zelf voor moeder te zorgen. Op de kortste tijd werd hij met de hulp  van de oudste dochter een attentvolle verpleger. Hij zorgde voor alles, voor het aan- en uitkleden, voor de hygiëne, het eten en reed haar rond in de rolstoel. En zij was er heel blij mee. Nochtans was het enige wat ze nog kon, haar negen kinderen, een kruisje geven op het voorhoofd en met haar hand even hun wang strelen. Ze is thuis gestorven omringd door vader en al haar kinderen. Onmiddellijk na haar sterven zette de oudste dochter het lied in dat moeder graag zong: “Als moeder zong was heel het huis in vreugde...”.

Al blijven lijden en sterven voor ons grote mysteries, ze kunnen wel degelijk een diepe betekenis hebben. Vanuit het christelijk geloof begrijpen we dat ze noodzakelijk zijn voor onze omvorming in de  verrezen Christus.       

P. Daniel, Mar Yakub, Qâra, Syrië, 26.1.24

  • Timothy DEVOS e.a., Euthanasie, l’envers du décor. Réflexions et expériences de soignants, Préfaces de Jacques Ricot et de Herman De Dijn, Editions Mols, juni 2019).

Flitsen

De wekelijkse woestijndag wordt door iedereen erg gewaardeerd. Het is een a-liturgische dag en er zijn geen gezamenlijks samenkomsten. We begonnen hiermee op maandag. Vemits dit echter een gewone werkdag is, hebben we nu voor de vrijdag gekozen omdat er dan geen arbeiders zijn.

Deze week kregen we bezoek van een Syrische kolonel met zijn gezin. Hij was tien jaar geleden hier verantwoordelijk voor deze streek en we hadden een zeer goede band met hem. We herinneren ons nog goed hoe hij als moslim de zegen kwam vragen omdat hij opgeroepen werd om Aleppo mee te bevrijden, wat ook gebeurd is. Het was een emotionele ontmoeting. Inmiddels is hij generaal geworden.

Deze week is onverwacht een goede en trouwe vriend van de gemeenschap overleden. Hij had evenwel een erg zwakke gezondheid. Tijdens de oorlog was hij onze attentvolle concierge. Hij onderhield goede contacten met de rebellen en vooral met de leider van hen, waardoor hij kon verhinderen dat ze het klooster  kwamen aanvallen. Omdat hij echter de enige allawiet was van de streek en de terroristen alle allawieten wilden vermoorden, is hij moeten vluchten naar Tartous. Na de oorlog kwam hij terug en beheerde een van onze drie hulpcentra in Qara. Hij was in zijn hart eigenlijk grotendeels christen.

Nvdr: foto’s vindt u terug op Deir MarYakub El Mukata indien de techniek en IT-aansluiting het toelaten.

Over de waarheid van de Bijbel (21)

Wie waren de Evangelisten: externe bewijzen (buiten het Nieuwe Testament) van niet-christelijke auteurs

De voorbije weken hebben we nader kennis gemaakt met de vier Evangelisten en kunnen we met zekerheid aannemen via de interne bewijzen (verwijzingen naar de Evangelisten binnen het Nieuwe Testament) en de externe bewijzen (verwijzingen naar de Evangelisten geschreven buiten het Nieuwe Testament) dat Mattheus, Marcus, Lucas en Johannes de auteurs zijn van de vier Evangelies. Dat is althans wat – wanneer we de interne bewijzen en de externe bewijzen bij elkaar rapen – het geschiedkundige bewijs ons levert.

Om deze historische waarheid nog wat kracht bij te zetten willen we ons vandaag in het kort buigen over wat kritikasters van het Christendom in de eerste eeuwen na Christus te zeggen hebben over de identiteit van de vier Evangelisten. Daar hun doel was het prille Christendom de nek om te draaien zouden ze misschien, net zoals de moderne kritiek het zegt, ervan uitgaan dat we eigenlijk niet weten wie de Evangelies geschreven hebben en dat ze later aan Mattheus, Marcus, Lucas en Johannes waren toegeschreven. Zoals we zullen zien is er echter niets minder waar.   

