Goede Vrienden,
De unieke grootheid en originaliteit van Jezus Christus, zoals de Evangeliën beschrijven, worden nog te weinig begrepen. Tijdens onze recente vakantie in ons oorspronkelijk vaderland hebben we enkele keren het overbekende Evangelieverhaal van de overspelige vrouw aangehaald. Voor een enthousiast publiek heb ik echter de neiging om reeds een tweede zin te beginnen wanneer de eerste zin nog niet af is. Ziehier dan een goed geordende uitleg. Ik wil wijzen op twee manieren van samenleving: tegenover die van geweld en uitschakeling, openbaart en brengt Jezus een leven van verlossing.
Schriftgeleerden en farizeeërs zijn jaloers op Jezus en willen Hem ten val brengen. Op een morgen brengen ze een vrouw bij Hem die op overspel betrapt is (Johannes 8, 1-11). Ze herinneren Jezus er aan dat deze vrouw volgens de Wet van Mozes (Leviticus 20, 10 en Deuteronomium 22, 22-24) moet gestenigd worden. Wat een geniale valkuil! De religieuze leiders beseffen dat Jezus niet erg geneigd is mensen te doen doden. Indien Hij zegt dat deze vrouw niet moet gestenigd worden, verzet Hij zich echter tegen de Wet van Mozes en kan Hij aangeklaagd worden als valse profeet. Indien Jezus zegt dat deze vrouw inderdaad moet gestenigd worden, overtreedt Hij een strikt verbod van de Romeinen, die de Joden het recht ontnomen hadden om een doodstraf uit te voeren. Ze kunnen Hem dan aanklagen bij de Romeinse bezetter. Jezus lijkt zich terug te trekken uit heel dit gebeuren. Zo dikwijls vermelden de Evangelies dat Jezus liefdevol kijkt naar de mensen die naar Hem toekomen. Hij kijkt vol liefde naar de rijke jongeling, naar de kinderen, naar de zieken, naar zijn apostelen. En melaatsen, die zelf moeten roepen opdat niemand in hun buurt zou komen, raakt Hij zelfs aan! En nu kijkt Hij niet eens op, Hij zit met zijn hoofd in het zand en schrijft met zijn vinger wat op de grond. De farizeeërs blijven echter maar aandringen. Uiteindelijk richt Hij zich op en geeft dit geniale antwoord: “Wie van u zonder zonde is, moet dan maar het eerste een steen op haar werpen”. En weer wendt Hij zich af en schrijft op de grond. Alle aanklagers vertrekken, de oudsten het eerst. Jezus blijft met de vrouw alleen over en niemand heeft haar veroordeeld. Hij zegt: “Ik veroordeel u ook niet. Ga nu maar, en zondig voortaan niet meer”.
De farizeeërs willen én Jezus én de vrouw veroordelen en uitschakelen. Jezus laat hen zichzelf oordelen en roept hen op tot bekering. Het straffen en uitschakelen van deze vrouw, zo maakt Hij duidelijk, is niet de oplossing, want het kwaad zit in je eigen hart. Daar moet de opruiming gebeuren door bekering. Dat is de nieuwe samenleven die Jezus openbaarde én bracht, zoals Hij ook aankondigde: Ik zal openbaren “wat verborgen was vanaf de grondvesting van de wereld” (cfr Mattheus 13, 35). Alle menselijke beschavingen zijn gebouwd op geweld, veroordelen en uitschakelen. Jezus brengt een beschaving van redding door bekering.
Om het originele en nieuwe hiervan te begrijpen, willen we aantonen hoe de menselijke beschavingen altijd gewerkt hebben. We doen dit op eigen wijze, gebruik makend van de twee grote ontdekkingen van de Frans-Amerikaanse cultuurfilosoof René Girard (+ 2015): het mimetisch of nabootsend verlangen en de zondebok.
Alle menselijke samenlevingen vanaf de eerste archaïsche beschavingen zitten vol geweld, dat voortkomt uit na-ijver en jaloezie. Aristoteles wist al dat de mens het meest geneigd is tot navolging, na-apen. Wij verlangen niet naar de dingen die we zogenaamd willen, wij nemen in feite meestal het verlangen van een ander over. Wij verlangen wat een ander verlangt. En dit wordt een bron van spanningen. Een actrice wil het succes van een andere hebben. De andere is eerst model en wordt dan rivaal. De spanningen kunnen lang aanslepen wanneer men ver van elkaar leeft, maar in eenzelfde gezelschap kunnen ze vlug hoog oplopen. En dit “nabootsend verlangen” speelt bij iedereen en op alle vlakken. De na-ijver die hieruit voortkomt kan een hele gemeenschap aansteken. De jaloezie wordt epidemisch en iedereen wordt vijand van iedereen. Uiteindelijk groeit er een eensgezindheid over de oorzaak van het kwaad. Officieel wordt aangekondigd wie de boosdoener is. De spanningen vormen zich om tot een strijd van allen tegen één. Voor de bolsjewieken van de Sovjet-Unie was het de bourgeoisie, voor de Franse Revolutie was het iedere vertegenwoordiger van de troon en de godsdienst, voor de nazi’s waren het de joden en in de corona-hysterie waren het de niet-gevaccineerden, die net (nog) niet opgesloten werden.
Lees verder