Totaal hypocriet. Hun rugzakken, hun spuitmateriaal, hun sportschoenen, de opschriften op hun truien, de verpakking van hun dranken en eten, hun pennen, hun regenjas/anorak/fluo hesjes, hun nep-sieraden, hun brilmontuur, de banden/zadel van hun fietsen, hun gsm/laptop/pc…. allemaal helemaal of gedeeltelijk gemaakt uit oliederivaten.
We schreven het al dat voor die klimaatgekken niets heilig is. Wat volgt? Hoe ver zijn ze in hun dogmatische waanzin nog verwijderd van het gebruik van geweld?
Ziehier de verdere geschiedenis van de Grieks-Melchitische kerk met enkele treffende gebeurtenissen die haar houding illustreren.
Op het eerste Vaticaanse concilie werd het dogma van de pauselijke onfeilbaarheid vastgelegd door de dogmatische constitutie Pastor Aeternus (1870).
Men kan daartegen bedenkingen opperen zowel van buiten als van binnen de Kerk. Terwijl het marxisme handig inspeelde op de alom heersende ellende onder de arbeiders en het grote onrecht vanwege de “kapitalisten”, hebben de concilievaders haarfijn vastgelegd in welke omstandigheden een uitspraak van de paus, als herder van de hele Kerk over geloof en zeden onfeilbaar is (DS 3075)*.
Ook binnen de Kerk was er wrevel. De Grieks-Melchitische patriarch Gregorius en zeven van zijn bisschoppen stemden tegen. Hun kritiek betrof de wijze waarop hiermee de inbreng van de oosterse patriarchen volkomen genegeerd werd. Zij daarentegen ijverden voor een kerkevenwicht die goldt gedurende het eerste millennium. In die tijd werd de bisschop van Rome beschouwd als de “primus inter pares” (de eerste onder gelijken). Men ging naar Rome om gesterkt te worden in het geloof en de liefde.
In het oosten, vanaf het tweede millennium, zag men met lede ogen hoe de westerse kerk steeds meer macht naar zich toe trok en uiteindelijk aan de paus een absolute jurisdictie wilde toekennen. Daarom stemden de patriarch en de bisschoppen van de Grieks-Melchitische kerk in 1870 tegen dit dogma en vertrokken vooraleer het officieel aangenomen werd. Hierop stuurde de Romeinse curie een delegatie naar de Grieks-Melchitische patriarch en bisschoppen om te vragen dat ze het slotdocument alsnog zouden tekenen. En dat hebben ze uiteindelijk gedaan maar ze voegden er de clausule van het concilie van Firenze (1739-1745) aan toe: “met behoud van de rechten en privileges van de oosterse patriarchen”!
Na paus Pius IX (+1878) wordt de houding van de pausen tegenover de oosterse kerken iets soepeler. Paus Leo XIII (+ 1903) aan wie de grote eer toekomt eindelijk een waardevolle “sociale leer” van de kerk ingezet te hebben met zijn encycliek Rerum novarum**, schreef ook de encycliek Orientalium dignitas (1894). Hierin verbiedt de paus de “verlatijnsing” onder de oosterse katholieken en breidt de jurisdictie van de Melchitische patriarch uit tot het hele Ottomaanse rijk. Hij stelt verder dat de oosterse riten een getuigenis zijn van apostoliciteit, eenheid, waardigheid en eer van de katholieke kerk. De eenheid, zo bevestigt hij, is geen uniformiteit maar omvat een verscheidenheid. ***
In 1917 richtte Benedictus XV de Congregatie voor de oosterse kerken op en stichtte in Rome het Pauselijk Oosters Instituut voor de academische studies van de oosterse geschiedenis, theologie en liturgie. Ondertussen toonden westerse katholieke theologen steeds meer belangstelling voor oecumenische vraagstukken en begonnen een actieve dialoog vanaf de jaren ‘30 en’40 van vorige eeuw, hierin uitdrukkelijk aangemoedigd door paus Pius XII. Het is ook in 1939 dat Dom Lambert Baudouin (+ 1960) de unieke gemeenschap van benedictijnermonniken van Chevetogne stichtte met een oosterse en westerse ritus.
Het Tweede Vaticaans Concilie leverde een grote bijdrage aan het wederzijds begrip. De hiërarchie van de oosterse katholieken stond onder leiding van de Grieks-Melkitische patriarch Maximos IV die in heel het verloop van het concilie een belangrijke rol heeft gespeeld. Er was vooraf een commissie opgericht om een document voor te bereiden over de katholieke kerken van het oosten. Maximos IV merkte op dat in deze ontwerptekst duidelijker naar voor moet komen dat de oosterse katholieke kerken werkelijk afzonderlijke kerken zijn en geen tak van de heilige stoel van Rome. Hij waarschuwde voor een Romeinse centralistische kerkvisie, die in het oosten onaanvaardbaar is en die de oosterse katholieken nog meer zal verwijderen van hun orthodoxe broeders. Toch werd in deze commissie de centralistische visie behouden. De uiteindelijke tekst werd het decreet over de oosterse katholieke kerken (21 november 1964). De meeste westerse concilievaders bleken maar een erg beperkte kennis en belangstelling te hebben van en over de oosterse katholieke kerken.
