Het geval O.N.A.T.R.A.
In twee delen:
– Deel 1: de overname
– Deel 2: de corruptie en de fraude
Deel 1: de overname
In onze laatste bijdrage beloofden we één verhaal te vertellen over fraude en corruptie zoals we meermaals tijdens ons zakenleven hebben meegemaakt wanneer we de weg van een groot bedrijf, waarbij we betrokken geraakten, kruisten. Het is een verhaal ” à la Volkswagen ” waarbij men zich de vraag stelt hoe het mogelijk is dat monsterbedrog en waarvan tientallen personen op de hoogte zijn toch jaren onopgemerkt kan blijven duren. In ons verhaal duurde het bedrog een tiental jaren maar in tegenstelling tot Volkswagen kwam het nooit uit. De tekst zal langer zijn dan normaal maar dit is ook nodig om het verhaal te kunnen begrijpen. Daarom moeten we een goede veertig jaar terug gaan in de tijd tot het begin van de jaren zeventig.
Langs “de Boompjes” in Rotterdam stond het statige hoofdkwartier van de Holding PAKHOED. Pakhoed was ontstaan door een fusie van twee eeuwenoude bedrijven nl. PAKhuismeesteren en BlauwHOEDenveem. Nog later in de tachtiger jaren fuseerde PAKHOED met VAN OMMEREN waardoor het huidige nog bestaande VOPAK ontstond.
Dus ruim veertig jaar geleden besliste PAKHOED om een nieuwe divisie op te richten, nl. PAKTRANS. PAKTRANS zou een wereldspeler moeten worden in de sector van het wegvervoerjuist zoals de reeds bestaande divisie PAKTANK reeds een wereldspeler was geworden op gebied van opslag van petroleumproducten in een reeks wereldzeehavens.
De eerste investeringen waren in een bedrijf met meer dan 500 tankwagens namelijk het bedrijf Robertson in Houston (Texas-USA) en in Nederland kocht men het grote wegvervoerbedrijf van dhr. RUTJES die de pensioenleeftijd had bereikt en geen opvolgers had.
Om de wegvervoer divisie te leiden had men beroep gedaan op een ingenieur, die uit de beroemde school van DELFT kwam, en die de naam Lambert droeg. De raad van bestuur van Pakhoed telde toen drie leden nl Voorzitter Ger Verhaegen, Michael Cookj en René De Monchy. Deze drie heren waren in hun nopjes over de beslissing om te gaan investeren in de wegvervoersector aangezien beide onlangs gekochte bedrijven zeer mooie winstresultaten opleverden. Men moedigde Lambert aan om nieuwe prooien op te zoeken binnen of buiten Europa.
Op zekere dag vernam Lambert dat Jean Arcostanzo de eigenaar van het grootste wegvervoerbedrijf van Frankrijk namelijk ONATRA S.A. juist zoals dhr. Rutges aan ophouden dacht. Hij vloog naar Marseille waar zich de hoofdzetel van het bedrijf bevond. In VItrolles om juist te zijn.
Arcostanzo was een geniale redenaar maar eveneens een sluwe bedrieger hetgeen Lambert natuurlijk niet wist. Indien men de toenmalige werkelijke toestand van het bedrijf zou kennen en ONATRA met een mens zou vergelijken kon men gerust zeggen dat die persoon leed aan longkanker, besmet was met AIDS en snel verzwakte door een snel groeiende hersentumor. Het bedrijf stond op springen.
Lambert verbleef enkele dagen bij Arcostanzo die het ene indianenverhaal na het andere vertelde, Lambert van het ene naar het andere sterrenrestaurant sleurde, allerlei belangrijke personaliteiten voorstelde die allen met lovende woorden spraken over ONATRA enz.