Hoe zit het met vroege ketters en heidense critici? (1)

Het is belangrijk om te benadrukken dat niet alleen de vroege kerkvaders geloofden dat de vier Evangeliën teruggingen op de apostelen en apostolische mannen. In de eerste drie eeuwen na Christus leken zelfs degenen die als ketters en vijanden van de kerk werden geïdentificeerd te hebben geaccepteerd dat de vier Evangelies feitelijk door Matteüs, Marcus, Lucas en Johannes waren geschreven.

De Romeinse filosoof Celsus schreef rond 178 een “Uiteenzetting over de waarheid” (Alèthès logos) in vier delen: 1) christenen hebben het joodse messianisme vervalst, 2) het joods messianisme zelf is vals, 3) rechtstreekse aanval op het christelijk geloof en de moraal, 4) lofrede op het heidendom. Origenes (+ 253/5) heeft een nauwkeurige weerlegging geschreven

Celsus was één van de felste vijanden en critici van het Christendom in de vroege kerk. Dit is wat hij te zeggen heeft over het auteurschap van de Evangeliën:

“De discipelen van Jezus, die geen onbetwistbare feiten hadden waarop ze zich konden baseren, bedachten de fictie dat hij alles van tevoren wist. De discipelen van Jezus schreven zulke verslagen over hem om de beschuldigingen die tegen hem werden geuit te verzachten” (2).

Merk op dat Celsus absoluut vindt dat de Evangeliën fictie zijn. Hij twijfelt er echter niet aan dat ze werkelijk door discipelen van Jezus zijn geschreven. Dit is extreem veelzeggend, omdat Celsius gemakkelijk zijn zaak tegen het Christendom had kunnen versterken door te beargumenteren dat geen van de Evangeliën door ooggetuigen of apostelen is geschreven. Maar een dergelijke bewering doet hij niet. Origenes wijst erop dat heidense critici zoals Celsus niet zo ver zullen gaan om het feit te ontkennen dat “Jezus’ eigen leerlingen en toehoorders” “hun herringeringen aan Jezus in schrift” achterlieten (Origenes, Tegen Celcius, 2.13). Bovendien is de kritiek van Celsius op de wonderen van Jezus veelzeggend. Hij beweert dat het goocheltrucs waren die Jezus in Egypte geleerd had. Hij kan noch het bestaan van Jezus, noch de Evangelies, noch de wonderen van Jezus ontkennen  omdat er nog te veel nabestaanden leefden van hen die het hadden meegemaakt!

Voor zover we weten lijkt niemand, orthodox of ketter, heiden of Christen, gedurende bijna 400 jaar na het leven van Jezus serieuze twijfels te hebben geuit over wie de Evangelies van Matteüs, Marcus, Lucas en Johannes heeft geschreven.

Om onze studie over het Nieuwe Testament en haar historische waarheid te beëindigen moeten we nog twee belangrijke vragen stellen: wanneer precies werden de Evangelies geschreven want, après tout, om historisch plausibel te zijn mogen ze niet te lang na de Verrijzenis van Jezus geschreven zijn. Ten tweede: wat met de zogezegde verborgen Evangelies of apocriefen, zoals het Evangelie volgens Thomas bijvoorbeeld die de Kerk niet aanvaard heeft. Dat zullen we de volgende keren onderzoeken.