In Zuid-Italië werd een criminele organisatie opgedoekt die zich specialiseerde in nep-huwelijken voor illegalen. Aan het hoofd van dit mondiaal huwelijksbureau stond een dame bekend onder de naam “de tovenares van de verloofde”.
De Italiaanse militaire politie arresteerde recent 5 mensen en plaatste er 11 onder huisarrest voor “valse huwelijken” van illegalen die dankzij de gearrangeerde huwelijken aan verblijfspapieren moesten geraken. Het topje van de ijsberg. Zo zijn er talrijke “huwelijksbureaus”.
De criminele bende van b.g. tovenares was vooral actief in twee zuidelijke steden, Napels en Caserta. De coördinatie liep via de procureur van Napels.
66 personen worden door justitie onderzocht, meer dan 40 personen werden beschuldigd van betrokkendheid bij fictieve huwelijken in 2019 en 2020. Opbrengsten worden geschat op € 200.000 tijdens deze periode. Ook in de stad Avezzano vond de politie medeplichtigen, aan het hoofd van de bende: een vrouw. De meeste bendeleden waren trouwens vrouwen. Zia Maria – tante Maria -, maakte er ook deel van uit, ook gekend als “de blonde” – echte naam Matilde M. Deze 61-jarige woonde in Napels, het hoofdkwartier van de huwelijksbedriegers. Twee assistenten en twee Marokkanen werden ook gearresteerd.
Per huwelijk rekende de “huwelijksbemiddelaar” € 5000 à € 6000. De meeste trouwlustigen kwamen uit Tunesië en Marokko.
25 Italiaanse vrouwen, tussen 21 en 49, worden ervan verdacht met vreemdelingen in huwelijksbootje gestapt te zijn. Of, de variante met een tijdelijke geldigheidsdatum, de trouwbelofte gegeven te hebben, geldig voor 6 maanden verblijf en geeft de gelukkige bijna-bruidegom het recht op een verblijfsvergunning.
De meeste van de gewillige “bruiden” hadden het naar verluidt niet breed. Eén van de in beschuldiging gestelde “bruiden” wordt ervan verdacht niet minder dan 5 keer de huwelijksbelofte of huwelijksgelofte afgelegd te hebben. In enkele gevallen was er het vermoeden dat de “bruiden” tot een huwelijk gedwongen werden. O.a. door druk uit te oefenen op de familie van de bruid.
Op een politiecommissariaat in Castel Volturno, een kleine gemeente ten NO van Napels, waar talrijke illegalen hun tenten opgeslagen hebben, vonden politie-agenten het verdacht dat verschillende immigranten aangaven met dezelfde bruid verloofd te zijn en bovendien werden alle verblijfsaanvragen (omwille van verloving) verstuurd vanuit hetzelfde postkantoor in Napels.
Ook in onze contreien bekend. Bij de zgn. “vrijgezellenclubs”, die legitieme activiteiten organiseren voor alleenstaanden – dansavonden, etentjes, lezingen, wandelingen, concerten e.d. – duiken ook exotische alleenstaanden op die een partner willen versieren… of …. betalen voor een nep-huwelijk. Dit gebeurt even goed in landelijke gemeentes waar een plaatselijke vereniging een dansavond inricht als in grote steden. Vooraf wordt een bedrag afgesproken, een voorschot betaald, de halve trouwboek neemt zijn intrek (samenwonen is immers verplicht) bij de gewillige tweede helft, en na de verplichte samenwoningstermijn wordt de scheiding ingezet. Na de afwikkeling volgt de betaling van het verschuldigde saldo. Om zeker te zijn dat dit wel degelijk betaald wordt, zijn er verschillende methodes: geblokkeerde rekening, gecopieerde documenten, chantage… Dit wordt overgelaten aan de fantasie en omstandigheden. Alleenstaande moeders die hun hypotheek niet kunnen betalen na het vertrek van hun echtgenoot, zien hierin een oplossing om hun woning niet te moeten verkopen. En zo zijn er nog talrijke mogelijkheden. Geen van beide wil dat dit bekend geraakt: ze maken zich immers alle twee schuldig aan asielbedrog, resp. -misbruik.
