Het Vlaams Belang hield zondag in Gent haar derde inhoudelijk congres ‘Vlaanderen Vlaams’ waar honderd voorstellen rond migratie werden gelanceerd. Enkele van de opvallendste voorstellen daarbij zijn het verplichten van gemeenschapsdienst voor asielzoekers, het optrekken van de inkomensvereisten voor gezinshereniging en de heropening van gesloten terugkeercentra voor gezinnen. “We beperken ons niet tot de analyse dat het beleid op elk vlak faalt”, zegt voorzitter Tom Van Grieken. “We schuiven haalbare oplossingen naar voor die tonen dat het anders kan en moet. Wie denkt dat het behoud van onze welvaart los staat van de migratiecrisis, die dwaalt.”
Maandelijks archief: november 2023
Een verslag uit Syrië, zonder poco bril
Beste vrienden,
“Groot zijt Gij, Heer en ten zeerste lovenswaardig… want Gij hebt ons gemaakt naar U, en rusteloos blijft ons hart totdat het zijn rust vindt in U“. Zo schrijft Augustinus rond 400 in zijn “Belijdenissen” (1). Hiermee verwoordt hij op schitterende wijze de tweede eigenschap van ons mens-zijn en zijn bekering is hiervan een merkwaardige illustratie.
Aurelius Augustinus werd in 354 in Thagaste (Numidië, het huidige Souk-Ahras in Algiers) geboren uit een heidense vader, Patricius, en een zeer vrome christelijke moeder, Monica. Hij streefde een academische loopbaan na om “redenaar” te worden, d.w.z. meester in de Latijnse taal en de klassieke literatuur. Op 19-jarige leeftijd was hij reeds “retoricus” in Thagaste, een jaar later in de hoofdstad Carthago, en tegen 383 was hij een goedbetaalde, naar eigen zeggen, “woordkunstenaar” in Rome. Intussen leefde hij met een meisje van de straat, waarmee hij 15 jaar samenwoonde, en met wie hij in 371 een zoon kreeg, Adeodatus, een zeer begaafde jongen die in 390 stierf. Hij was zeer ingenomen met zijn carrière en tevens hartstochtelijk gehecht aan zijn vriendin, al heeft hij het christelijk geloof van zijn moeder nooit helemaal afgezworen. Wel was hij overtuigd dat de Bijbelse verhalen en het christelijk geloof slechts sprookjes waren voor oude vrouwen. Zelf was hij meer geïnteresseerd in het manicheïsme, gesticht door Mani (+ 277), die twee eeuwige principes aanvaardde: een goede en een kwade macht. Negen jaar lang bleef het manicheïsme voor Augustinus zijn “gnosis”, hoewel hij er ook nooit een vurige verdediger van werd. Hij bleef verlangen naar de zuivere waarheid en werd daardoor steeds meer teleurgesteld door de gezaghebbende leraars van het manicheïsme, deze “beminnelijke nietsnutten“. God, schepping, oordeel, onsterfelijkheid… alles was voor hem één grote verwarring en het leven met zijn vrome moeder, die erg bezorgd was over zijn onstuimig gedrag, werd ondraaglijk. Door een list wist hij in 384 aan haar te ontsnappen en nam ’s nachts een boot vanuit Rome naar het noorden, naar Milaan, de stad van de keizer. Zijn moeder kwam hem echter achterna. Ondertussen begon Augustinus bekend te worden en zijn moeder wilde nu een fatsoenlijk en waardig huwelijk voor hem regelen. Uiteindelijk stemde hij er mee in en stuurde zijn vriendin terug naar Afrika: “Intussen vermenigvuldigden zich mijn zonden. De vrouw met wie ik samenleefde, was van mijn zijde weggerukt, omdat ze als een beletsel gold voor een huwelijk, en op de plek waar mijn hart aan haar had gehangen, was het stukgetrokken en verwond en bleef het maar bloeden… De wonde, mij toegebracht door de scheiding van die eerste vrouw, genas ook niet eens, maar na heftig gloeien en steken, bleef ze etterend voortduren…” (Belijdenissen VI, XV, 25). Maar kort daarna, nam hij toch weer een ander meisje. Aan een vriend bekende hij dat hij niet kon begrijpen hoe iemand kan leven zonder een seksuele relatie met een vrouw. Toevallig zag hij op straat een bedelaar lachen en besefte dat deze man zorgeloze vreugde genoot terwijl hij, verscheurd door lust, zijn ongelukkig leven in droefheid voortsleepte. In Milaan moest hij onder meer een lofrede uitspreken op keizer Valentinus II. Met de grootste welsprekendheid vertelde hij de grofste leugens en genoot er zelf van: “in deze toespraak vertelde ik meer leugens dan waarheid, en door te liegen won ik de gunst van de toehoorders, die wisten dat ik loog” (VI, VI, 9).