(1) Wat volgt is een anthologie van :  PITRE Brant. The case for Jesus. Image/New York, 2016, p. 39-54
(2) Geciteerd in Origenus, Contra Celcius, 2.15-16.                                                                                                                            P. Jean

Varia

  • Peter Koenig, voormalig voornaamste econoom van de Wereldbank, die tevens meer dan 30 jaar in vele landen in de wereld gewerkt heeft voor de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) geeft klare waarschuwingen aan het Wereld Economisch Forum van 2024 dat net plaats heeft gevonden: hoe gaan jullie, niet verkozen wereldleiders, het vertrouwen herstellen met dezelfde corrupte kerels in deze corrupte wereldorde van één wereldregering? “Tijdens hun sessies discuteren psychopaten, Uebermenschen, die de wereld regeren, geleid door Schwab, over de manier hoe ze de wereldbevolking kunnen controleren, tyranniseren, verminderen  en  robotiseren om haar zo efficiënt en zo vlug mogelijk te beroven van de rijkdommen die ze duurzaam verworven heeft. Deze rijkdommen willen ze overbrengen naar hun kleine elite-groep”. Het zal echter niet gebeuren omdat mensen wakker worden, na het bedrog van de covid, de lockdowns, de giftige vaccins. Laten we geen schrik hebben voor wat ze ons nu willen opdringen maar moedig weerstand bieden. Ze weten niet wat ze doen. Ze willen de menselijke waardigheid vernietigen en zich alles toeëigenen: https://www.mondialisation.ca/fem-davos-2024-le-monde-seffondre-mais-le-spectacle-doit-se-poursuivre/5685195.
  • Ook Franciscus stuurde een boodschap met een vurig pleidooi voor rechtvaardigheid en vrede voor allen maar zonder enige verwijzing naar God, Christus of het Evangelie: https://www.kerknet.be/kerknet-redactie/nieuws/paus-tot-davos-macht-en-winst-ondergeschikt-aan-algemeen-welzijn
  • De waanzin van de woke-predikanten. Het is best mogelijk dat ‘n jongen of meisje al vrij vroeg zich aangetrokken voelt door hetzelfde geslacht. Al jaren vraag ik deskundigen, als ik de kans heb: is er nu een hard bewijs dat men genetisch anders geboren wordt dan man of vrouw. Al jaren krijg ik hetzelfde antwoord: eigenlijk niet. Laten we dan ook ophouden met die onzin van: ik ben als transgender geboren. Iedere cel van uw lichaam blijft mannelijk of vrouwelijk, ook als je alle mogelijke beenhouwerijpraktijken hebt ondergaan: https://www.golfbrekers.be/de-waarheid-die-niet-mag-gezegd-worden/
  • De  beminnelijke Guinese kardinaal Robert Sarah, die van 2014 tot 2021 prefect was van de Congregatie  voor de goddelijke liturgie heeft een uitgebreide en verantwoorde afwijzing geschreven op het Vaticaanse document Fiducia supplicans. Barmhartigheid  moet samengaan met waarheid. Wereldse populariteit kan gekocht worden met de prijs van leugens, dubbelzinnigheid en medeplichtig zwijgen. Hij verwijst naar vier Schriftteksten die homosekueel gedrag aks een grote verdorvenheid  bestempelen en naar de Catchismus van de katholieke Kerk, die de traditionele kerkelijke leer weergeeft. Hij prijst de bisschoppen en bisschoppenconferenties die deze Vaticaanse tekst krachtig en radicaal afwijzen als ketterij. Hij prijst Afrika die een immense spirituele kracht kan uitstralen over de hele wereld. Tenslotte doet hij een krachtige oproep om voor hen die homoseksueel leven te getuigen van de waarheid: “Hoe durven we hen te laten geloven dat het goed en Gods wil voor hen is om in de gevangenis van hun zonde te blijven?”:  https://fortesinfide.nl/index.php/2024/01/09/fiducia-supplicans-kardinaal-sarah-wwe-moeten-ons-verzetten-tegen-een-ketterij-die-de-kerk-ernstig-ondergraaft/
  • De Nederlandse bisschoppen hebben uiteindelijk ook zowel het zegenen als het bidden voor koppels in onregelmatige omstandigheden verworpen en staan niet toe dat de voorstellen van Fiducia suppicans worden toegepast: https://lesalonbeige.fr/la-conference-episcopale-des-pays-bas-rejette-fiducia-supplicans