Het stadsbestuur van Straatsburg heeft een lijst met verboden artikelen – voeding en andere – opgesteld voor de kerstmarkt van Straatsburg. Staan o.a. op de verbodslijst:
Kruisbeelden, kerstplakkaten, -kaarten en -kalenders… Men wil “Kerstmis” nergens meer vermeld zien. Het moet gaan over “eindejaarswensen”… Onze christelijke achtergrond moet uitgewist worden.
Baudet wil men een week uit het parlement zetten, PVV-kiezers krijgen Berufsverbot bij politie en justitie, cordon sanitaire in de politiek, sportbeleving, kinderactiviteiten… Luister naar de overduidelijke aantijgingen van een welbespraakte Martin Bosma: het is veel erger dan we reeds vermoedden.
“Zelden tot nooit heeft de maatschappij dergelijke sprong voorwaarts gemaakt als in de 19de eeuw. De 20ste eeuw heeft weliswaar veel uitvindingen en ontwikkelingen gekend, meer dan in de 19de eeuw, maar het was eerder evolutionair dan revolutionair (…). Vandaag hebben we propere lampen, propere radio’s, propere wasmachines, propere telefoons, propere auto’s en propere spoorwegen (…). Ook onze politiek en de maatschappijvorm, zelfs onze grondwet, zijn producten van de 19de eeuw. Spijtig genoeg ook de globale waanzin van de marxistensekte. En vandaag? Desindustrialisering. Het voelt aan, alsof het enige wat vandaag nog wordt uitgevonden, nieuwe geslachten zijn, nieuwe onderdrukkingsgevoelens, en nieuwe belastingen. Het bijzonder kenmerk van onze tijd is de decadentie. Het desindustrialiseren gaat hiermee hand in hand”,
aldus Hadmut Danisch, informaticus en blogger, op Danisch.de
Vandaag is het al 105 jaar geleden dat de Friese Margaretha Geertruida Zelle door een Frans vuurpeloton om het leven werd gebracht. Dat nieuws zal niemand iets zeggen, maar onder haar artiestennaam Mata Hari zal ze voor eeuwig tot de verbeelding spreken.
Margaretha Geertruida Zelle, 1876-1917) werd geboren in Leeuwarden als oudste dochter van een hoedenmaker. Via een contactadvertentie trouwt ze met de Nederlandse militair McLeod en leert tijdens hun verblijf in Indonesië erotische tempeldansen kennen. Na hun echtscheiding leefde ze vanaf 1903 in Parijs waar zij beroemd werd met haar interpretatie van oosterse dansen. Onderhield intieme betrekkingen met mannen uit de hoogste, ook diplomatieke, kringen. Schuldig bevonden aan spionage voor de Duitsers werd zij in 1917 gefusilleerd. U kan een uitgebreid verslag over en rond haar leven hier lezen.
Onder andere twee films over haar leven (met Greta Garbo in 1932 en met Jeanne Moreau in 1965) hebben tot beeldvorming over haar bijgedragen. De vraag in welke mate zij werkelijk spionne was, is onopgehelderd gebleven. Waarschijnlijk heeft zij ook een korte verhouding gehad met Prins Hendrik. Toen zij de hulp van Koningin Wilhelmina inriep om het doodvonnis gewijzigd te krijgen werd dat verzoek afgewezen, omdat Wilhelmina niets te maken wilde hebben met de buitenechtelijke affaires van haar man. (…)
Een andere kijk op deze Friese schone (die eigenlijk helemaal niet zo mooi was) en intrigerende spionne (die zelf gemanipuleerd werd en uiteindelijk het slachtoffer werd) vindt u bij “Mijn Mata Hari”.
Een Britse documentaire sluit af met “De exotische Mata Hari was het slachtoffer van mannen, van internationale politiek, maar vooral van haar eigen overmoed. Ze had geluk. Ze had geluk dat ze stierf toen ze nog jong en mooi was. Ze had geluk dat ze een universele mythe geworden was, wat betekent dat over haar schuld tot in het oneindige zal geredetwist worden…” Tja, het is maar hoe je het bekijkt…
Mario Lanza, officieel: Alfred Arnold Cocozza (Philadelphia (Pennsylvania), 31 januari 1921 – Rome (Italië), 7 oktober 1959) was een Amerikaans operatenor en een Hollywoodfilmster die veel succes oogstte in de jaren vijftig van de twintigste eeuw.
Zijn stem was volgens velen minstens van het niveau van de beroemde tenor Enrico Caruso, die hij speelde in de film “The Great Caruso” uit 1951. Lanza kon zingen in alle muziekgenres. Hoewel zijn emotionele stijl niet alom werd geprezen door de critici, was hij immens populair bij het grote publiek. Meer…