Volledig opgedraaid vloog Lambert terug naar Nederland en kwam de nieuwe vondst aan de Raad Van Bestuur voorstellen. Iedereen enthousiast. Men dacht reeds aan het persbericht dat men zou kunnen versturen waarbij heel Nederland zou kunnen vernemen dat het grootste Franse wegvervoerbedrijf in Nederlandse handen was overgegaan. Om
de zaak snel te kunnen regelen werden er sito presto enkele boekhouders van PAKHOED naar Marseille gestuurd. Twee pîentere knapen die jammer genoeg geen woord Frans spraken of begrepen. Maar toch stelden die zich snel enkele vragen in verband met late betalingen en onduidelijke posten op de activa zijde van de balans. Zo stonden er bij de brandstofvoorraden in de tanks van de dieselpompen in Vitrolles een paar honderd duizend liter méér dan de totale inhoud van de plaatselijke brandstoftanks!
Men belde dit door naar dhr.Lambert in Nederland en deze nam natuurlijk contact op met de grote baas in Marseille om zijn bezorgdheid over dit feit mede te delen.
Zoals steeds viel Arcostanzo snel op zijn pootjes en was van de eerste leugen niet gebarsten:
“Wat voor onnozelaars hebt U naar hier gestuurd? Waarom hebben ze mij dat niet gevraagd? Als dit uw wijze van werken is kunnen we beter de overname vergeten! Er zijn er velen die mijn bedrijf zullen willen overnemen, enz.”
Lambert vroeg waar die boekhouder verkeerd was geweest. Het antwoord en de uitleg
van Arcostanzo waren zeer geloofwaardig:
“Zoals steeds let ik op de centen. Enkele weken geleden kwam er een verhoging van de dieselprijs. Aangezien ik steeds een paar tientallen tankopleggers in reserve heb nam ik de beslissing om snel naar de raffinaderij te rijden en een paar honderdduizend liter te gaan ophalen. Ik denk dat er nu nog een vijftal op de parking staan met elk 28.000 liter. We gebruiken die nu regelmatig en onze wagens tanken nu nog steeds aan de oude prijs. Hebt U begrepen! Kom kijken als U wil maar ik ben razend omdat U mij als een bedrieger behandelt. Nog zo één frats en ik stop definitief de onderhandelingen. En wat die boekhouder betreft, die wil ik hier morgen niet meer zien!.Salut.”
Lambert gaf de boekhouder opdracht onmiddellijk terug te keren naar Nederland en bracht de Raad van Bestuur op de hoogte dat door de actie van die boekhouder de hele overname dreigde te mislukken. Niemand die er aan dacht om na te kijken of er wel gevulde tankwagens met dieselolie op de parking stonden… Geen liter!
De toestand begon stilaan uit de hand te lopen in Vitrolles. Steeds méér leveranciers drongen aan op betaling van steeds meer vervallen facturen. En toen speelde Arcostanzo zijn laatste kaart uit. Hij wist dat men in Nederland stond te springen om de overname te bevestigen. Dit alles speelde zich af op een ogenblik dat ik met de hele zaak nog niets te maken had maar later heb ikzelf het hele verhaal, bijna volledig, terug kunnen samenstellen.
Arcostanzo belde Lambert op. Hij had enerzijds een vreselijk belangrijke mededeling voor Lambert en liet nog eens weten dat het brandstofincident zwaar op zijn maag lag: “Ik wil U morgen in Parijs ontmoeten en geen dag later. U zal dan wel zien wat mijn laatste voorstel is. Als U niet komt kan U de zaak vergeten.”
Lambert was in alle staten en spoorde de volgende dag naar Parijs. Hier deed Arcostanzo een meesterlijke zet.
“U hebt nu reeds weken tijd gehad om dit schitterende bedrijf te kopen. U blijft maar vitten op details. En nu ga ik U iets vertellen dat U zal laten schrikken. Ik heb de indruk dat de Amerikanen op een andere wijze zaken doen dan de Nederlanders.
Vorige week werd ik opgebeld door de president van een van de grootste wegvervoervloten in de USA, nl. Consolidated Freightlines (CF). Hoe die te weten is gekomen dat ik met U aan het onderhandelen was is me een raadsel. Er moet iemand bij Pakhoed geweest zijn die onze afspraak om alles vertrouwelijk te houden heeft geschonden. Misschien hebt U er met de grote baas van uw transportmaatschappij in Texas over gesproken of wat ook – het doet er niet toe.
