De Hongaarse regering o.l.v. Viktor Orbán houdt regelmatig peilingen naar de wil van het volk. In te dienen per mail of aan de hand van een invulformulier op het internet. De resultaten van de peilingen hebben geen bindend karakter; ze zijn dus louter indicatief, maar ook veelzeggend.
De resultaten van de peilingen geven de richting weer die de regering moet uitgaan. Ditmaal ging het over energie, grondstoffen, toerisme en inflatie.
De Hongaren kregen de vraag of ze akkoord gaan met de EU-sancties m.b.t. energie, grondstoffen en nucleaire splijtstofstaven. En over de gevolgen van de sancties voor het toerisme en de stijging van voedselprijzen. Van de 8 miljoen stemgerechtigden namen er 1.4 miljoen deel. 97% van hen verwierpen de sancties tegen Rusland.
Tijdens een gesprek bij Radio Kossuth, verklaarde Orbán “Hongarije is niet sterk genoeg (… om de sancties tegen te houden) Het enigste dat ik kan doen is de schade beperken. Als we vinden dat de Hongaarse belangen geschaad worden, dan brengen we een veto uit, maar we kunnen het niet tegenhouden. Daarvoor moet er een andere politieke koers gevaren worden in de EU… door landen zoals bv. Duitsland of Frankrijk.”
Hij onderlijnde dat de prijs voor energie onmiddellijk zou dalen, de inflatie minstens met de helft zou beperkt worden, indien de sancties zouden opgeheven worden. Maar hij verwacht dat de sanctiepolitiek zal voortgezet worden.
“We (de EU) zullen sancties opleggen die geen resultaat zullen brengen. Bovendien is er de cultuurschok die wij wij Hongaren beleven. Ik bedoel hiermee de Duitsers. Ik groeide op met het beeld dat wat Duits was, goed was. Duits is synoniem voor accuraatheid, voor een ingenieur die berekeningen maakt, die niets overhaast doet, die weet wat hij doet. Maar nu… kijk ik naar de EU-commissie met een Duitse voorzitster, naar sancties die niet doordacht werden vanuit een professioneel oogpunt. Bijgevolg is ons geloof in het crisisbeleid van de Duitsers naar een dieptepunt gedaald.”