In Milaan was bisschop Ambrosius (+ 397) de grote autoriteit, en Augustinus ging naar de kathedraal om naar zijn preken te luisteren. De woorden van deze bisschop, samen met de liturgie en de psalmen, raakten zijn hart.
Geleidelijk ontdekte hij het christelijk geloof en de katholieke Kerk. Hoewel hij geen kans kreeg om met deze bisschop te spreken, vond zijn immense dorst naar waarheid en schoonheid hier eindelijk echte bevrediging. Een oude priester, Simplicius, raadde hem aan het Manicheïsme te verlaten en zich eerder te wenden tot de Griekse filosoof Plotinus (+ 270), stichter van het Neoplatonisme, en diens leerling Porphyrius (+ 301/5).
Lees verderKerkvervolging door de Kerkleiding zelf
“De Kerkvervolging door het atheïsme heeft plaats gemaakt voor een subtielere, maar even hardnekkige Kerkvervolging: de terreur uitgeoefend door de Kerkleiding zelf, die de leer van Christus ingeruild heeft voor de heidense aanbidding van de maakbare mens, zonder onderscheid van goed en kwaad, in de ban van de verzonnen en uitvergrote mythes van de klimaatreligie, deskundig georkestreerd door de sluwe profeten van het globalisme.”
Lees: Pauselijke terreur treft geloofsgetrouwe Amerikaanse bisschop – Katholiek Forum
Lachen de Grünen binnenkort groen?
Migratie zet zware druk op Duitse linkse regering – Grünen liggen dwars
De Duitse linkse Ampel-regering (SPD, Grünen en FDP) wil de subsidies opschorten die ze tot hiertoe op zeer gulle manier betaalde aan organisaties die vluchtelingen op de Middellandse Zee redden. Dat meldde de Duitse krant Bild. In de Duitse federale begroting van 2023 stond een bedrag van 2 miljoen euro als subsidie voor caritatieve verenigingen die reddingen op zee organiseren. In de federale begroting voor 2024 staat dit bedrag niet meer vermeld.
Het gaat “niet om een vergetelheid”, aldus de Duitse kanselarij. Het was de Italiaanse Eerste Minister, Giorgia Meloni, die in een Open Brief aan de Duitse kanselier Olaf Scholz gewezen had op de financiering van verenigingen die blijven zorgen voor een ongekende migratiestroom. Scholz had zijn “verwondering” uitgesproken over het feit dat Duitsland dit soort verenigingen steunde. Op de Europese zomertop van 6 oktober in Granada in Spanje had Scholz laten verstaan dat hij niet warm loopt voor subsidies van deze aard en omvang.
De minister van Buitenlandse Zaken, Annalena Baerbock (Grünen) heeft op zondag 15 oktober naar aanleiding van het partijcongres van de Grünen in Weingarten laten verstaan dat de financiering van deze hulporganisaties in de Middellandse Zee met Duits belastinggeld in Duitsland zal worden verdergezet. Ook Ricarda Lang, medevoorzitster van de Grünen, verdedigde op hetzelfde congres met veel vuur de verdere subsidiëring van het redden van illegalen op de Middellandse Zee.
Lang ziet geen probleem in het verder ophalen van illegalen op zee, want “het behoort net tot onze Europese culturele verworvenheden”. Annalena Baerbock, minister van Buitenlandse Zaken, gaat in confrontatiemodus tegen haar eigen kanselier Olaf Scholz (SPD) en stelde dat “deze subsidies eveneens voorzien zijn voor de jaren 2024 tot en met 2026, met kredieten waarvoor we nu al in de federale Bundestag engagement hebben genomen”. De Grünen spartelen dus tegen.
Ook in Duitsland hollen de Grünen tegen hoog tempo naar de electorale irrelevantie. Zien de academische elites die de links ecologische partij leiden dan het aanzuigeffect niet van dergelijke subsidies? Merken ze niet dat juist door hun links beleid de acceptatiegraad bij Duitsers voor migranten steeds kleiner wordt?