Ik heb hem dan enkele dagen geleden de voorwaarden per telex medegedeeld die ik U reeds weken geleden heb gedaan. Resultaat: Hij belde mij gisteren op om bijna te smeken niet met Pakhoed te tekenen en te wachten tot hij mij kon spreken. In ieder geval blijkt Consolidated Freightlines met ons voorstel reeds onmiddellijk akkoord te gaan en dit
zonder van die gekke boekhouders te willen sturen.
De reden dat ik U naar Parijs heb laten komen is om U te laten weten dat die president morgenvroeg hier op Charles De Gaulle uit Los Angeles aankomt en direct tot een akkoord wil komen. Ik ben echter een man van mijn woord en wil geen misbruik maken van mijn huidige machtspositie om de prijs op te drijven. Als een bedrijf reeds beslist om te willen kopen zonder iets te komen nakijken dan zal de prijs waarschijnlijk te laag zijn en mag ik fier zijn om in de transportwereld zo een goede naam en faam te hebben. Het zal me worst wezen of U nu tekent of niet. Ik weet dat het bedrijf ofwel vanavond ofwel morgenvroeg verkocht is. Het is aan U om te beslissen.”
Lambert wist dat iedereen bij Pakhoed hoopte dat de overname zou gerealiseerd worden. Hijzelf stond te trappelen om de pers van die overname op de hoogte te brengen. Het incident met de boekhouder was volledig in het voordeel van Arcostanzo uitgedraaid. Het zou als een bom inslagen bij Pakhoed indien de zaak niet doorging en bovendien zou blijken dat reeds binnen de 24uur een andere partij met het goudklompje ging lopen!
Alhoewel hij daar toen geen mandaat voor had tekende Lambert de overname.
De volgende dag vernam de Raad van Bestuur wat er juist was gebeurd en verteld in Parijs. Men tikte Lambert op de vingers en hij kreeg te horen dat deze handelswijze niet voor herhaling vatbaar was. Toch kreeg hij de absolutie en iedereen was tevreden.
De volgende dag vernam heel Nederland dat Pakhoed het grootste Franse transportbedrijf had overgenomen.
Niemand bij Pakhoed had maar het minste vermoeden van de vele rampzalige berichten die het bedrijf in de loop van de volgende maanden zouden bereiken.
Had men maar aan die boekhouder gevraagd om eens naar die brandstofvoorraad op de parking te gaan kijken in plaats van hem te straffen en terug naar Rotterdam te roepen.
Had men maar eens gebeld naar Consolidated Freightlines om te vragen of men niet samen iets kon organiseren en om dan te vernemen dat men van de verkoop van ONATRA helemaal niets wist en de president in geen maanden de VSA had verlaten en zeker niet in Parijs was geweest. Had men…
Maar men wist dus van niets tenzij het feit dat men reeds weken geleden aan het headhuntingsbedrijf Carré & Orban uit Brussel opdracht had gegeven een president te zoeken voor ONATRA, dat zo goed als zeker zou overgenomen worden, maar dezoektocht was maar juist gestart en Pakhoed had niemand om sito presto naar Vitrolles te sturen.
Aan Lambert werd de opdracht gegeven naar Frankrijk te gaan en met aandrang aan Arcostanzo te vragen om nog minstens gedurende drie maanden te zaak verder te willen leiden en welke voorwaarden hij daarvoor wou. Arcostanzo wist dat hij juist uit de val had kunnen springen en welke dramatische gebeurtenissen er in een zeer nabije toekomst ONATRA te wachten stonden.
Hij vertelde Lambert dat hij ONATRA niet had verkocht om terug te moeten gaan werken maar dat hij nog 2 weken zou aanblijven en dit volledig gratis(!!!) en hoopte binnen die tijd persoonlijk een opvolger aan zijn personeel te kunnen voorstellen.