Peter Logghe
Alle gekheid op een stokje:
Of het nu gaat om Gaza, de westelijke Jordaanoever, de Syrische hoogvlakte…
… het Uitverkoren Volk verdrijft de Arabische bewoners uit het exclusieve Beloofde Land …
‘De meest succesvolle landroofstrategie sinds 1967’ nu kolonisten bedoeïenen van het grondgebied van de Westelijke Jordaanoever verdrijven. Herders melden geweld dat hen uit hun huizen heeft verdreven in een versnellende, agressieve en zeer effectieve campagne.
De kleine nederzetting met uitzicht op het bedoeïenendorp Ein Rashash heet “Engelen van de Vrede”, maar, zegt Sliman al-Zawahri, de bewoners hebben alleen geweld, angst en wanhoop op zijn familie bezocht.
Deze week pakte de bedoeïenengemeenschap de meeste van hun bezittingen in en verdreef alle vrouwen, kinderen en ouderen van de bergkam op de Westelijke Jordaanoever die ze bijna vier decennia lang hun thuis hadden genoemd, boven een bron en naast een archeologische vindplaats.
“Ze lieten ons geen lucht om te ademen”, zei Zawahri, 52, die een maandenlange campagne van geweld en intimidatie beschreef die de afgelopen twee weken is geïntensiveerd. Eerst werden dorpelingen de toegang tot weidegronden ontzegd, en de bron, vervolgens bereikte het geweld hun huizen.
“Ze kwamen het dorp binnen en vernielden huizen en schaapskooien, sloegen een 85-jarige man, maakten onze kinderen bang. Langzaam werd ons leven onleefbaar.”
Enkele mannen proberen te blijven tussen ruïnes, lege dierenstallen, stukgeslagen zonnepanelen en kapotte ramen, waarmee ze het fragiele eigendomsrecht op hun dorp kond maken.
Dit was geen individuele tragedie. Mannen van Angels of Peace maken deel uit van een breed, gewelddadig en zeer succesvol politiek project om de Israëlische controle over de Westelijke Jordaanoever uit te breiden, dat volgens activisten is versneld sinds de Hamasaanvallen van 7 oktober de oorlog met Israël in gang zetten.
De onwaarschijnlijke bondgenoten van deze landroof zijn schapen en geiten, bijeengedreven door radicale kolonisten op kleine buitenposten.
Het innemen van land door er huizen en gemeenschappen op te bouwen is traag en duur. Het is veel efficiënter om de controle over grote delen van droge heuvels over te nemen die nodig zijn om een kudde dieren te voeden, door Palestijnse herders te intimideren en te isoleren en een andere (joodse) kudde binnen te halen.
“Dit is de meest succesvolle strategie voor landroof sinds 1967”, zegt Yehuda Shaul, een prominente activist die directeur is van de Israëlische denktank Center for Public Affairs en oprichter van Breaking the Silence, een ngo die militaire misstanden in bezette gebieden aan de kaak stelt.
Alleen al in het afgelopen jaar werden 110.000 dunams, of 110 vierkante kilometer (42 vierkante mijl), effectief geannexeerd door kolonisten op buitenposten, zei hij. Alle bebouwde nederzettingen die sinds 1967 zijn gebouwd, beslaan slechts 80 vierkante kilometer.
Het was ook de grootste verplaatsing van Palestijnse bedoeïenen sinds 1972, toen ten minste 5.000 – en misschien wel 20.000 – mensen uit de noordelijke Sinaï werden verplaatst om plaats te maken voor nederzettingen, voegde Shaul eraan toe.
Kolonisten en hun politieke bondgenoten hebben deze relatief nieuwe aanpak gevierd. “Een actie die we in de loop der jaren hebben uitgebreid, zijn de herdersboerderijen”, vertelde Ze’ev “Zambish” Hever, de secretaris-generaal van de kolonistenorganisatie Amana, op een conferentie in 2021. “Tegenwoordig beslaan ze bijna twee keer zoveel land als de bebouwde gemeenschappen … We begrijpen het belang van de zaak: kijk, het is veel.”
Ongeveer 450.000 Israëli’s hebben zich gevestigd in wat nu Area C van de Westelijke Jordaanoever is – het gebied onder volledige Israëlische militaire en politieke controle – sinds de bezetting van de Palestijnse gebieden in 1967 begon, gemotiveerd door religieuze of nationalistische redenen of door de lagere kosten van levensonderhoud.
Hun aanwezigheid wordt door het grootste deel van de internationale gemeenschap gezien als een groot obstakel voor duurzame vrede, maar tot voor kort ging de meeste aandacht naar woninggemeenschappen in plaats van naar de afgelegen herdersbezettingen.
In september waarschuwde de VN voor toenemend geweld van kolonisten tegen Palestijnse herders en het verdrijven van hen uit hun huizen en hun land.
“In totaal zijn sinds 2022 1105 mensen uit 12 gemeenschappen – ca. 12% van de bevolking – uit hun woonplaats verdreven, waarbij het geweld van kolonisten en het verhinderen van de toegang tot weidegrond door kolonisten als belangrijkste reden worden genoemd”, aldus het Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Zaken (OCHA) van de Verenigde Naties.
Nu het Israëlische leger zich voorbereidt op een grondinvasie van Gaza, diplomaten die zich zorgen maken over het redden van gijzelaars in Gaza en het afwenden van een regionale oorlog, en een nationale stemming van woede na het bloedbad van 1.400 mensen op 7 oktober, is er weinig aandacht voor de Westelijke Jordaanoever.
In een klimaat van angst voor de Palestijnen – de Israëlische mensenrechtengroep B’Tselem zei dat soldaten en kolonisten in 62 dagen tijd 10 Palestijnen hebben gedood – is de verplaatsing van herders versneld, zeggen activisten.
The Guardian bezocht twee dorpen die in minder dan een week waren verlaten, Ein Rashash en Wadi a-Seeq, en een derde waar enkele families het vertrek bespraken.
“Dit was al de belangrijkste verplaatsing die we sinds de jaren zeventig hebben gezien. Nu heb je twee dorpen in één week verlaten gezien,” zei Shaul. “Dit is op steroïden.”
Herder-kolonisten die in de buurt van het dorp al-Mu’arrajat woonden, waren begonnen met het tegenhouden van Palestijnen, vroegen om hun identiteitsbewijzen en vertelden hen dat ze 24 uur hadden om hun huizen te verlaten, zei Alia Mlehat, 27. Ze hadden mensen verhinderd het dorp te verlaten, mensen uit hun auto’s getrokken en tussen huizen gereden, zei ze. Ze hadden allemaal aanvalsgeweren en schoten soms in de lucht.
“Sinds het begin van de oorlog kan niemand meer ergens heen”, zei ze. “Het is een langzaam proces van het verdiepen van angst … Er is geen uitweg, want de oorlog heeft ons leven beperkt.”
De enige verplaatsingen buiten haar gemeenschap zijn nu enkele-richting. “Een man is al vertrokken met zijn vrouw en kinderen. Vijf andere families overwegen te vertrekken”, zei ze.
Israëlische herderskolonisten hadden in ongeveer vijf jaar tijd de controle over 10% van Area C en 6% van de hele Westelijke Jordaanoever overgenomen, zei Shaul, daarbij verwijzend naar cijfers die zijn samengesteld door Kerem Navot, een NGO die de activiteit van kolonisten volgt.
De ontzegging van toegang tot weidegrond voegt economische oorlogsvoering toe aan fysiek geweld. Het afsnijden van land voor begrazing en het verbouwen van veevoer dwingt herders om sommige dieren te verkopen, en met kleinere kuddes verdienen ze minder geld en zijn ze kwetsbaarder voor ziekte, letsel of ander verlies.
“Palestijnse herders moeten zelfredzaam zijn op basis van hun oud-gevestigde inkomsten. In plaats daarvan hebben ze humanitaire hulp nodig vanwege het geweld van kolonisten en het falen van de Israëlische autoriteiten om de daders ter verantwoording te roepen”, aldus het VN-OCHA-rapport.
De impact was zo ernstig dat het kan neerkomen op een oorlogsmisdaad, voegde de verklaring eraan toe. Samen met vernielingen, uitzettingen en beperkingen op bewegings- en bouwwerkzaamheden, creëerden de aanvallen op herders “een dwingende omgeving die bijdraagt aan ontheemding die kan neerkomen op gedwongen overdracht, een ernstige schending van de Vierde Conventie van Genève”.
In de meest extreme gevallen zijn dorpelingen zo bang om zich over wegen te verplaatsen, die door kolonisten worden gecontroleerd, dat Israëlische activisten – die bedoeïenengemeenschappen proberen te beschermen – bij hen wonen, met hen meelopen terwijl ze kuddes hoeden en misbruiken melden – hen voedsel en water brengen.
Ook zij worden soms doelwitten. Hagar Gefen, 71, werd vorig jaar zo hard geslagen dat ze in het ziekenhuis belandde met gebroken ribben en een doorboorde long.