Tijdens die twee weken had Arcostanzo de tijd om alle schuldeisers en de banken te kalmeren.Het feit dat hij kon vertellen en bewijzen dat ONATRA nu de verantwoordelijkheid was geworden van het rijke Pakhoed luwde alle stormen.
Inmiddels zocht men in Rotterdam koortsachtig naar een tijdelijke oplossing in afwachting van de persoon die Carré & Orban zou voorstellen.
Plots dacht men aan de vroegere eigenaar van Rutges die inmmiddels van het
leven profiteerde maar die misschien wel zin had om als “allerlaatste prouesse” nog enkele maanden de grote baas te worden van ONATRA.
En zo geschiedde. Enkele dagen later stond Rutges naast Arcostanzo tijdens een
receptie op het hoofdkantoor en waar hij door Arcostanzo aan het kaderpersoneel zou voorgesteld worden als interim Président Directeur Général (PDG) . Als groot redenaar stal Arcostanzo de show in aanwezigheid van de plaatselijke pers.
Rutges die geen woord Frans sprak dankte iedereen in het Engels en rekende op een prettige samenwerking.. Bij ONATRA verstond niemand Engels.
De volgende dag reeds liet Arcostanzo weten dat Pakhoed een reuze flater had geschoten door iemand naar Vitrolles te sturen die de plaatselijke taal niet machtig was.
Hij had het voorgevoel dat de vakbonden, die nogal sterk stonden bij ONATRA (CGT en CFDT en veel minder het FO) dit niet zouden aanvaarden en hij vreesde reeds voor een staking… Dat hij het zelf was die met veel plezier de vakbondsleiders opzwiepte, zei hij er niet bij.
Aan Rutges was verteld dat het bedrijf goed was georganiseerd en dat hij maar wat voor de goede verstandhouding moest zorgen tussen de plaatselijke verantwoordelijken en de kaderleden van Pakhoed die regelmatig op bezoek zouden komen.
De volgende dag vloog Rutges reeds terug naar Nederland en nam de beslissing zijn grote directiebureel in Vitrolles in te richten zoals hij het vroeger gewend was. Hij liet per speciale vrachtwagen enkele prachtige Delftse kasten; een gigantische en mooie staande klok en nog wat andere brocanterie overbrengen naar Frankrijk.
Toen Arcostanzo vernam dat zijn vroeger bureel in een soort museum werd omgebouwd briesde hij naar Lambert dat ze helemaal zot geworden waren. Deze geldverspilling werkt zeer negatief op onze mensen en die vreemde meubelen zijn een kaakslag voor onze eigen cultuur enz.
Bij Pakhoed lag men daar niet wakker van maar toch zouden ze snel ontwaken.
Zodra hij terug in Vitrolles was en tussen zijn vertrouwde meubilair vertoefde, vernam Rutges dat er dringend enkele miljoenen dienden te komen uit Nederland want dat anders de lonen niet konden worden betaald.
Dit nieuws sloeg bij Pakhoed in als een bom! Bovendien zag Rutges in dat niemand naar hem kon of wou luisteren en hij had er nooit aan gedacht om zelf ooit met geldproblemen te moeten rekening houden. Hij vroeg Pakhoed om zo snel als enigszins mogelijk was van zijn opdracht te worden verlost! Aan Carré & Orban werd gevraagd er spoed achter te zetten.
Het hogervermeld verhaal had zich allemaal afgespeeld voor mijn tijd. Maar de talrijke en lange gesprekken die ik na mijn betrokkenheid met alle toenmalige betrokkenen heb gevoerd tijdens tientallen gesprekken lieten me toe het samen te stellen
Van Gaever komt in beeld…
Einde deel 1 – Wordt vervolgd…
Freddy Van Gaever
PM 14.09.1972: Pakhoed in Frans wegvervoer
https://www.vopak.nl/onze-historie
Smakelijk verteld, mijnheer Van Gaever, en “des te smakelijker” omdat “un ollander” gefopt werd.
Aan de Wesvlaamse Oostkust zeggen we “als je niet gekl*** werd door een ollander, is dàt een teken dat hij nog met een kater zit door het vele zuipen in de vorige avond” 🙂