“Niets kon me doen stoppen”, zei Gefen, een antropoloog wiens gevoel voor humor overeenkomt met haar moed. “Tenzij ze misschien mijn benen afhakken – je moet kunnen lopen om bij de herders te zijn.”
Niemand is vervolgd voor die aanval en zowel activisten en Palestijnen zeggen dat ze weinig vertrouwen hebben in de Israëlische autoriteiten op de Westelijke Jordaanoever. De VN meldde dat in vier van de vijf gemeenschappen bewoners klacht hadden ingediend over geweld door kolonisten, maar dat slechts 6% op de hoogte was van een gevolg.
Voor veel gemeenschappen is de ontheemding een tweede omwenteling, op gang gebracht door de Israëlische staat en diens burgers. Al-Zawahri’s familie werd in 1948 uit het Negev-gebied verdreven en zwierf enkele jaren rond voordat ze zich in hun huidige huizen vestigden. Ze hopen dat wanneer de oorlog voorbij is, de Israëlische staat – of internationale druk – ervoor zal zorgen dat deze nieuwe ballingschap niet permanent is.
“We staan te popelen om de oorlog te beëindigen, om te proberen terug naar huis te komen”, zegt Ayoub al-Zawahri, 50. “We leven op plaatsen die niet van ons zijn.”
Het bovenstaande is een vertaling van het oorspronkelijke artikel dd. 31.10.23. Het bevat tevens illustrerende foto’s. https://www.theguardian.com/world/2023/oct/21/the-most-successful-land-grab-strategy-since-1967-as-settlers-push-bedouins-off-west-bank-territory
Op YouTube en andere beeldmateriaalaanbieders vindt u elke dag opnieuw talrijke getuigenissen van het bovenstaande.
“Ons land gaat de afgrond in!”
In 2004 duwde Verhofstadt het vreemdelingenstemrecht door onze strot. De Vlamingen reageerden met een massale stem op Vlaams Blok. We werden de grootste partij, maar toch werden we buitenspel gezet door het kartel CD&V/N-VA. Met onze studentenvereniging KVHV bemande ik toen als jonge militant een stand op het congres van Vlaams Blok. Geestige beelden uit de documentaire ‘Vlaamse choc’* om nog terug te zien.
20 jaar later staan we opnieuw voor een historische verkiezing. In 2024 hebben we een unieke kans. Deze keer sta ik niet in de rol als jonge militant, maar als lijsttrekker voor het Europees Parlement.
Ons land gaat de afgrond in. Als we zo verder doen, worden we minderheid in eigen land. Sommigen vragen zich af of het al niet te laat is. Aan die mensen heb ik een duidelijke boodschap. Het is pas te laat als wij het opgeven. En wij zijn geen opgevers. Want dit is ons land, en we gaan het samen terugnemen. Onze overwinning zal echter nog veel groter moeten zijn dan in 2004. Elke stem telt. Elke stem maakt verschil. Enkel met een werkelijk massale stem op Vlaams Belang nemen wij ons land terug.
En dan is het aan ons!
Tom Vandendriessche, EU-parlementslid Vlaams Belang
*Vlaamse Choc: een reeks die u op YouTube kan terug vinden.
Enkele afleveringen – commentaar overbodig, menen wij, “Non, non, rien n’a changé…”
“If you can’t beat them, join them!”
B.g. spreekwoord is zonder meer van toepassing op de Chinese invloed op de Europese auto-industrie.
Duitse autofabrikanten maken gebruik van de technologische vooruitgang van China en het groeiende belang ervan in het mondiale autolandschap. Hun vertrouwen in de Chinese markt kwam ook duidelijk naar voren tijdens de recente China-Germany Duitsland Automotive Conference in Changchun.
- Audi en partner FAW NEV maken grote vooruitgang bij de uitbouw van hun gemeenschappelijke fabriek te Changchun die 35 miljard yuan investeringen vergt.
- China is zowel de grootste vervaardiger als verbruikers van wagens. Van januari tot september werden 6,31 miljoen NEVs vervaardigd en 6,28 miljoen verkocht wat één derde hoger ligt dan tijdens dezelfde periode vorig jaar. Het marktpercentage van verkochte NEVs bedraagt 30% van het totaal aantal verkochte auto’s.
- BWM bouwt te Shenyang een nieuwe batterijfabriek: uit bedrijfsgegevens blijkt dat BWM in China 232% meer elektrische auto’s verkocht in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar.
- Mercedes-Benz ondertekende op 17 oktober in Shanghai op zijn beurt een samenwerkingsmemorandum om de samenwerking op het gebied van zelfbesturing en slimme verbonden voertuigen te verdiepen.
- In 2022 bereikten de Europese investeringen in China $ 12,1 miljard een stijging van 70 procent en daarbij bleef de automobielsector een belangrijke hotspot. In dezelfde periode bereikten de Chinese investeringen in Europa $ 11,1 miljard dollar, een stijging van 21 procent waarbij de extra investeringen gericht waren op nieuwe energie, auto’s en machines.
Lees er alles over bij: https://www.chinasquare.be/duitse-autobouwers-integreren-saudis-investeren-in-ev-starters/
Zondagochtend met Rachmaninovs eerbetoon aan de Moeder Gods…
Internationale criminaliteit wordt zware slag toegebracht
De douane van Pforzheim kon een illegale zending, afkomstig uit Groot Brittanië, in beslag nemen. Het postpakket bevatte niet minder dan 25 pakjes met elk 200 rietjes, in totaal dus 5000 verboden plastic rietjes, die dank zij de alerte douaneambtenaren uit circulatie konden genomen worden. Op de verpakking stond nl. niet gedrukt dat ze “herbruikbaar” waren. En dan zijn ze volgens de EU-potentaten verboden wegens extreem gevaarlijk voor het milieu.
De ZEIT voegde er nog aan toe dat de rietjes nog op tijd konden in beslag genomen worden vooraleer men ermee had kunnen drinken.
Dàt zijn blijkbaar de prioriteiten van onze oosterburen, terwijl gelukzoekers uit een of ander achterlijk zandbakland zonder meer worden toegelaten.
Verbotene Ware – Zoll in Pforzheim beschlagnahmt 5.000 Trinkhalme aus Plastik
De plaag van bomalarm in Franse scholen
Frankrijk wordt geteisterd door een niet aflatende serie bomalarmen. Vooral in Franse scholen. De eerste was niet toevallig in het lyceum Gambetta in Atrecht (Arras): daar vond de (islamitische) moord op leraar Dominique Bernard op vrijdag 13 oktober plaats. Alleen al op donderdag 19 oktober werden 33 Franse lycea ontruimd: vier in Toulouse, een in Colomiers, een in Blagnac, twee in Orleans, een in Rennes, twee in Straatsburg en Colmar. Twee lycea in Val-de-Marne opteerden er zelfs voor om de lessen voortaan digitaal en op afstand te organiseren, en dit tot aan de herfstvakantie. Op 10 dagen tijd ging 299 keer het bomalarm af…!
Een leerlinge getuigde voor onze collega’s van Boulevard Voltaire: “Het was een aanslagalarm, we moesten alle lichten doven, de rolluiken neerlaten en de zaal barricaderen, tot men ons twee minuten later kwam zeggen dat we de school moesten verlaten. Het was paniek en er was veel onbegrip, omdat we geen enkele informatie kregen en iedereen zich afvroeg wat er gebeurde. Veel leerlingen waren ongerust en stuurden berichtjes naar hun ouders”.
Veiligheidsmaatregelen in de scholen, maar niet aan de (buiten-) grenzen?
De leerlinge stelt dat de veiligheidsmaatregelen in de school fors werden verscherpt, want men moet een toegangskaart voorleggen en de schoolagenda met identiteitsfoto. “Men controleert onze boekentassen en rugzakken, het lyceum opent de deuren slechts net voor de lessen starten en de toegangspoort blijft daarna gesloten. Ik twijfel of ik in de gegeven omstandigheden wel naar school zou blijven gaan”.
Een studente rechten aan de katholieke universiteit van Lyon voelt zich ook niet veilig: “We voelen ons nergens meer op ons gemak en als student is dit een zeer ongemakkelijke situatie. Ik denk er wel twee keer over na als ik thuis vertrek, zelfs overdag. Ik denk dat de overheid de ernst van de situatie niet voldoende inschat. We hadden al de moord op Samuel Paty, nu die op leraar Bernard in Arras, men krijgt de indruk dat dit het nieuwe normaal is in Frankrijk en dat de overheid niets onderneemt.”
De veiligheid van de leerlingen en de scholen staat voorop. Maar waar blijft de controle aan de (buiten-)grenzen? Is het op deze manier niet dweilen met de kraan open?
Peter Logghe